luchttoevoer open staat. De gloed mag niet worden verstikt).
4. Sluit de deur van de verbrandingskamer (gebruik de hittebestendige
handschoen).
5. De luchtregelaar moet 2 tot 5 minuten volledig open blijven. Deze stand van
de luchtregelaar dient pas te worden veranderd, wanneer het bijgevulde hout
volledig is aangebrand.
6. Zet de luchtregelaar vervolgens in circa
de middenpositie „B".
De verbranding is voltooid wanneer het hout
helemaal is verbrand en er geen smeulende
brand of een onvolledige verbranding kan
ontstaan. Nu kan de regelhendel worden
gesloten. Zet de regelhendel steeds op de
positie luchttoevoer gesloten „C" (zie afb.
23) wanneer uw houtkachel niet in gebruik
is.
4.3.2 BIJVULHOEVEELHEID HOUT PER UUR
Om schade door oververhitting te voorkomen, zoals verkleuring van het
staal, vervorming, enzovoort en om de optimale werking nog jarenlang te
garanderen, dient u de houtkachel op de juiste manier te stoken. U voorkomt
het gevaar van oververhitting door de maximale warmtecapaciteit niet te
overschrijden.
U
v i n d t
d e
j u i s t e
b i j v u l h o e v e e l h e i d
„2.2. Technische gegevens" op pagina 6. De omtrek van afzonderlijke
houtblokken moet ongeveer 25 cm zijn.
Houd er rekening mee, dat grotere bijvulhoeveelheden leiden tot
Hoofdstuk 4
h o u t
p e r
u u r
o n d e r
37
oververhitting en beschadiging van de houtkachel. Houtbriketten hebben
een hogere warmtecapaciteit dan hardhout. De bijvulhoeveelheden per uur
moeten daarom ongeveer 20% lager worden gehouden dan voor kloofhout.
Bij schade door oververhitting (te hoge bijvulhoeveelheid per uur) aanvaar-
den wij geen aanspraken op garantie.
4.4 WARMTECAPACITEITSREGELING
De regeling van de warmtecapaciteit gebeurt via de opgegeven brandstof-
hoeveelheid. Probeer niet om de verbranding te sterk te vertragen door
de luchttoevoer te verminderen. Dit leidt bij het stoken met hout tot een
onvolledige verbranding en daardoor tot brandstofverspilling en onnodige
milieubelasting, want hout ontgast ook zonder vlamvorming. Een onvolle-
dige verbranding leidt bovendien tot een verhoogde roetaanslag op de ruit!
Bovendien bestaat het gevaar van een ontploffing (explosieve ontsteking
van rookgassen).
Zorg dat de deur van de verbrandingskamer altijd stevig gesloten is, zodat
de verbranding niet wordt versneld door ongecontroleerde luchttoevoer. De
prestatie van uw houtkachel is ook afhankelijk van de trek van uw schoor-
steen. De trek kan worden verminderd door de diameter van de schoorsteen
of door omgevingsfactoren zoals sterke wind e.d.
4.5 RUIMTEVERWARMINGSCAPACITEIT /
RUIMTEKLIMA AT
De ruimteverwarmingscapaciteit werd vroeger volgens de norm DIN 18893
(laatste versie augustus 1987) aangegeven en is voor moderne huizen van na
1990 niet meer zinvol. Als vergelijkende waarde of voor toepassing bij oudere
gebouwen die nog niet aan de isolatiestandaard van 1977 voldoen, kan deze
oude aanduiding van het te verwarmen volume echter nog interessant zijn.