14
Timer (tijdprogramma's)
14
Timer (tijdprogramma's)
Afb. 85
De regeling heeft enkele tijdprogramma's. De status van de tijdprogram-
ma's wordt in het menu Timers getoond. Alleen geactiveerde functies
worden in het menu getoond. De anderen zijn verborgen.
Extra warm water
Toont de periode, waarvoor extra tapwater beschikbaar is.
Start bijverwarming
Toont de resterende tijd van de startvertraging van de elektrische bijver-
warming.
Vertraging van de mengventiel regeling
Toont de vertragingstijd van de mengventiel regeling, nadat de startver-
traging van de elektrische bijverwarming is afgelopen.
Vertraging voor alarmbedrijf
Toont de resterende tijd, tot de elektrische bijverwarming na een alarm
wordt geactiveerd.
Compressor start
Toont de tijd tot de start van de compressor.
Verwarming, bedrijfstijd bij tapwatervraag
Toont de resterende tijd tot het bereiken van de maximale tijd voor het
cv-bedrijf, wanneer tegelijkertijd een tapwatervraag aanwezig is.
Warmwater, bedrijfstijd bij cv-vraag
Toont de resterende tijd tot het bereiken van de maximale tijd voor de
tapwatervoorziening, wanneer tegelijkertijd een cv-vraag aanwezig is.
Vertraging voor voor stookseizoen
Toont de resterende tijd tot het activeren van het stookseizoen in de
warmtepomp.
Vertraging uitschakeling van de verwarmingsperiode
Toont de resterende tijd tot het uitschakelen van de verwarmingsperio-
de in de warmtepomp.
Vertraging voor koelseizoen
Toont de resterende tijd tot het activeren van het koelseizoen in de
warmtepomp.
Vertraging uitschakelen koelperiode
Toont de resterende tijd tot het deactiveren van het koelseizoen in de
warmtepomp.
Blokkering kamertemperatuursensorinvloed
Toont de resterende tijd tot het blokkeren van de kamertemperatuur-
sensorinvloed.
Interval thermische desinfectie
Toont de resterende tijd tot de volgende thermische desinfectie.
Verwarmingskabel
Toont de tijd, die de verwarmingskabel na ontdooien actief is.
64
15
Storingen
Alarm, dat in het display wordt getoond, geldt hoofdzakelijk voor de bin-
nenunit. Een alarm, die in de buitenunit wordt gegeven, moet met een di-
agnose-tool (accessoire, hoofdstuk 15.10) worden gecontroleerd.
Het menu Alarm bevat:
• Alarmprotocol
• Alarmlog
6 720 804 373-20.1I
• Informatieprotocol
Afb. 86
In het gebruikersniveau (B) is toegang tot de alarminformatie in Alarm-
protocol mogelijk.
In het installatie- en servicemenu (I/S) is bovendien de toegang tot de
volgende menupunten mogelijk:
• Alarmprotocol wissen
• Informatie over Alarmlog
• Informatie over Informatieprotocol
• Informatieprotocol wissen
15.1 Alarmlog
Alarminformatie
Geactiveerde alarmen worden in chronologische volgorde opgeslagen.
Draai aan de draaiknop, om alle informatie over het laatste alarm weer te
geven. Wanneer u de draaiknop verder draait, worden de voorgaande
alarmen getoond.
Afb. 87
De informatie onder alarmhistorie bestaat uit een koptekst met detailin-
formatie over het tijdstip, de temperaturen van alle sensoren en de sta-
tus van alle uitgangen op het tijdstip van alarm.
15.2 Alarmprotocol en Informatieprotocol
Geactiveerde alarmen en waarschuwingen worden in chronologische
volgorde opgeslagen in Alarmprotocol en Informatieprotocol.
▶ Alarmprotocol en Informatieprotocol na afgeronde inbedrijfstelling
wissen.
15.3 Voorbeeld voor een alarm:
Wanneer een alarm wordt gegeven, wordt een melding in het display ge-
toond en klinkt een waarschuwingssignaal. Het display toont oorzaak,
tijdstip en datum van het alarm.
Afb. 88
6 720 804 373-14.1I
6720804378-20.1I
6 720 804 373-17.1I
Nefit EnviLine • 6 720 810 453 (2014/02)