ruItenWIsser, -sprOeIer VOOr
g
ruitensproeier
contact aan: trek de schakelaar 1 naar u
toe en laat deze weer los.
Door langer te drukken, maken de ruitenwis-
sers, naast de ruitensproeier twee wisbewe-
gingen, een paar seconden later gevolgd
door een derde.
Voor auto's uitgerust met een multimedia-
scherm, kunt u ervoor kiezen de derde wis-
beweging van de ruitenwisserbladen in of uit
te schakelen. ➥ 1.88.
(5/5)
Opmerking:
Bij temperaturen onder nul kan de ruitenwis-
1
servloeistof aanvriezen op de voorruit en het
zicht verminderen. Verwarm de voorruit met
behulp van de ontwasemingsschakelaar
voordat u ze reinigt.
Controleer bij werkzaamheden
onder de motorkap of de scha-
kelaar van de ruitenwisser in
stand B (uit) staat.
Verwondingsgevaar.
De werking van een
ruitenwisserblad
Let op de staat van de ruitenwisserbla-
den. Hun levensduur hangt van u af:
– houd de bladen schoon: reinig de
bladen en de ruit regelmatig met
water en zeep;
– gebruik ze niet op een droge ruit;
– maak ze los van de ruit als ze lange
tijd niet zijn gebruikt.
Vervang ze in elk geval, zodra hun wer-
king afneemt, ongeveer eens per jaar.
➥ 5.33.
Voorzorgen bij het gebruik
van de wissers
– Maak, als het vriest of sneeuwt, de
achterruit schoon voordat u de ruiten-
wisser aanzet (de motor kan overver-
hitten).
– zorg dat niets de beweging van de
wisser hindert.
1.109