Om veiligheidsredenen is het gebruik van
een smartphone tijdens het rijden verboden.
Het gebruik van de smartphone vraagt
namelijk veel aandacht van de bestuurder.
De handelingen moeten dan ook bij
stilstaande auto worden uitgevoerd.
Door de smartphone met het systeem
te synchroniseren kunnen apps van
de smartphone op het scherm van
de auto worden weergegeven. Deze
apps moeten compatibel zijn met
de CarPlay
®
-technologie en op uw
smartphone moet de functie CarPlay
zijn geactiveerd.
Werkingsprincipes en normen
zijn permanent aan verandering
onderhevig. Houd daarom het
besturingssysteem van uw
smartphone up to date.
Ga naar de landelijke internetsite van
het merk van uw auto om te zien welke
smartphones compatibel zijn.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone
bevindt zich in de laadmodus als hij via
de USB-kabel is verbonden.
Druk op "Telefoon" om de CarPlay
interface weer te geven.
Of
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone
bevindt zich in de laadmodus als hij via
de USB-kabel is verbonden.
®
Druk op het scherm van het
systeem op "Connectiviteit" om de
hoofdpagina weer te geven.
Druk op "CarPlay" om de CarPlay
interface weer te geven.
Bij het aansluiten van de USB-kabel
verbreekt de CarPlay
®
Bluetooth
-verbinding van het systeem.
®
-
®
-
Audio en telematica
®
-functie de
.
433