162
Rijden en bediening
Druk op Engine Start/Stop en laat
deze weer los: een automatische re‐
geling bedient de startmotor met een
kort interval totdat de motor draait; zie
Automatische startmotorregeling.
Voordat u de motor opnieuw start of
uitschakelt terwijl de auto stilstaat,
drukt u eenmaal kort op
Engine Start/Stop.
Tijdens een Autostop kan de motor
gestart worden door het koppelings‐
pedaal in te trappen 3 163.
Uitschakelen in noodsituatie
tijdens het rijden
Als de motor tijdens het rijden in een
noodsituatie moet worden uitgescha‐
keld, drukt u langer dan 2 seconden
op Engine Start/Stop of drukt u twee‐
maal kort binnen 5 seconden.
9 Gevaar
Het uitschakelen van de motor van
de auto tijdens het rijden kan ver‐
lies van rem- of stuurbekrachtiging
veroorzaken. Hulp- en airbagsys‐
temen zijn uitgeschakeld. De ver‐
lichting en remlichten gaan uit.
Schakel daarom de motor en het
contact alleen in een noodsituatie
tijdens het rijden uit.
De auto starten bij lage
temperaturen
Het is mogelijk om de motor zonder
bijkomende verwarming te starten tot
-25 °C voor dieselmotoren en -30 °C
voor benzinemotoren. Motorolie met
de juiste viscositeit, de juiste brand‐
stof, uitgevoerd onderhoud en een
voldoende opgeladen accu zijn ver‐
eist. Bij temperaturen onder -30 °C
moet de automatische versnellings‐
bak gedurende ca. 5 minuten worden
verwarmd. De keuzehendel moet in
stand P staan.
Automatische
startmotorregeling
Deze functie regelt de startprocedure
van de motor. De bestuurder hoeft de
sleutel niet op stand 3 te houden of
Engine Start/Stop niet ingedrukt te
houden. Het eenmaal actieve sys‐
teem zal de motor automatisch blijven
ronddraaien tot deze start. Vanwege
de controleprocedure begint de motor
na een korte vertraging te lopen.
Mogelijke redenen voor het niet star‐
ten van de motor:
■ Koppelingspedaal niet ingetrapt
(handgeschakelde versnellings‐
bak).
■ Rempedaal niet ingetrapt of keuze‐
hendel niet in P of N (automatische
versnellingsbak).
■ Time-out opgetreden.
Opwarmen van de turbomotor
Bij het starten is het mogelijk dat het
beschikbare motorkoppel gedurende
een korte tijd beperkt is, vooral wan‐
neer de motortemperatuur koud is.
Deze beperking is er om het smeer‐
systeem de motor volledig te laten be‐
schermen.