FOUTOPSPORING
FOUTOPSPORINGSCODES (VERVOLG)
Codenummer Soort bericht
Mogelijke oorzaak
Poging om een elektrotherapiebehandeling te kiezen, maar er is geen Stim-
121
Informatie
module geïnstalleerd
Poging om een combinatiebehandeling te kiezen, maar er is geen Stim-
122
Informatie
module nr. 1 (kanaal 1 en 2) op het toestel geïnstalleerd
Poging om een ultrageluid- of combinatiebehandeling te kiezen, maar er is
123
Informatie
geen ultrageluid-module op het toestel geïnstalleerd
124
Informatie
Poging om een handeling te verrichten met een USB-flashstation, maar er is
125
Informatie
geen USB-flashstation op het toestel aangesloten of de toegang tot het USB-
flashstation wordt geweigerd
126
Informatie
127
Informatie
Poging een handeling te verrichten waarvoor een bepaald bestand op het
128
Informatie
USB-flashstation vereist is, maar het bestand is niet te vinden op het USB-
129
Informatie
flashstation
130
Informatie
Poging een scherm af te drukken naar het USB-flashstation terwijl er een
132
Informatie
behandeling wordt uitgevoerd
Poging protocollen te importeren van het USB-flashstation terwijl er een
133
Informatie
behandeling wordt uitgevoerd
203
Waarschuwing
Fout bij aflezen protocol uit interne opslag
210
Waarschuwing
211
Waarschuwing
De lasertoepassing is niet meer gecalibreerd
212
Waarschuwing
213
Waarschuwing
216
Waarschuwing
Fout bij aflezen protocol uit interne opslag
233
Waarschuwing
Elektrotherapie – slecht elektrodencontact, te hoge stroom, of kortgesloten
234
Waarschuwing
geleidingsdraden zijn gedetecteerd
235
Waarschuwing
Mogelijke oplossingen
1. Als er een stim-module is geïnstalleerd op het toestel, zorg dan dat de module
stevig in het toestel is gestoken.
2. Als er geen stim-module is geïnstalleerd, moet u contact opnemen met de dealer of
de fabriek en er een kopen.
1. Zorg dat, als stim-module nr. 1 op het toestel is geïnstalleerd, de module goed in het
toestel is aangebracht.
2. Als stim-module nr. 1 niet is geïnstalleerd, moet u contact opnemen met de dealer
of de fabriek en er een kopen.
1. Als er een ultrageluidmodule is geïnstalleerd op het toestel, zorg dan dat de module
stevig in het toestel is gestoken.
2. Als er geen ultrageluidmodule is geïnstalleerd, moet u contact opnemen met de
dealer of de fabriek en er een kopen.
1. Zorg dat het USB-flashstation goed in het toestel is aangebracht en dat het een
geldig USB-flashstation is, of
2. Probeer het met een ander USB-flashstation.
1. Zorg dat het USB-flashstation het juiste bestand bevat voor de gewenste functie.
2. Zorg dat het USB-flashstation goed in het toestel is aangebracht en dat het een
geldig USB-flashstation is, of
3. Probeer het met een ander USB-flashstation.
De functie Scherm afdrukken is niet toegelaten terwijl er een behandeling wordt
uitgevoerd. Wacht tot de behandeling is afgerond en probeer het daarna nogmaals.
De functie Protocol importeren is niet toegelaten terwijl er een behandeling wordt
uitgevoerd. Wacht tot de behandeling is afgerond en probeer het daarna nogmaals.
1. Het therapiesysteem opnieuw instellen door de Aan/Uit-schakelaar 'uit' en dan weer
'aan' te zetten.
2. Kies, als het probleem aanhoudt na het opnieuw instellen van het toestel, de
optie Fabrieksprotocollen herstellen op het scherm Hulpprogramma' s . Raadpleeg het
hoofdstuk HULPPROGRAMMA'S EN OPTIES op pagina 48.
3. Als het probleem aanhoudt, moet u het gebruik van het toestel staken en contact
opnemen met de dealer of de fabriek voor technische service.
1. Staak het gebruik van deze laserapplicator en neem contact op met de dealer of de
fabriek voor technische service voor herkalibratie van de laserapplicator.
2. Als het probleem optreedt bij meer dan één laserapplicator, moet het gebruik van
de laser worden gestaakt en moet contact opgenomen worden met de dealer of de
fabriek voor technische service.
1. Het therapiesysteem opnieuw instellen door de Aan/Uit-schakelaar 'uit' en dan weer
'aan' te zetten.
2. Herstel de fabrieksprotocollen op het scherm Hulpprogramma' s . Raadpleeg het
hoofdstuk HULPPROGRAMMA'S EN OPTIES op pagina 48.
3. Als het probleem aanhoudt, moet u het gebruik van het toestel staken en contact
opnemen met de dealer of de fabriek voor technische service.
1. Zorg dat de elektroden op de juiste manier zijn geplaatst volgens de richtlijnen.
2. Controleer de verbindingen tussen de elektroden en de geleidingsdraden, zowel op
het toestel als aan de elektrode.
3. Vervang de elektroden.
4. Vervang de geleidingsdraden.
70
Intelect® Neo klinisch therapiesysteem