Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
Amazone AMATRON+ Bedieningshandleiding
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. Amazone Handleidingen
  4. Controle-eenheden
  5. AMATRON+
  6. Bedieningshandleiding

Amazone AMATRON+ Bedieningshandleiding

Voor precisiezaaimachine edx
Verberg thumbnails Zie ook voor AMATRON+:
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
MG3605
BAG0062.5 09.12
Printed in Germany
nl
Bedieningshandleiding
az
AMATRON
voor
Precisiezaaimachine EDX
Boordcomputer
+
bedieningshandleiding voor
gebruik door en volg de
aanwijzingen zorgvuldig op!
bedieningshandleiding voor
toekomstig gebruik!
Lees deze
Bewaar de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor Amazone AMATRON+

Samenvatting van Inhoud voor Amazone AMATRON+

  • Pagina 1 Bedieningshandleiding AMATRON voor Precisiezaaimachine EDX Boordcomputer Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de MG3605 aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0062.5 09.12 Printed in Germany Bewaar de bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
  • Pagina 2 Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
  • Pagina 3 + 49 (0) 5405 501-234 E-mail: amazone@amazone.de Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer: MG3605 Productiedatum: 09.12 ...
  • Pagina 4 U kunt uw suggesties per fax aan ons doorgeven. AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 Fax.: + 49 (0) 5405 501-234 E-mail: amazone@amazone.de Amatron+ BAG0062.5 09.12...

  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Inhoud Tips voor de gebruiker ................7 Doel van het document ......................7 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding..............7 Gebruikte beschrijvingen ......................7 Algemene veiligheidsinstructies ..............8 Beschrijving van veiligheidssymbolen ..................8 Montage-instructies..................9 Console en computer.......................9 Aansluiting van de machine .....................9 Voedingskabel ........................10 Beschrijving van het product ..............11 Beschrijving van de toetsen ....................12 Shift –...
  • Pagina 6 Inhoud 6.4.9 Kunstmestdosering........................ 50 6.4.10 Zaaigoeddosering........................51 6.4.11 Weergave ventilatortoerental kunstmestdosering / zaaigoeddosering ......... 52 6.4.12 Selecteerbare weergave Luchtdruk in zaaigoeddosering / Toerental doseerunit....52 6.4.13 Afstropers zaaigoeddosering ....................53 Werkwijze bij het gebruik ...................... 54 6.5.1 Toetsdefinitie werkmenu ....................... 55 Onderhoud ....................

  • Pagina 7: Tips Voor De Gebruiker

    Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding  beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine.  voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.

  • Pagina 8: Algemene Veiligheidsinstructies

    Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken. De bedieningshandleiding  altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! ...

  • Pagina 9: Montage-Instructies

    Montage-instructies Montage-instructies Console en computer De tractorbasisuitrusting (Afb. 1/1) ( console met verdeler) moet in het zicht en binnen handbereik rechts naast de bestuurder trillingsvrij en elektrisch geleidend aan de cabine worden gemonteerd. De afstand tot de radio resp. de radioantenne moet ten minste 1 m bedragen.

  • Pagina 10: Voedingskabel

    Montage-instructies Voedingskabel De benodigde bedrijfsspanning bedraagt 12 V en moet direct van de accu worden betrokken. Vóór het aansluiten van de AMATRON op een trekker met meerdere accu's moet in de bedieningshandleiding van de trekker of door navraag bij de trekkerfabrikant worden nagegaan, op welke accu de computer moet worden aangesloten! 1.

  • Pagina 11: Beschrijving Van Het Product

    Beschrijving van het product Beschrijving van het product Met de AMATRON kunnen de AMAZONE- machines EDX comfortabel worden gecontroleerd en bediend. De AMATRON bestaat uit de terminal (Afb. 5), de basisuitrusting (bevestigingsmateriaal) en de jobcomputer van de machine. Eventueel optredende storingen worden optisch en/of akoestisch aangegeven.

  • Pagina 12: Beschrijving Van De Toetsen

    Beschrijving van het product Beschrijving van de toetsen De functies die aan de rechter displayrand door een functieveld (vierkant veld of diagonaal gescheiden vierkant veld) worden aangegeven, worden aangestuurd met de toetsenrijen rechts naast het display.  Verschijnen op het display alleen maar vierkante velden, dan is alleen de rechter toets (Afb.

  • Pagina 13: Shift-Toets

    Beschrijving van het product Shift – toets  Aan de achterzijde van het apparaat zit de Shift-toets (Afb. 9/1).  Is de Shift-toets ingedrukt, dan wordt dit op het display aangegeven (Afb. 10/1).  Bij het indrukken van de Shift-toets verschijnen meer functievelden (Afb.

  • Pagina 14: Invoer In Amatron

    Beschrijving van het product Invoer in AMATRON In deze bedieningshandleiding worden de functievelden met onderstaande beschrijving weergegeven, om aan te geven welke bijbehorende toets moet worden ingedrukt. Voorbeeld: functieveld Beschrijving in de bedieningshandleiding: Functie A uitvoeren. Actie van de gebruiker: Afb.

  • Pagina 15: Kiezen Van Opties

    Beschrijving van het product 4.3.2 Kiezen van opties  Keuzepijl (Afb. 14/1) met positioneren.  Bevestigen van de keuze ( Afb. 14/2). Afb. 14 4.3.3 Toggle-functie In-/uitschakelen van functies:  Functietoets (Afb. 15/2) eenmaal indrukken.  Functie aan (Afb. 15/1). ...

  • Pagina 16: Hiërarchie Van De Amatron

    Beschrijving van het product Hiërarchie van de AMATRON Werkmenu Hoofdmenu Menu "Service"  Optosensor controleren Menu "Opdracht" Menu "Mest" Invoer Weergave Invoer:  Naam  Opdrachtnummer  Gewenste hoeveelheid  Notitie  Naam  Aandrijvingsstand instellen  n/rij  Notitie ...

  • Pagina 17: Inbedrijfstelling

    Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Beginscherm Na het inschakelen van de AMATRON aangesloten machinecomputer verschijnt het startmenu (Afb. 16), waarop het terminalsoftwareversienummer wordt aangegeven. Na ca. 2 s springt de AMATRON automatisch naar het hoofdmenu. Worden na het inschakelen van de AMATRON gegevens van de machinecomputer geladen, bv.

  • Pagina 18: Opdracht Aanleggen

    Inbedrijfstelling Opdracht aanleggen In het hoofdmenu "Opdracht" kiezen! Wordt het menu "Opdracht" geopend, dan verschijnt de als laatste gestarte opdracht. Er kunnen maximaal 20 opdrachten worden opgeslagen. Kies voor het aanleggen van een nieuwe opdracht een opdrachtnummer. Reeds opgeslagen opdrachten kunnen worden opgeroepen en weer worden gestart.
  • Pagina 19 Inbedrijfstelling De naam van de opdracht en een notitie kan in ieder overzicht worden ingevoerd.  Voer de naam in. Afb. 20  Voer een notitie in. (1) Overzicht zaaigoed:  Gewenste hoeveelheid zaaigoed in korrels per hectare invoeren.  Afstand van de korrels invoeren.
  • Pagina 20 Inbedrijfstelling (3) Overzicht rijpaden  Werkbreedte onderhoudsapparaat invoeren.  Hier 0 invoeren, indien geen rijpaden moeten worden aangemaakt.  Spoorbreedte van het onderhoudsapparaat conform het keuzevenster kiezen. Afb. 23  Wielbreedte onderhoudsapparaat invoeren.  Werkbegin met hele of halve werkbreedte. ...
  • Pagina 21 Inbedrijfstelling  Permanent uitschakelen, uitschakelen alleen voor de zaaipaden en maken van rijpaden kan willekeurig worden gecombineerd.  Bij het maken van rijpaden of uitschakelen van rijen wordt geen zaaigoed naar de uitgeschakelde rijen getransporteerd.  Het uitbrengen van mest wordt niet door het maken van rijpaden of uitschakelen van enkele rijen beïnvloed.

  • Pagina 22: Afdraaiproef Voor Meststof Uitvoeren

    Inbedrijfstelling Afdraaiproef voor meststof uitvoeren Met de afdraaiproef wordt gecontroleerd, of bij het latere werk de gewenste hoeveelheid wordt uitgestrooid. De afdraaiproef moet altijd worden uitgevoerd  als u een andere meststof gaat gebruiken;  bij afwijkingen tussen de afdraaiproef en de werkelijke hoeveelheid uitgestrooid materiaal.
  • Pagina 23 Inbedrijfstelling 7. Verdraai het stapwiel met de slinger zoals in de bedieningshandleiding van de machine staat beschreven, totdat de signaaltoon klinkt. Als na het klinken van de signaaltoon nog verder wordt gedraaid, houdt de AMATRON hier bij het berekenen rekening mee.

  • Pagina 24: Machines Met Elektrische Maximale Dosering Afdraaien (Edx 6000 / 6000-T)

    Inbedrijfstelling 5.4.2 Machines met elektrische maximale dosering afdraaien (EDX 6000 / 6000-T) 1. Bereid de afdraaiproef volgens de bedieningshandleiding van de zaaimachine voor! Voer de gewenste hoeveelheid in kg/ha in. Deze waarde kan ook in het menu "Opdracht" worden ingevoerd (zie op pagina 18).

  • Pagina 25: Controle Van De Optosensor

    Inbedrijfstelling Controle van de optosensor In het hoofdmenu " Service " kiezen! De optosensoren zijn in de strooiopeningen voor de dosering geïntegreerd. Ter controle van de optosensor: 1. Trek de zaadslangen van de strooiopening. 2. Steek een voorwerp in de strooiopening. ...

  • Pagina 26: Machinegegevens Invoeren

    Inbedrijfstelling Machinegegevens invoeren Kies machinegegevens in het hoofdmenu! Pagina 1 in het menu "Machinegegevens" (Afb. 30):  Trajectsensor kalibreren (zie op pagina 27).  Het aantal boringen per rij op de trommel invoeren.  Invoer minimale luchtdruk in de dosering Standaardwaarde: 45 mbar Afb.

  • Pagina 27: Trajectsensor Kalibreren (Machinegegevens )

    Inbedrijfstelling Pagina 2 in het menu "Machinegegevens" (Afb. 31)  Invoer van stap in % voor zaaigoed.  Waarde voor procentuele hoeveelheidsverandering.  Tijdens het werk met instellen.  Invoer van stap in % voor mestgoed.  Waarde voor procentuele hoeveelheidsverandering.
  • Pagina 28 Inbedrijfstelling Voor het invoeren van Imp./100 m zijn er 2 mogelijkheden:  De waarde is bekend (zie Afb. 34) en wordt handmatig in de AMATRON ingevoerd.  De waarde is niet bekend en wordt door het rijden van het meetraject van 100 m bepaald.

  • Pagina 29: Menu "Setup

    Inbedrijfstelling Menu "Setup" In het menu "Setup"  worden de diagnosegegevens voor de servicedienst bij het onderhoud of storingen in- en uitgevoerd;  worden instellingen voor het display aangepast;  worden basisgegevens voor de machine geselecteerd en ingevoerd of toebehoren (alleen voor de servicedienst) in- resp. uitgeschakeld.
  • Pagina 30 Inbedrijfstelling Pagina 2 van het setup-menu (Afb. 36):  Machinegegevens terugzetten op de fabrieksinstelling. Alle ingevoerde en verzamelde gegevens, zoals opdrachten, machinegegevens, kalibratiewaarden en setup-gegevens gaan verloren. Afb. 36 Pagina 1 basisgegevens (Afb. 37):  Soort machine kiezen.  Rij-uitschakeling configureren, zie pagina 32 ...
  • Pagina 31 Inbedrijfstelling Pagina 2 basisgegevens (Afb. 38):  Meststoftank kiezen.  Tank achter  Fronttank   Niveausensor  Zaaigoed  Meststof Afb. 38  Beide (zaaigoed/meststof)  Uit (geen niveausensor)  Werkstandsensor configureren  Kunstmestdosering configureren. (zie pagina 35). Pagina 3 basisgegevens (Afb.

  • Pagina 32: Rij-Uitschakeling Configureren

    Inbedrijfstelling Pagina 4 basisgegevens (Afb. 39):  Voer de regelfactor voor de doseermotoren in. Standaardwaarde: 0,5  Maximale afwijking in % van het windmolentoerental van de mestkorreldosering. Fig. 40 5.7.1 Rij-uitschakeling configureren  Rijpadenschakeling kiezen.  Geen  Variabel Fig. 41 Amatron+ BAG0062.5 09.12...

  • Pagina 33: Lichtsloten Afstellen (Basisgegevens )

    Inbedrijfstelling 5.7.2 Lichtsloten afstellen (basisgegevens Lichtsloten afstellen (zie pagina 59).  Bepaalde lichtsloten programmeren.  Alle lichtsloten programmeren.  Tijd in seconden tot het geven van een alarm na afwijken van de gewenste waarde (K/ha) invoeren. Afb. 42 Standaardwaarde: 5 s ...

  • Pagina 34: Werkstandsensor (Basisgegevens )

    Inbedrijfstelling 5.7.3 Werkstandsensor (basisgegevens Werkstandsensor  Digitaal  Analoog (Standaard) Analoog:  Drempelwaarde werkstand invoeren.  Waarden onder de drempelwaarde: werkstand = 1  Waarden boven de drempelwaarde: Afb. 43 werkstand = 0 EDX 9000-TC: 1,43 V EDX 6000-TC: 1,43 V EDX 6000-2 / 2C: 3,30 V ...

  • Pagina 35: Kunstmestdosering Configureren (Basisgegevens )

    Inbedrijfstelling 5.7.4 Kunstmestdosering configureren (basisgegevens Kunstmestdosering configureren  Kunstmestdosering  Vario-aandrijving (EDX 9000-T)  Maximale dosering ((EDX 6000 / 6000-T)  Geen Vario-aandrijving Afb. 44  Invoer van basisinstellingen (zie pagina 58).  Controle van de meststof.  1 as ...

  • Pagina 36: Terminal-Setup

    Inbedrijfstelling 5.7.5 Terminal-setup In het menu "Setup":  Druk de volgende toetsen tegelijkertijd in om de instellingen van het display te veranderen:  Bladeren en  Shift-toets.  Open via het functieveld de invoer "Display-instellingen".  Weergaven van de op de bus Afb.
  • Pagina 37 Inbedrijfstelling Pagina 2 van de terminal-setup  Invoer van de tijd.  Invoer van de datum.  Invoer van de snelheid van de gegevensoverdracht. Afb. 49 Pagina 3 van de terminal-setup  Programma wissen: Programma kiezen. Programma wissen. Afb. 50 Amatron+ BAG0062.5 09.12...

  • Pagina 38: Gebruik Op Het Veld

    Gebruik op het veld Gebruik op het veld VOORZICHTIG Tijdens de rit naar het veld en op de openbare weg moet de AMATRON altijd zijn uitgeschakeld!  Gevaar voor ongevallen door verkeerde bediening! Vóór begin van het zaaien moeten de volgende gegevens in de AMATRON zijn ingevoerd: ...

  • Pagina 39: Weergaven Werkmenu

    Gebruik op het veld Weergaven werkmenu Nummer in Rijsnelheid rijpadenverdeling Bewerkte oppervlakte Windmolentoerental Positie van de veldrand zaaigoed of mestkorrels bij rijpadenfunctie Toerental mestkorreldosering (EDX 6000) Zaaischijfdruk Mestschijfdruk Gewenste hoeveelheid meststof Knipperend symbool bij lege container (zaaigoed, meststof) Doseerunit: Doseerunit 2: Toerental Alleen EDX 9000-T Afstropers...

  • Pagina 40: Functies In Werkmenu

    Gebruik op het veld Voorkeuze hydraulische functies Markeur- Markeur in Hindernisf Stapwiel Markeur links Markeur rechts voorkeuze transportstan unctie blokkeren actief actief Functies in werkmenu 6.4.1 Rijpaden Rijpadenteller doorschakelen/terugschakelen Verder schakelen van de rijpadenteller onderdrukken en weer toestaan Rijpadenteller op 1 terugzetten Wisseling veldrand links/rechts In het Werkmenu worden de uitgeschakelde rijen bij het maken van een rijpad getoond.
  • Pagina 41 Gebruik op het veld Voorbeeld voor het maken van rijpaden werkbreedte EDX: 6 m Werkbreedte veldspuiten: 24 m De wendakker omvat 3 ronden met de EDX. Procedure om bij het maken van een rijpad in de wendakker in een cirkel te kunnen rijden: Voor het begin van het zaaien de correcte zijde van de veldrand kiezen.

  • Pagina 42: Uitschakeling Enkele Rij

    Gebruik op het veld 6.4.2 Uitschakeling enkele rij Rij-uitschakeling halfzijdig links/rechts (EDX 9000 TC) Afzonderlijke rijen van buiten links/recht uitschakelen Afzonderlijke rijen van buiten links/recht bijschakelen Alle uitgeschakelde rijen weer bijschakelen In het werkmenu kunnen afzonderlijke rijen uit- en bijgeschakeld worden.

  • Pagina 43: Permanente Uitschakeling Afzonderlijke Rij

    Gebruik op het veld (1) Rijen halfzijdig uitgeschakeld (via aandrijfmotor EDX 9000-TC) Fig. 57 6.4.3 Permanente uitschakeling afzonderlijke rij Uit te schakelen rij met de keuzebalk markeren. Gemarkeerde rij uitschakelen.  Het uitschakelen kan op dezelfde wijze ongedaan worden gemaakt. ...

  • Pagina 44: Markeur

    Gebruik op het veld 6.4.4 Markeur Bij het oplichten / zakken van de machines wordt automatisch de gekozen markeur bediend. Handmatige markeurvoorkeuze Markeurvoorkeuze Afwisselend links / rechts (de actieve markeur wisselt automatisch bij de wendakker) Altijd markeur rechts Altijd beide markeurs Geen markeur Altijd markeur links Afb.
  • Pagina 45 Gebruik op het veld Markeurs in transportstand klappen Hiermee kunnen de markeurs in transportstand worden geklapt.  Volledig inklappen kiezen (Afb. 60).  Bij het oplichten van de machine klappen de markeurs in transportstand.  Voorkeuze opheffen.  Bij het oplichten van de machine klappen de markeurs in verticale stand.

  • Pagina 46: Stapwiel

    Gebruik op het veld 6.4.5 Stapwiel Neerlaten van het stapwiel blokkeren Bij het rijden in de werkstand met opgelicht stapwiel wordt geen zaaigoed en kunstmest verspreid. Blokkeren van het stapwiel kiezen (Afb. 62).  Bij het neerlaten van de machine blijft het stapwiel in de bovenste stand.

  • Pagina 47: Machine In-/Uitklappen (Edx 6000-T, Edx 9000-T)

    Gebruik op het veld 6.4.6 Machine in-/uitklappen (EDX 6000-T, EDX 9000-T) Machine in-/uitklappen  Naar het submenu "In-/uitklappen" gaan (Afb. 63). Afb. 63 Uitklappen Kies uitklappen (Afb. 64). 2. Bedien tractorregeleenheid 1.  Elementen uit de transporthaken lichten.  Displayweergave: Veilig uitklappen mogelijk! (Afb.
  • Pagina 48 Gebruik op het veld Inklappen Kies inklappen. Eerst de markeur in transportstand brengen, zie pagina 45! 2. Bedien tractorregeleenheid 1. Afb. 66  Zwenk het achterframe tot tegen de eindstand naar boven.  Displayweergave: Veilig inklappen mogelijk! (Afb. 67). VOORZICHTIG Mogelijke beschadiging van de machine bij het naar boven zwenken van het achterframe!

  • Pagina 49: Zaaischijfdruk Instellen

    Gebruik op het veld 6.4.7 Zaaischijfdruk instellen Zaaischijfdruk verlagen. Zaaischijfdruk verhogen. Afb. 68: Weergave geselecteerde schijfdruk. Afb. 68 6.4.8 Mestschijfdruk instellen Mestschijfdruk verlagen. Mestschijfdruk verhogen. Afb. 69: Weergave mestschijfdruk. De schijfdruk is van invloed op de strooidiepte van de mest. Verlaagde schijfdruk ...

  • Pagina 50: Kunstmestdosering

    Gebruik op het veld 6.4.9 Kunstmestdosering Hoeveelheid meststof verlagen Hoeveelheid meststof verhogen Per druk op de toets wordt de hoeveelheid meststof met een stap verhoogd resp. verlaagd (bv. +/- 10%). Afb. 70 Kunstmest voordoseren Voordosering starten / stoppen  Aan het begin van het zaaien: bij het wegrijden vanuit stilstand moet de voordosering worden bediend, zodat er de eerste meters voldoende kunstmest wordt...

  • Pagina 51: Zaaigoeddosering

    Gebruik op het veld 6.4.10 Zaaigoeddosering Voordosering starten / stoppen  Aan het begin van het zaaien: bij het wegrijden vanuit stilstand moet de voordosering worden bediend, zodat er de eerste meters voldoende zaaigoed wordt verspreid. Voordosering starten.  Door de voordosering is de trommel bij de dosering zeker goed gevuld (Afb.

  • Pagina 52: Weergave Ventilatortoerental Kunstmestdosering / Zaaigoeddosering

    Gebruik op het veld 6.4.11 Weergave ventilatortoerental kunstmestdosering / zaaigoeddosering Weergave ventilatortoerental Door een druk op de toets verschijnt de weergave gedurende 10 seconden. Afb. 74: (1) Ventilatortoerental kunstmestdosering  minimale waarde: 3500 omw /min  maximale waarde: 3800 omw /min (2) Standaardwaarde: Ventilatortoerental zaaigoeddosering ...

  • Pagina 53: Afstropers Zaaigoeddosering

    Gebruik op het veld 6.4.13 Afstropers zaaigoeddosering Aftelling afstropers voor zaaigoeddosering 1 Afstelling afstropers voor zaaigoeddosering 2 (alleen EDX 9000- Positie van de afstropers in het menu Werkmenu inschakelen / uitschakelen De afstroper aan de trommel van de zaaigoeddosering voorkomt dubbelzaai. De afstroper kan in het bereik van 0 tot 100 worden ingesteld.

  • Pagina 54: Werkwijze Bij Het Gebruik

    Gebruik op het veld Werkwijze bij het gebruik 1. Schakel de AMATRON 2. Kies de gewenste opdracht in het hoofdmenu en controleer de instellingen. Start de opdracht. Kies het werkmenu. Voor het bedienen van de hydraulische functies staan 3 tractor- regeleenheden ter beschikking: ...

  • Pagina 55: Toetsdefinitie Werkmenu

    Gebruik op het veld 6.5.1 Toetsdefinitie werkmenu Pagina 1: Beschrijving van de functievelden hoofdstuk Rijpadenteller terugzetten Rijpadenteller vooruitzetten. 6.4.1 6.4.4 Markeur – hindernisschakeling Handmatige markeurvoorkeuze 6.4.4 de actieve markeur wisselt automatisch bij de wendakker Verder schakelen van de rijpadenteller onderdrukken en 6.4.1 weer toestaan Beschrijving van de functievelden...
  • Pagina 56 Gebruik op het veld Pagina 3: Beschrijving van de functievelden hoofdstuk Rij-uitschakeling halfzijdig links 6.4.2 Rij-uitschakeling halfzijdig rechts Afzonderlijke rijen van buiten links uitschakelen 6.4.2 Afzonderlijke rijen van buiten rechts uitschakelen Afzonderlijke rijen van buiten links bijschakelen 6.4.2 Afzonderlijke rijen van buiten rechts bijschakelen 6.4.4 Markeur –...

  • Pagina 57: Positie Van De Afstrijker In Het Werkmenu Weergeven/Verbergen

    Gebruik op het veld Pagina 5: Beschrijving van de functievelden hoofdstuk 6.4.13 Afstelling afstrijker voor zaaigoeddosering 1 Positie van de afstrijker in het Werkmenu 6.4.13 weergeven/verbergen Amatron+ BAG0062.5 09.12...

  • Pagina 58: Onderhoud

    Onderhoud Onderhoud Aandrijving kalibreren Machines met een kunstmestdosering met afstandsinstelling moeten worden gekalibreerd,  vóór het eerste gebruik als de AMATRON niet af fabriek met de machine wordt geleverd, maar pas later is aangebracht;  bij afwijkingen tussen de weergave op de terminal en op de schaal van de aandrijving.

  • Pagina 59: Lichtsloten Programmeren

    Onderhoud Lichtsloten programmeren Lichtsloten afstellen, zie pagina 33! Bepaalde lichtsloten programmeren Setup / basisgegevens Ga als volgt te werk om een bepaald lichtslot aan de juiste rij toe te wijzen: Submenu "Bepaalde lichtsloten programmeren". Start de programmering. 3. Maak de hoofdstekker van de lichtsloten los.

  • Pagina 60: Alarmen En Meldingen

    Alarmen en meldingen Alarmen en meldingen Melding: Er verschijnt een storingsmelding onder in het display en er klinkt driemaal een signaaltoon.  Verhelp de storing, indien mogelijk. Voorbeeld:  Niveau te laag.  Remedie: zaaigoed bijvullen. Afb. 81 Alarm: Er verschijnt een alarmmelding in het midden van het display en er klinkt een signaaltoon.
  • Pagina 61 Alarmen en meldingen Optische sensor Slangbevestiging op de koppelingen Dubbele in rij: x Melding registreert te veel controleren, stroombed controleren, korrels instelling afstrijker veranderen Zaaigoedniveau te Sensor niveau Zaaigoed bijvullen, sensorpositie niet laag, links (1), rechts Alarm herkent geen correct, zaaigoed gelijkmatig verdelen, zaakgoed diagnosemenu oproepen (sensor defect) Toerental van de...
  • Pagina 62 Alarmen en meldingen Controleer de aansluiting van de motor en Ondanks de de sensor, controleer de positie van de snelheidsregistratie sensor, hef blokkade van de aandrijving op, wordt geen Meststofdoseerder controleer de hoeveelheidsinstelling op de Alarm omwenteling van de draait niet vario-aandrijving, instelling in AMATRON:"...
  • Pagina 63 Alarmen en meldingen Toerental Meststofventilator meststofventilator Toerental verminderen, maximale toerental Alarm groter dan 4200 sensorpositie controleren overschreden 1/min Overschrijding van Actuele toerental meststofventilator Meststofventilator: het gewenste aanpassen, ventilatortoerental te Melding toerental van de waarde gewenste toerental hoog meststofventilator meststofventilator verhogen Onderschrijding van Actuele toerental meststofventilator Meststofventilator:...

  • Pagina 64: Storing

    Storing Storing Storing in de trajectsensor Als er een storing in de trajectsensor (impulsen/100m) is die aan de aandrijving is bevestigd, kan na het invoeren van een gesimuleerde werksnelheid verder worden gewerkt. Om een verkeerd zaairesultaat te voorkomen, moet de defecte sensor worden vervangen.

  • Pagina 65: Schakel Het Defecte Lichtslot Uit

    Storing Schakel het defecte lichtslot uit Een defect lichtslot wordt in het werkmenu aangegeven door de weergave van een kleinere hoeveelheid K/ha. De weergave van een kleinere hoeveelheid kan ook een andere oorzaak hebben. Schakel het defecte lichtslot uit: Kies Setup in het hoofdmenu. Kies Diagnose invoer.
  • Pagina 66 Tel.: + 49 (0) 5405 501-0 D-49202 Hasbergen-Gaste Telefax: + 49 (0) 5405 501-234 Germany e-mail: amazone@amazone.de http:// www.amazone.de Overige vestigingen: D-27794 Hude  D-04249 Leipzig  F-57602 Forbach, Fabrieksvestigingen in Engeland en Frankrijk Fabrieken voor strooiers van minerale kunstmest, landbouwsproeiers, zaaimachines,...

Inhoudsopgave