8
Beginnen met zaaien
Indicatie bij stilstand:
Cijfer 1 (Afb. 30/1) geeft de rijsnelheid
(km/h) weer.
Cijfer 2 (Afb. 30/2) geeft de
rijpadenteller 4 weer.
AMALOG BAH0017.0 07.07
1. Machine in startpositie (stilstand) brengen.
2. De juiste markeur neerlaten (zie gebruiksaanwijzing
zaaimachine).
De markeurschakeling doorschakelen als de juiste markeur niet naar
beneden komt.
De rijpadenschakeling is aan de markeurschakeling gekoppeld.
3. Toets
indrukken.
→
Instellen van de rijpadenteller [bijv.: rijpadenteller 4, zie (Afb. 8,
op pagina 16) onder de tekst "START"].
Afb. 30
4. Toets
indrukken en ingedrukt houden.
5. Toets
indrukken.
→
De deeloppervlakteteller staat op 0 [ha].
6. Begin te rijden.
Beginnen met zaaien
31