12
Sleutels, portieren en ruiten
Bediening met toetsen op de
elektronische sleutel
De centrale vergrendeling kan ook
worden bediend met de toetsen op de
elektronische sleutel.
Druk op a om te ontgrendelen.
Druk op b om te vergrendelen.
Druk ? om alleen de achterklep te
ontgrendelen.
Werking van handzender 3 9.
Bevestiging
De werking van de centrale vergren‐
deling wordt bevestigd door de alarm‐
knipperlichten. Een voorwaarde is dat
de instelling in de persoonlijke instel‐
lingen 3 82 is geactiveerd.
Slimme toegang
Met die functie kan een smartphone
als elektronische sleutel worden
gebruikt. De auto wordt bediend via
een app.
Bevestig bij het naderen van de auto
het bericht op de smartphone om de
auto te openen.
Centrale vergrendelingstoets
Alle portieren, de achterklep en de
tankvulklep zijn vanuit de passagiers‐
ruimte te vergrendelen of ontgrende‐
len.
Druk op b om te vergrendelen. Het
led-lampje in de toets brandt.
Druk nogmaals op b om te ontgren‐
delen. Het led-lampje in de toets
dooft.
Bediening met de sleutel bij een
storing in de centrale
vergrendeling
Bij een storing, bijvoorbeeld omdat de
accu of de batterij van de handzen‐
der / elektronische sleutel leeg is,
kunt u het voorportier met de mecha‐
nische sleutel vergrendelen en
ontgrendelen.