Inhoudsopgave
Advertenties
5 Voor de installatie
5.3
Locatiekeuze
26
50 - 200
≤ 11,2
200 - 600
≤ 8,4
> 600
≤ 0,11
*) voor circulatiewaterverwarmers (< 0,3 l/kW) en systemen met elektrische
verwarmingselementen
Opgelet
De garantie is alleen geldig als de door BRÖTJE verstrekte instruc
ties worden opgevolgd.
5.2.4
Verdere informatie over het verwarmingswater
Het water mag geen vreemde bestanddelen bevatten, zoals zweetdrup
pels, roestdeeltjes, kalkaanslag of slib. Tijdens de inbedrijfstelling dient
het systeem te worden gespoeld totdat er schoon water uit komt. Als het
systeem wordt gespoeld moet ervoor worden gezorgd dat het water niet
door de warmtewisselaar van de ketel stroomt, dat de radiatorthermosta
ten worden verwijderd en de klepinzetten op het maximale debiet wor
den ingesteld.
Als er additieven worden gebruikt, is het van belang om de instructies van
de fabrikant op te volgen.
Indien in bijzondere gevallen het gebruik van additieven in een mengsel
nodig is (bijv. hardheidsstabilisator, vorstbeschermingsmiddel, afdicht
middel etc.), moet ervoor worden gezorgd dat de middelen compatibel
zijn met elkaar en dat de pH-waarde niet wordt veranderd. Er dienen bij
voorkeur middelen van dezelfde fabrikant te worden gebruikt.
Bij bufferopslagtanks in combinatie met zonne-energiesystemen of ketels
op vaste brandstof moet de bufferinhoud in aanmerking worden geno
men wanneer het watervulvolume wordt bepaald.
5.2.5
Gebruik van stookolieadditieven
Stookolieadditieven worden aanbevolen als ze:
bijdragen aan de verbetering van de opslagstabiliteit van de brandstof,
bijdragen aan de verhoging van de thermische stabiliteit van de brandstof,
of
bijdragen aan de reductie van stank bij het navullen en aan de verbran
ding zonder vorming van afzettingen
Additieven die de verbranding verbeteren zijn niet toegestaan als ze leiden
tot de vorming van afzettingen.
5.3.1
Tips voor de plaats van de installatie
Opgelet
Kans op waterschade!
Bij het installeren van de BOB 20/25 B is het belangrijk ervoor te
zorgen dat er tijdens de installatie geschikte voorzorgsmaatregelen
worden genomen om waterschade met name door mogelijke lek
ken in de tapwateropslagtank te voorkomen.
De installatieruimte moet droog en vorstvrij zijn (0°C tot 45°C).
Bij de keuze van de plaats van installatie moet rekening met het verloop van
de rookgaspijpen worden gehouden. Als de ketel worden geïnstalleerd, moet
de aangegeven vrije ruimte naar de wand worden aangehouden.
In overeenstemming met de algemene regels van de techniek, moeten met
name de regels van de Duitse deelstaten, zoals brandpreventie- en bouw
voorschriften evenals verwarmingsrichtlijnen in acht worden genomen. Voor
de installatie moet voldoende ruimte beschikbaar zijn om inspectie- en on
derhoudswerkzaamheden uit te kunnen uitvoeren.
≤ 8,4
< 0,11
≤ 0,11
< 0,11
< 0,11
< 0,11
7633763 - 01 - 23032017
Advertenties
Inhoudsopgave
