Aanbouw aan draaiaandrijvingen
ij dubbelwerkende veerloze draaiaandrij-
vingen is een
omkeerversterker
sluitzijde van het huis van de klepstandstel-
ler nodig, zie par. 2.3.4.
ij gebruik van de omkeerversterker moet
erop worden gelet dat de drukregelaar tot
de rechter aanslag (rechtsom) moet worden
verdraaid (zie ook par. 3.1.2).
ij aanbouw van de Samson-draaiaandrij-
ving type 3278 conform fig. 8 links wordt
de binnenruimte van de aandrijving en de
niet benodigde achterzijde van het mem-
braan zonder extra leidingwerk door de
ontluchting van de klepstandsteller belucht.
Wanneer de klepstandsteller conform fig. 8
rechts wordt aangebouwd aan aandrijvin-
gen van andere typen dan kan het beluch-
ten van de achterzijde van het membraan
door een leidingverbinding tussen aandrij-
ving en tussenstuk plaatsvinden.
2.3. Montage van de
aftastrolhefboom
1. Aftasthefoom (35) op de zijde tegen-
over de inpersmoer tegen de zijde van
de overdrachtshefboom (37) plaatsen
en met de meegeleverde schroeven (38)
en borgringen bevestigen.
Belangrijk:
Om te waarborgen dat de aftastrol later cor-
rect op de curveschijf aanligt, moet de veer
uit de toebehoren 1400-6660 conform fig.
5 aan de achterzijde van de behuizing van
de klepstandsteller worden geplaatst.
EB 8355-2 NL
20
2.3.2 Montage van het tussenstuk
op de aan-
SAMSON-aandrijving type 3278
1. Adapter (36) op het vrije asuiteinde
2. Tussenstuk (34) op de aandrijfbehui-
3. Curveschijf (40) en schaalverdeling (39)
Aandrijvingen conform VD /VDE 3845
(bevestigingsvlak 1)1
1. Compleet tussenstuk (34, 44, 45 en 42)
2. Curveschijf (40) en schaalverdeling (39)
van de draaiaandrijving vastschroeven.
zing plaatsen en met twee schroeven be-
vestigen.
Daarbij het tussenstuk zodanig uitrich-
ten dat de luchtaansluitingen van de
klepstandsteller in de richting van de zij-
kant van het membraanhuis wijzen.
conform par. 3.3 uitrichten en vast-
schroeven.
plaatsen op de aanbouwconsole zoals
geleverd door de aandrijfleverancier en
vastschroeven.
conform par. 3.3 uitrichten en vast-
schroeven.