Inhoudsopgave
Advertenties
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGSMAATREGELEN:
WAARSCHUWING
• Voordat er een behandeling op de patiënt wordt uitgevoerd, dient u zich
vertrouwd te maken met de behandelingsprocedures voor elke
beschikbare behandelingsmodus alsmede met de indicaties, contra-
indicaties, waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen. Raadpleeg andere
bronnen voor aanvullende informatie in verband met de toepassing van
de verschillende behandelingswijzen.
• Ontkoppel het systeem van de krachtbron voordat u probeert
onderhouds- of installatiewerkzaamheden te verrichten, of het systeem
te verwijderen of te vervangen ter voorkoming van elektrische schokken
en mogelijke schade aan het systeem te voorkomen.
• Houd de elektroden gescheiden tijdens de behandeling. Als de elektroden
contact maken met elkaar, kan dit onjuiste stimulatie of brandwonden
op de huid veroorzaken.
• Het Intelect® Neo klinisch therapiesysteem kan gevoelig zijn voor
elektrostatische ontladingen (ESD) van meer dan ±4 kV als de
ultrageluidapplicator of laserapplicator voor het eerst in de hand wordt
genomen. Bij een dergelijke ontlading is het mogelijk dat het Intelect®
Neo klinisch therapiesysteem niet meer communiceert met de
geïnstalleerde modules. Het Intelect® Neo klinisch therapiesysteem
beëindigt alle actieve outputs (stim, echografie, laser), zet het toestel
automatisch in de veiligheidsstand en geeft foutbericht 301 of 307 weer.
- voor herstel van het foutbericht 301 of 307 moet het toestel uit
worden gezet en daarna weer aan met de AAN/UIT-schakelaar
bovenaan het weergavescherm. Zodra het systeem weer start,
kunnen alle onderbroken handelingen worden hervat.
• Om elektrostatische ontladingen (ESD) van meer dan ±4 kV te
voorkomen:
- moet men de ultrageluid- of laserapplicator stevig vastpakken
voordat wordt begonnen met de behandeling. Als u de applicator voor
het einde van de behandeling moet neerleggen, moet u de
behandeling eerst stopzetten en daarna de applicator in de houder
plaatsen.
- moet de omgevingsvochtigheid worden gehandhaafd op minimaal
50% relatieve vochtigheid.
- moet de vloer van hout, beton of keramische tegels zijn. Als de
vloerbedekking uit een synthetisch materiaal bestaat, raadt DJO extra
voorzorgsmaatregelen aan zodat een relatieve vochtigheid van
minstens 50% kan worden gehandhaafd.
- geef deze voorzorgsmaatregelen aangaande elektrostatische
ontladingen door aan de zorgverleners, contractanten, bezoekers en
patiënten.
• De langetermijngevolgen van chronische elektrische stimulatie zijn
onbekend.
• De stimulatie mag niet worden toegediend ter hoogte van de hals of
mond. Ernstige spasmen van de larynx- en farynxspieren kunnen
optreden en de contracturen kunnen zo sterk zijn dat de luchtwegen
worden afgesloten of er ademhalingsmoeilijkheden ontstaan.
• De stimulatie mag niet transthoracaal worden toegediend omdat bij de
doorgang van elektrische stroom door het hart hartaritmie kan worden
veroorzaakt.
WAARSCHUWING
• Geen stimulering toepassen op gezwollen, geïnfecteerde en ontstoken
delen of huiduitslag (bv. flebitis, thromboflebitis, spataderen enz.).
• De stimulatie mag niet worden toegediend boven of in de nabijheid van
carcinomateuze laesies.
• De dichtheid van de uitgangsstroom bij elektrotherapie staat in
verhouding tot de grootte van de elektrode. Onjuist aanbrengen kan
letsel bij de patiënt veroorzaken. Als er vragen zijn over de juiste maat
elektrode, kunt u een gediplomeerd zorgverlener raadplegen vóór de
behandelsessie.
• De optionele modules en bijbehorende accessoires van het Intelect® Neo
klinisch therapiesysteem zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik samen
met het Intelect® Neo klinisch therapiesysteem.
• Verwijder de ultrageluid- of laserapplicator door de kabelconnector te
ontkoppelen. NIET verwijderen door aan de kabel te trekken.
• Vacuümelektroden mogen niet worden gebruikt bij patiënten met een
dunne, broze huid. Het vacuüm kan contactproblemen en beurse plekken
tot gevolg hebben.
• Vacuümelectroden zijn niet geschikt voor patiënten die steroïden
innemen omdat dit de kans op beurse plekken verhoogt.
• De dichtheid van de uitgangsstroom staat in verhouding tot de grootte
van de elektrode. Onjuist aanbrengen kan letsel bij de patiënt
veroorzaken. Als er vragen zijn over de juiste maat elektrode, kunt u een
gediplomeerd zorgverlener raadplegen vóór de behandelsessie.
• Gebruik de ultrageluidapplicator niet bij patiënten tijdens de
opwarmperiode van de kop. Tijdens de opwarmperiode van de kop mag
de applicator niet uit de houder worden genomen.
• Sommige patiënten zijn gevoelig voor laserstralen (bv. patiënten die
geneesmiddelen innemen die de lichtgevoeligheid verhogen) en het is
mogelijk dat zij een reactie zoals warmte-uitslag ondervinden.
• Telkens vóór gebruik van de laser moet de plastic lens met een schoon
doekje worden schoongemaakt. Zorg dat u het reinigingsmiddel
aanbrengt met een schone doek. Als de lens niet wordt schoongemaakt
tussen de verschillende therapiesessies, kan dit fragmentatie van de
straal veroorzaken en dus de doeltreffendheid van de behandeling
verminderen.
• Voor medische elektrische apparatuur gelden speciale
voorzorgsmaatregelen wat betreft elektromagnetische compatibiliteit
(EMC). Draagbare en mobiele communicatieapparatuur die gebruik
maakt van radiofrequenties kan worden beïnvloed door andere medische
elektrische apparatuur. Als u meent dat er sprake is van storing,
raadpleeg dan het hoofdstuk ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT
(EMC) op pagina 81 om u te helpen bij het opheffen van de storing.
• Gewone RF-producerende toestellen (bv. RFID) en elektromagnetische
beveiligingssystemen (bv. een metaaldetector) kunnen de werking van
het Intelect® Neo klinisch therapiesysteem verstoren. Het Intelect® Neo
klinisch therapiesysteem is getest in aanwezigheid van dit soort
toestellen, en hoewel er geen complicaties optraden, mag het toestel
niet gebruikt worden in de buurt of omgeving van andere
RF-producerende toestellen.
16
Intelect® Neo klinisch therapiesysteem
Advertenties
Inhoudsopgave
