Inhoudsopgave
Advertenties
GEBRUIKERSINTERFACE TOESTEL
HULPPROGRAMMA'S EN OPTIES
Het pictogram Hulpprogramma's op het beginscherm geeft gebruikers de mogelijkheid om de volgende
voorkeursinstellingen te bepalen:
1 . Het scherm afdrukken
Selecteer het pictogram Printer in de rechterbovenhoek
om schermopnamen van de actuele weergave te maken .
De schermopnamen worden in het formaat Windows
bitmap ( . b mp) opgeslagen in het USB-flashstation als dit
in het toestel is ingestoken . Er kan geen schermopname
worden afgedrukt terwijl de behandeling aan de gang is .
2 . Geluidssterkte
Selecteer het pictogram Geluidssterkte om de gewenste
geluidssterkte in te stellen . De geluidssterkte gaat van
0% (uit) tot 100% (hoogste geluidssterkte) en neemt toe
in stappen van 20% . De standaardinstelling is 60% .
3 . Helderheid lcd-scherm
Selecteer het pictogram Helderheid om de helderheid
van het lcd-scherm af te stellen . De helderheid gaat van
50% (donker) tot 100% (licht) in stappen van 10% . De
standaardinstelling is 100% .
4 . Ultrageluidkoppeling
Selecteer het pictogram Ultrageluidkoppeling om
de functie ultrageluidbehandeling in te stellen zodra
het toestel detecteert dat de ultrageluidapplicator
niet is aangesloten . De koppeling is niet beschikbaar
op de applicator van 1cm
afgesteld op "uit" . De volgende voorkeursinstellingen zijn
beschikbaar:
• Uit: Er gebeurt niets als de applicator wordt
losgekoppeld .
2
3
4
. De functie is automatisch
2
5
6
7
8
9
• Pauze en pieptoon: Als de applicator wordt
losgekoppeld, pauzeert de behandelingstimer, geeft
het toestel een pieptoon af en geeft het veld kanaal
de status "losgekoppeld" weer .
• Pauze en geen pieptoon: Als de applicator wordt
losgekoppeld, pauzeert de behandelingstimer, geeft
het toestel geen pieptoon af en geeft het veld kanaal
de status "losgekoppeld" weer .
• Pieptoon: Als de applicator wordt losgekoppeld, blijft
de behandelingstimer doorlopen, geeft het toestel
een pieptoon af en geeft het veld kanaal de status
"losgekoppeld" weer .
• Geen pieptoon: Als de applicator wordt losgekoppeld,
blijft de behandelingstimer doorlopen, geeft het
toestel geen pieptoon af en geeft het veld kanaal de
status "losgekoppeld" weer .
OPMERKING: Het ultrasone uitgangsvermogen wordt
ononderbroken uitgezonden bij alle ultrageluid-
koppelingsmodi, zelfs als de applicator is losgekoppeld .
48
Intelect® Neo klinisch therapiesysteem
1
12
10
11
13
Advertenties
Inhoudsopgave
