OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
• U kunt de instellingen van de camera veranderen die
u gemaakt had bij het selecteren van een
BESTSHOT scène. Merk echter op dat de default
waarden van de BESTSHOT instellingen altijd
opnieuw worden verkregen wanneer u een andere
BESTSHOT scène selecteert, van opnamefunctie
verandert of de camera uitschakelt.
• Ruisonderdrukking vindt automatisch plaats wanneer
u een nachtscène, vuurwerk of een ander beeld
opneemt dat een langzame sluitertijd vereist. Dat is
de reden waarom het langer duurt om beelden op te
nemen bij een langzame sluitersnelheid. Zorg er voor
dat u geen cameratoetsen bedient totdat het
uitvoeren van beeldopname voltooid is.
OPMERKING
• Aanwijzingen voor het
gebruik en het op dat
moment geselecteerde
BESTSHOT dècor
verschijnen gedurende
ongeveer twee seconden
in de display als de
BESTSHOT functie reeds
ingeschakeld is op het
moment dat u de camera
inschakelt.
Creëren van uw eigen BESTSHOT instelling
U kunt de onderstaande procedure gebruiken om een
instelling van een door u opgenomen beeld op te slaan om
dat beeld later weer op te roepen wanneer u het nodig
heeft. Bij oproepen van een instelling die u eerder heeft
opgeslagen zal de camera automatisch weer zo worden
ingesteld.
1.
Zet de functiedraairegelaar op
• Hierdoor wordt de BESTSHOT functie ingeschakeld
en een voorbeeld achtergrond getoond.
2.
Gebruik [ ] en [ ]
om "Register User
Scene"
(gebruikersdécor
registeren) te
selecteren.
3.
Druk op [SET].
104
.