Bij gewone bochten is de opeenvol-
ging van buitenkant, binnenkant en
buitenkant het best.
rmo2008-001-063_a
TRAJECT VOOR GEWONE BOCHTEN
1. Buiten
2. Binnen (op het hoogtepunt)
Heuvels
Kies een geschikte versnelling voor
hellingen. Om bergop te rijden helpt
een lagere versnelling om voldoende
vermogen te behouden. Bergaf kunt u
in een lagere versnelling op de motor
remmen en zo uw snelheid regelen.
Model SM5
Om op een helling te starten, houd u
het voertuig met de rem op zijn plaats
tot u de koppelingshendel in de frictie-
zone schuift. Laat de rem dan rustig
los terwijl u de koppelingshendel los-
laat en gas geeft.
Model SE5
Model SE5 kan bij stilstand in eender
welke versnelling gaan rollen. De cen-
trifugale koppeling van model SE5 is
steeds ontkoppeld als het voertuig stil-
staat zodat de transmissie het voertuig
niet op zijn plaats zal houden. Houd het
rempedaal ingedrukt als u op een hel-
ling stilstaat. Om op een helling te star-
ten, houdt u het rempedaal ingedrukt
terwijl u gas geeft. Laat het rempe-
daal los naarmate u de koppeling voelt
ingrijpen (bij ongeveer 1.800 RPM).
_______
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
's Nachts rijden
Gebruik uw lichten en richtingaanwij-
zers om door andere automobilisten
gezien te worden, maar denk ook aan
uw eigen gezichtsvermogen 's nachts.
Gebruik de grootlichten waar nodig.
Vermijd dat uw remafstand voorbij het
bereik van uw koplampen loopt (als u
te snel rijdt in verhouding tot de remaf-
stand). U kunt ook gebruikmaken van
de koplampen van andere voertuigen
om de weg voor u te zien.
Gebruik 's nachts geen getinte of ge-
kleurde vizieren of lenzen, en let er
vooral op dat er op uw vizier geen kras-
sen of vlekken zitten.
In groep rijden
Rijd uitsluitend op een rij. Deel nooit
rijvakken met anderen, zelfs niet met
een bromfiets.
Houd als u samen met motorfietsers
rijdt altijd voldoende afstand van de
motorfiets voor u, zelfs als die aan de
andere kant van het rijvak rijdt. Pro-
beer in bochten niet hetzelfde traject
te volgen als motorfietsen. Motorfiet-
sen kunnen in bochten dichter bij de
rand van het rijvak rijden. Als u precies
dezelfde weg volgt, kan uw voorwiel
uit het rijvak raken. Motorfietsen kun-
nen in staat zijn om bochten sneller te
nemen dan de Spyder roadster. Pro-
beer ze niet bij te houden.
rmo2008-001-045_a
POSITIE BIJ HET RIJDEN IN GROEP
1. Midden van het rijvak
2. Afstand van 2 sec.
Op bochtige wegen kunnen bestuur-
ders van een Spyder roadster eerder
vermoeid raken dan motorrijders. For-
ceer u niet om motorfietsen bij te hou-
den; rust als u moe bent.
_______
VERKEERSSTRATEGIEËN
91