Inbedrijfstelling
▶ Verwarming/koeling kiezen.
▶ Compressiemodulatie op of Compressiemodulatie reducerenkie-
zen.
▶ Gewenste waarde instellen. Fabrieksinstelling 15 min (versnelling)
en 5 min (rem).
Aanbevolen voor nieuwbouw en bestaande bouw.
Compressiemodulatie neer
De waarde Compressiemodulatie neer bepaalt, met hoeveel graden de
aanvoertemperatuur (T1) de stooklijn mag overschrijden, voordat de
compressor geheel wordt uitgeschakeld.
Instellen van de toegestane temperatuurafwijking:
▶ Kies Uitgebreid menu in het installatie- en servicemenu.
▶ Verwarming/koeling kiezen.
▶ Temperatuur van het cv-systeem kiezen.
▶ Schakelverschil kiezen.
▶ Compressiemodulatie neer kiezen.
▶ Gewenste waarde instellen. Fabrieksinstelling 10 °C.
13.7.8 Schakelverschil Koeling
De in hoofdstuk 13.7.7 voor het cv-bedrijf beschreven instellingen zijn
ook mogelijk voor koelbedrijf.
Schakelverschil in koelbedrijf instellen:
▶ Kies Uitgebreid menu in het installatie- en servicemenu.
▶ Verwarming/koeling kiezen.
▶ Instellingen voor koeling kiezen.
▶ Schakelverschil kiezen.
▶ Parameter kiezen, die moet worden ingesteld.
▶ Gewenste waarde instellen.
13.7.9 Verwarmingskabel
Om bij lagere temperaturen ijsvorming in de afvoerinstallatie te voorko-
men, wordt bij het ontdooien de verwarmingskabel geactiveerd.
Instellingsverandering:
▶ Onder Uitgebreid menu
▶ Veiligheidsfunctie kiezen
▶ Verwarmingskabel tijd na ontdooien kiezen
▶ Gewenste waarde instellen. Fabrieksinstelling = 15 min.
▶ Kies opslaan
13.7.10 Bedrijfstijden en verbruik
Hier worden alle bedrijfstijden van regeling, compressor en bijverwar-
ming getoond (actieve aansluiting). Voor compressor en bijverwarming
kunnen ook kortetijdmetingen worden uitgevoerd.
13.8 Snel opnieuw starten van de warmtepomp
Alle timers bij de start van de warmtepomp overrulen:
▶ Menu kiezen
▶ Snel opnieuw starten van de warmtepomp kiezen
▶ Ja en dan Opslaan kiezen.
De warmtepomp start na 20 s, wanneer de vraag naar koeling/verwar-
ming of tapwater bestaat en alle interne timers van de buitenunit zijn ver-
lopen. Interne timers kunnen niet worden beïnvloed.
De timer voor opnieuw starten in de buitenunit kan ver-
oorzaken, dat de warmtepomp niet direct start.
Nefit EnviLine • 6 720 810 453 (2014/02)
13.9 Drogen afwerkvloer
De functie drogen is alleen beschikbaar in combinatie
met vloerverwarming.
Het vloerdrogen moet plaatsvinden met permanente
voedingsspanning. Daarvoor moet de stroomaansluiting
bij het vloerdrogen op normale wijze worden uitgevoerd.
De functie opwarmprogramma wordt gebruikt voor het drogen van de
ondervloer in nieuw gebouwde huizen. Het programma voor vloerdrogen
heeft de hoogste prioriteit, d.w.z. dat behalve de veiligheidsfuncties en
het bedrijf 'alleen bijverwarming' alle functies worden gedeactiveerd. Bij
het drogen van de ondervloer werken alle cv-circuits.
De vloer wordt in 3 fasen gedroogd:
• Opwarmfase
• Fase met maximale temperatuur
• Afkoelfase
Opwarmen en afkoelen volgt stapsgewijs, iedere stap duurt minimaal
een dag. De fase met maximale temperatuur wordt als één stap gezien.
Bij de fabrieksinstelling bestaan 9 fasen: opwarmfase 4 fasen (25 °C,
30 °C, 35 °C, 40 °C), maximale temperatuur (45 °C over 4 dagen), af-
koelfase 4 fasen (40 °C, 35 °C, 30 °C, 25 °C).
Zie voor het activeren van het droogprogramma
hoofdstuk 13.9.1.
Een lopend programma kan worden afgebroken. Na beëindiging van het
programma keert de warmtepomp terug naar normaal bedrijf.
Na een spanningsonderbreking/stroomuitval gaat het vloerdroogpro-
gramma door waar het werd onderbroken.
13.9.1 Activeren van het vloerdroogprogramma
▶ Kies Menu in het installatie- en servicemenu.
▶ Voorconfiguratie kiezen.
▶ Drogen afwerkvloer kiezen.
▶ Ja invoeren, wanneer het uitdrogen moet worden uitgevoerd.
Actuele programmastap en Resterende tijd voor huidige stap wor-
den weergegeven. De programmastap kan worden gewijzigd.
13.9.2 Warmtebron voor vloerdrogen
Via het bedieningspaneel van de binnenunit wordt de warmtebron voor
het vloerdroogproces gekozen.
Kies de warmtebron voor vloerdrogen:
• Warmtebron 0: compressor met bijverwarming
• Warmtebron 1: compressor
• Warmtebron 2: bijverwarming
13.9.3 Programma-instellingen voor vloerdrogen
De volgende veranderingen kunnen in het menu voor de programma-in-
stellingen worden uitgevoerd:
• Aanvoertemperatuurverhoging per verwarmingsstap
• Aantal dagen per verwarmingstrap
• Maximum aanvoertemperatuur
• Aantal dagen met maximale aanvoertemperatuur
• Aanvoertemperatuurverlaging per afkoelstap
• Aantal dagen per koeltrap
13
63