Advertenties
NODIGE RIJVAARDIGHEID EN PRAKTIJKOEFENINGEN
rmo2008-001-046_o
NORMAAL PARKEERTERREIN
1. Minstens 30 m
2. Minstens 75 m
3. 12 m
4. 6 m
5. Open terrein
Let, ook op een afgesloten terrein,
goed op voor eventueel verkeer. Kijk
voor u, opzij en achteruit voordat u een
oefening uitvoert. Let ook op voor kin-
deren en dieren.
Klaarmaken om te rijden
Zorg dat u weet waar de bedienings-
elementen van het voertuig zich bevin-
den en hoe ze worden bediend.
Inspecteer het voertuig voordat u gaat
rijden; zie CHECKLIST VOOR HET VER-
TREK.
Schakel de motor steeds in en uit vol-
gens de aanwijzingen in het onderdeel
BASISPROCEDURES.
______
68
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Rijhouding
In een goede rijhouding kunt u vlotter
manoeuvreren met uw voertuig. Houd
uw beide handen en beide voeten al-
tijd in de juiste positie, zodat u vlot aan
alle bedieningselementen kunt. Uw
pols zou normaal gezien een rechte lijn
moeten vormen met uw arm (in deze
positie kunt u precies doseren hoe-
veel gas u geeft). Uw armen moeten
ontspannen en gebogen zijn. Zit met
de rug recht, het hoofd rechtop en de
ogen vooruit. Houd uw beide voeten
op de voetsteunen bij de bedienings-
elementen.
Rijd nooit, zelfs niet over een korte af-
stand, in een andere dan de correcte
houding.
rmo2008-001-062
TYPISCH — RIJHOUDING
Praktijkoefeningen
(model SM5)
OPMERKING: Als u van plant bent
een aanhangwagen van BRP te gebrui-
ken, raden we u aan deze oefeningen
uit te voeren met een geladen aan-
hangwagen voordat u zich op de weg
begeeft. Zo komt u meer te weten
over het rijgedrag van uw voertuig.
_______
Advertenties
