8.1.2 Algemene storingen
Storing
Doseercapaciteit te
hoog
Geen of te lage
doseercapaciteit
Onregelmatige dose-
ring
Vloeistof ontsnapt uit
de afvoeropening op
de doseerkop
Vloeistof ontsnapt
Pomp zuigt niet aan
9. Afvalverwijdering
Dit product of delen ervan dienen te worden afge-
voerd op een milieuverantwoorde wijze. Maak
gebruik van de juiste afvalverwerkingsdiensten. Als
dat niet mogelijk is, neem dan contact op met een
filiaal of servicedienst van Grundfos het dichtst bij u
in de buurt.
Mogelijke oorzaak
Zuigdruk hoger dan tegendruk
Onjuiste kalibratie
Lucht in doseerkop
Defect membraan
Lekkage/breuk in leidingen
Ventielen lek of geblokkeerd
Ventielen onjuist geïnstalleerd
Geblokkeerde zuigleiding
Zuighoogte te groot
Viscositeit te hoog
Onjuiste kalibratie
Ontluchtingsventiel open
Ventielen lek of geblokkeerd
Fluctuaties in tegendruk
Defect membraan
Bouten van doseerkop niet vast-
gedraaid
Ventielen niet vastgedraaid
Zuighoogte te groot
Tegendruk te hoog
Vervuilde ventielen
Wijzigingen voorbehouden.
Mogelijke oplossing
Installeer extra veerbelast ventiel (ongeveer 2
bar) aan de perszijde.
Vergroot het drukverschil.
Kalibreer de pomp. Zie paragraaf
kalibreren.
Ontlucht de pomp.
Vervang het membraan. Zie paragraaf
7.4 Service
uitvoeren.
Controleer en vervang leidingen.
Controleer en reinig de ventielen.
Controleer of de pijl op het ventielhuis in de stro-
mingsrichting wijst. Controleer of alle O-ringen
correct zijn geïnstalleerd.
Reinig zuigleiding/installeer filter.
Verklein zuighoogte.
Installeer hulpmiddel voor aanzuiging.
Schakel "SlowMode" in. Zie paragraaf
6.6
SlowMode.
Schakel "SlowMode" in. Zie paragraaf
6.6
SlowMode.
Gebruik slang met grotere diameter.
Installeer extra veerbelast ventiel aan de pers-
zijde.
Kalibreer de pomp. Zie paragraaf
kalibreren.
Sluit het ontluchtingsventiel.
Draai ventielen aan, vervang ventielen zo nodig.
Zie paragraaf
7.4 Service
Houd tegendruk constant.
Activeer "AutoFlowAdapt" (alleen DDA-FCM).
Koppel de pomp onmiddellijk los van de voeding!
Raadpleeg paragraaf
7. Service
graaf
7.6
Membraanbreuk.
Draai bouten vast. Zie paragraaf
aansluiting.
Draai ventielen/wartelmoeren aan. Zie paragraaf
4.2 Hydraulische
aansluiting.
Verklein zuighoogte; zorg zo nodig voor positieve
voordruk.
Open het ontluchtingsventiel.
Spoel het systeem, vervang de ventielen zo
nodig. Zie paragraaf
7.4 Service
5.5 De pomp
5.5 De pomp
uitvoeren.
en vooral para-
4.2 Hydraulische
uitvoeren.
45