6.16.4 Het busadres instellen
1. Ga naar het menu "Instellingen > Bus" en stel het
gewenste busadres in:
Bustype
Adresbereik
®
Profibus
DP
0-126
Modbus RTU
1-247
2. De pomp moet opnieuw ingeschakeld worden om
het nieuwe busadres te initialiseren. Schakel de
voedingsspanning van de pomp uit en wacht
ongeveer 20 seconden.
3. Schakel de voedingsspanning van de pomp in.
De pomp wordt geïnitialiseerd met het nieuwe bus-
adres.
6.16.5 Kenmerken van buscommunicatie
Om de pomp via bus in en uit te schakelen moet
deze in bedrijfstoestand "In bedrijf" zijn. Wanneer de
pomp op afstand wordt uitgeschakeld vanuit bus,
wordt het symbool "Externe vrijgave" weergegeven
en schakelt de pomp over naar bedrijfstoestand
"Standby".
Terwijl de busbesturingsfunctie is geactiveerd, geeft
het menu "Instellingen" alleen de submenu's "Bus"
en "Toetsblok." weer. De andere hoofdmenu's, de
functie "Externe vrijgave" en de toetsen zijn nog
steeds beschikbaar.
Alle bedrijfsmodi (zie paragraaf
kunnen nog steeds worden gebruikt als busbesturing
is ingeschakeld. Hierdoor kan de busbesturing alleen
worden gebruikt om de pomp te bewaken en in te
stellen. In dit geval dient de "BusWatchDog" (zie
functional profile op de product-cd van de CIM/CIU)
te worden gedeactiveerd in busbesturing, omdat
anders storingen in de communicatie de pomp kun-
nen uitschakelen.
Om instellingen handmatig te wijzigen
moet de busbesturingsfunctie tijdelijk wor-
den gedeactiveerd.
6.4
Bedrijfsmodi)
6.16.6 Communicatie deactiveren
Na het deactiveren van de busbesturingsfunctie kan
de pomp automatisch inschakelen.
LET OP
Automatische start
Licht of middelzwaar persoonlijk letsel
- Stel de pomp in op bedrijfstoestand
"Stop" voorafgaand aan het deactiveren
van de busbesturingsfunctie.
De busbesturingsfunctie kan worden gedeactiveerd
in het menu "Instellingen > Bus". Na de deactivering
zijn alle submenu's in het menu "Instellingen"
beschikbaar.
Het symbool "Bus" in het display verdwijnt bij de vol-
gende herinschakeling van de pomp, nadat de stek-
ker van de CIU is ontkoppeld.
Plaats altijd het beschermkapje terug
nadat een stekker is ontkoppeld.
6.16.7 Communicatiestoringen
Storingen worden alleen gedetecteerd als de "Bus-
WatchDog" (zie functional profile op de product-cd
van de CIM/CIU) is geactiveerd.
Nadat een communicatiestoring is hersteld, kan de
pomp automatisch inschakelen, afhankelijk van de
huidige instellingen van de busbesturing en de
pomp.
LET OP
Automatische start
Licht of middelzwaar persoonlijk letsel
- Stel voorafgaand aan het herstellen van
een storing de pomp in op bedrijfstoe-
stand "Stop".
In geval van storingen in de buscommunicatie (bijv.
kabelbreuk) stopt de pomp met doseren en schakelt
ongeveer 10 seconden na detectie van de storing
over naar bedrijfstoestand "Standby". Een alarm
wordt gegeven met details over de oorzaak van de
storing. Zie paragraaf
8.
Storingen.
35