Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aansteken/Branden; Hout Bijvullen / Einde Verbranding - Spartherm A7 Installatie En Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4.3 A ANSTEKEN / BRANDEN
Het aansteken van uw houtkachel is heel eenvoudig als u zich aan de volgende
aanwijzingen houdt. Wij bevelen de zogenaamde bovenverbranding aan, omdat
deze minder emissies uitstoot en minder rook en bijgevolg minder verontreiniging
veroorzaakt van de verbrandingskamer en de ruiten.
1. De houtkachel mag alleen worden aangestoken als de bekleding van de
verbrandingskamer correct is aangebracht.
2. Zet de verbrandingsluchtregelaar in de stand "Aansteken" (A) en open
de deur van de verbrandingskamer (openzwenken).
3. Leg twee kloofhoutblokken in de verbrandingskamer en leg er kleiner
aanmaakhout uit zacht hout op.
4. Leg gebruikelijke aanmaakblokjes als aanmaakhulp op het hout. (Papier
is niet aan te raden, omdat het te snel verbrandt en omhoog dwarrelende
as veroorzaakt).
5. Gebruik geen spiritus, benzine, olie of andere licht ontvlambare
zachte blokken hout toevoegen volgens het brandstapelprincipe.
8. Als de houtblokken goed vlam hebben gevat, de deur sluiten; de regell-
hendel blijft in de positie naar rechts (luchttoevoer geopend), dit moet in
de regel 10 - 20 minuten zo blijven, om de houtkachel op bedrijfstem-
peratuur te brengen.
9. Meer informatie over de juiste houthoeveelheid vindt u in het hoofdstuk
vloeistoffen.
6. Steek het vuur aan via de aan-
maakblokjes en laat de deur van de
verbrandingskamer ca. 3 - 5 cm
geopend. Het vuur dient zichtbaar te
worden en fel en intensief te branden.
7. Als het aanmaakhout goed brandt,
kleinere harde blokken hout of grotere
Aanbevolen hoeveelheid hout per uur ("4.2.2 Aanbevolen hoeveelheid
hout per uur").
10. Wanneer het hout helemaal is aangebrand, kan naar behoefte hout wor-
den bijgevuld (ideaal is hardhout).
11. Afhankelijk van de weersomstandigheden de regelhendel ongeveer in
de middenpositie zetten. Dit is altijd afhankelijk van de ervaring en de
actuele omstandigheden ter plaatse.
12. Ruk de deur niet open, anders kunnen er door de plotselinge onderdruk
uitlaatgassen naar de woonkamer ontsnappen. Open de deur aanvanke-
lijk langzaam en alleen op een kier.
13. Wanneer u in de gloedfase hout bijvult, voorkomt u dat er rook ontsnapt,
wanneer u de deur opent.
14. Vul nooit telkens meer dan de aanbevolen hoeveelheid bij.
15. Indien uw schoorsteen te sterk „trekt", laait het vuur hoog op, ook wan-
neer slechts weinig secundaire lucht wordt toegevoegd. Zoek de opti-
male positie voor een gecontroleerde verbranding door het verschuiven
van de regelaar. Hoe verder u de luchtregelaar in de richting „Luchttoe-
voer gesloten" schuift, hoe minder lucht u naar de verbrandingskamer
stuurt. Let erop dat u de lucht niet te sterk smoort en het vuur daardoor
verstikt („6.7. Warmtecapaciteitsregeling").

4.3.1 HOUT BIJVULLEN / EINDE VERBRANDING

Er mag pas brandstof worden bijgevuld, wanneer de brandstof is verbrand tot er
alleen nog een gloed over is.
1. Zet de luchttoevoer volledig open (positie „A").
2. Open de deur van de verbrandingskamer heel langzaam (gebruik de hitte-
bestendige handschoen!), zodat er geen wervelingen kunnen ontstaan die
bevorderen dat rook naar buiten komt.
3. Leg het kloofhout op de gloed (schors boven, snede opzij. Let er op dat de
36
Hoofdstuk 4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

A4A3A2A8

Inhoudsopgave