U kunt als volgt controleren of er in uw kachel een schone verbranding met
weinig schadelijke stoffen plaatsvindt:
• De as moet wit zijn. Een donkere kleur duidt op houtskoolresten en een
onvolledige verbranding.
• De rookgassen bij de schoorsteen moeten zo onzichtbaar mogelijk zijn in
de aanmaakfase (hoe minder rook, hoe beter de verbranding).
• De bekleding van de verbrandingskamer in uw kachel moet na het bran-
den licht en niet vol roet zijn.
Aanwijzing: de stookplaats mag niet worden gebruikt als afvalverbran-
dingsoven! Verder gaat het om een tijdelijk brandende haard. Langdurig
gebruik wordt bereikt door regelmatig bij te stoken. Een langdurige werking,
zonder regelmatig bijstoken, kan ook niet worden bereikt door het onttrek-
ken van verbrandingslucht en is niet toegestaan.
6. REINIGING EN ONDERHOUD
De houtkachel mag alleen in koude staat worden gereinigd. Bedenk dat de
plaats rond de kachel en de kleding die u draagt door het schoonmaken vies
kunnen worden. Wij raden aan om het gedeelte rondom de opening van de
stookkamer met folie of een doek te beschermen tegen vuil en om werk-
kleding te dragen. Na het reinigen moeten alle gedemonteerde onderdelen
opnieuw worden aangebracht.
6.1 REINIGING VERBRANDINGSK AMER / BEKLEDING
• De houtkachel, de verbrandingskamer, de rookkamer met de stookgas-
omkering, de verbrandingsluchttoevoer en de verbindingsstukken naar
de schoorsteen toe moeten regelmatig jaarlijks, eventueel ook tijdens
en na iedere verwarmingsperiode en na reiniging van de schoorsteen
worden onderzocht op afzettingen en indien nodig worden gereinigd
(vraag uw handelaar of de bevoegde schoorsteenveger naar meer infor-
matie hierover). Afzettingen moeten met een handveger en/of aszuiger
(vakhandel) worden verwijderd. De schoorsteen moet regelmatig door
een schoorsteenveger worden geveegd. Verder moet de houtkachel ieder
jaar door een vakman worden gecontroleerd.
• Rookgasomleiding: boven de verbrandingskamer, in de verbrandings-
gaskamer, bevindt zich aanvullend een rookgasomleiding. Deze moet
regelmatig worden gereinigd. Hiervoor kan de rookgasomleiding uit de
kachel worden gehaald. Deze moet worden opgetild, vervolgens gekan-
teld en door de verbrandingskamer worden uitgenomen. De afzettingen
op de omleiding kunnen gewoon met een handveger worden verwijderd.
• As verwijderen: uw houtkachel is geschikt voor het verbranden van droog
hout, dat het beste in zijn eigen as verbrandt. Wanneer u de as toch uit
de verbrandingskamer wilt verwijderen, opent u de kacheldeur. Til het
rooster uit de verbrandingskamer en veeg (met gebruikelijke kachelge-
reedschappen) de assen in de aslade die zich onderaan bevindt. Verwij-
der vervolgens de aslade om de inhoud weg te gooien. Als uw kachel
geen asrooster heeft, moet u de as met het kachelgereedschap uit de
verbrandingskamer verwijderen.
• Bedenk dat het vuur wel 24 uur en langer kan nasmeulen.
• Reinigen van de haardruit: Glasramen zijn gemakkelijk te reinigen met
een gangbaar glasreinigingsmiddel voor open haarden. Daarna met een
droge doek nawrijven, niet schuren! Zorg ervoor dat er geen overtollig
reinigingsmiddel achterblijft tussen het deurframe en glasraam. Hierdoor
kan de afdichting tussen het glasraam en het deurframe hard worden.
Indien deze afdichting haar flexibiliteit verliest ontstaan er beschadi-
gingen aan deur en glasraam. Een geschikt glasreinigingsmiddel is
40
Hoofdstuk 5/6