3
Auto
1
Recording audio
: cancel
Opnametips
Pas op dat u bij het maken van een geluidsopname de micro-
foon niet afdekt. De kwaliteit van de opname staat in verhou-
ding tot de afstand tussen onderwerp en microfoon; hoe korter
de afstand, des te beter is het geluid. U bereikt de beste opna-
meresultaten wanneer u inspreekt met de camera op ca. 20 cm
van uw mond.
GESPROKEN MEMO
Met de functie voor gesproken memo's (voice memo) kunt u vijf of
vijftien seconden audio bij een opgeslagen foto opnemen. De functie
wordt geactiveerd en de opnameduur wordt ingesteld in de
Advanced 2 sectie van het opnamemenu (blz. 80). Is de functie
actief, dan verschijnt het microfoonsymbool op het datascherm en de
lcd-monitor. Gesproken memo moet worden ingesteld voordat u de
opname maakt. De functie blijft actief totdat ze wordt uitgezet.
Na opslag van een beeld verschijnt een scherm dat aangeeft dat de
audio-opname is gestart. Een voortgangsbalk (1) geeft aan hoeveel
tijd er is opgenomen. De opname stopt automatisch wanneer de
ingestelde tijd is verstreken. Wilt u de opname opheffen en het geluid
2
wissen, druk dan op de centrale toets van de stuurknop (2) of op de
ontspanknop (3) voordat de opname afgelopen is.
Bij continu-opnamen of een bracketing-serie (blz. 58) wordt het
audiobestand aan de laatste opname gekoppeld. Gesproken memo
is niet mogelijk in de interval-transportstand. Een gesproken memo
kan bij snelweergave (Quick View) worden beluisterd of in de norma-
le weergavestand (blz. 34). Beeldbestanden waarin geluid is opgeno-
men zijn van de audio-markering voorzien.
Microfoon
101