Storingen
Mogelijke oorzaak 1: de cv is zo hoog ingesteld, dat de retourtempe-
ratuur van de installatie te hoog wordt.
▶ Verlaag de cv-instelling.
Mogelijke oorzaak 2: kranen van de vloerverwarming of de radiato-
ren zijn gesloten:
▶ Open de kranen.
Mogelijke oorzaak 3: het debiet van de warmtepomp is groter dan
het debiet in het cv-systeem:
▶ Snelheid van de cv-pomp controleren en het debiet conform hoofd-
stuk 17.3 instellen.
15.7.3 Groot temperatuurverschil warmtedrager
Deze waarschuwing wordt getoond, wanneer het temperatuurverschil
tussen de temperatuursensoren T8 en T9 te hoog wordt (> 13 K).
Mogelijke oorzaak 1: te weinig debiet in de warmtepomp:
▶ Controleer, of de primaire cv-pomp stilstaat.
▶ Controleer of alle kranen zijn geopend. In een verwarming met ther-
mostaatkranen moeten de kranen volledig zijn geopend en in een
vloerverwarming moeten minimaal de helft van de verwarmingsslan-
gen zijn geopend.
▶ Wanneer het toerental van de warmtedragervloeistofpomp (G2) niet
zelfregulerend is: verhoog het toerental van de warmtedragervloei-
stofpomp. Omdat het toerental van de cv-pomp hoger moet zijn dan
het toerental van de warmtedragervloeistofpomp, moet ook voor de
cv-pomp een hoger toerental zijn ingesteld.
▶ Bevestigen kiezen.
Mogelijke oorzaak 2: filter verstopt:
▶ Filter controleren.
▶ Indien nodig filter reinigen (hoofdstuk 19.1).
▶ Bevestigen kiezen.
15.7.4 Wisseltijd voor vloerverwarming te kort
In het informatieprotocol wordt de tekst Wisseltijd voor vloerverwar-
ming te kort opgeslagen.
Deze waarschuwing wordt getoond, wanneer voor de waarde Vertra-
ging voor of de waarde Vertraging na minder dan 7 uur wordt inge-
voerd, wat bij vloerverwarmingen niet wordt geadviseerd.
15.7.5 Let op het condensatierisico of Let op het condensatierisi-
co, circuit 2
In het informatieprotocol wordt de tekst Let op het condensatierisico
of Let op het condensatierisico, circuit 2 opgeslagen.
De waarschuwing geeft aan, of de aanvoertemperatuur bij koelbedrijf
minder is dan 21 °C. De waarschuwing mag alleen worden bevestigd,
wanneer het gehele systeem is beschermd tegen condensvorming in
koelbedrijf.
15.8 Informatievenster
15.8.1 Lage netspanning
Wanneer de netspanning afneemt tot onder 170 V, brandt het informa-
tiesymbool in het display. Wanneer de netspanning een uur lang minder
was dan 170 V, wordt een alarm gegeven.
▶ Controleer de netspanning.
15.9 Info-symbool
Bepaalde events in warmtepompbedrijf worden door een icoon in het
display getoond, zonder dat een alarm wordt gegeven. Bij deze events
hoeft niet direct wat te worden ondernomen, maar deze worden wel in
het informatieprotocol opgeslagen.
Wanneer de tekst in het informatieprotocol wordt gelezen, verdwijnt het
icoon van het display.
Nefit EnviLine • 6 720 810 453 (2014/02)
15.9.1 Te warm voor warmtepompbedrijf
Wanneer de temperatuur 30 minuten lang hoger is dan 46 °C, wordt het
info-icoon getoond. De bijverwarming neemt het bedrijf van het systeem
over. Bevestiging, wanneer de temperatuur weer onder 46 °C daalt.
15.9.2 Te koud voor warmtepompbedrijf
Wanneer de buitentemperatuur onder de in Warmtepomp bij lage bui-
tentemperatuur blokkeren
ingestelde waarde (fabrieksinstelling – 15 °C) afneemt, blijft de warm-
tepomp stilstaan. Er wordt een waarschuwing gegeven, en de cv-instal-
latie gaat over in bijverwarmingsbedrijf.
15.9.3 Maximale aanvoertemperatuur warmtepomp
De temperatuur in het systeem heeft de maximale temperatuur voor de
warmtepomp bereikt.
Mogelijk oorzaak 1: stooklijn te hoog ingesteld
▶ Stooklijn aanpassen ( hoofdstuk 13.5.2).
Mogelijke oorzaak 2; verkeerd ingesteld bivalentiepunt Warmte-
pomp bij lage buitentemperatuur blokkeren.
▶ Bivalentiepunt instellen ( 13.3.9).
Mogelijke oorzaak 3: storing in debiet
▶ Filter en kranen controleren
15.9.4 Maximale aanvoertemperatuur bijverwarming
De bijverwarming heeft de maximale temperatuur in de aanvoer bereikt.
Mogelijk oorzaak 1: stooklijn te hoog ingesteld
▶ Stooklijn aanpassen ( hoofdstuk 13.5.2).
Mogelijke oorzaak 2; verkeerd ingesteld bivalentiepunt Warmte-
pomp bij lage buitentemperatuur blokkeren.
▶ Neem contact op met uw installateur, wanneer dit vaker optreedt.
Mogelijke oorzaak 3: storing in debiet
▶ Filter en kranen controleren
15.9.5 Maximale werktemperatuur bijverwarming
De bijverwarming heeft de maximaal toegestane temperatuur in de re-
tour bereikt.
Mogelijk oorzaak 1: stooklijn te hoog ingesteld
▶ Stooklijn aanpassen ( hoofdstuk 13.5.2).
Mogelijke oorzaak 2; verkeerd ingesteld bivalentiepunt Warmte-
pomp bij lage buitentemperatuur blokkeren.
▶ Bivalentiepunt instellen ( 13.3.9).
15.9.6 Aanvoertemperatuur te laag of te koude cv-aanvoer 2
Wanneer de temperatuur in de aanvoer langer dan 15 minuten onder de
instelde streefwaarde ligt, wordt de buitenunit uitgeschakeld en wordt
een waarschuwing gegeven.
15.9.7 Retourtemperatuur te hoog, koeling
Er wordt een waarschuwing getoond, wanneer het in de retour naar de
buitenunit (T9) te warm wordt.
▶ Bij herhaaldelijke waarschuwingen de 4-wegklep controleren.
15
67