Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheid Van Het Systeem In Geval Van Een Storing In De Doseerpomp; Doseren Van Chemicaliën; Membraanbreuk; Regelmatig - Grundfos SMART Digital XL-DDA Installatie- En Bedieningsinstructies

Inhoudsopgave

Advertenties

1.4 Veiligheid van het systeem in geval van
een storing in de doseerpomp
De doseerpomp is ontworpen volgens de modernste
technologieën, en is zorgvuldig vervaardigd en
getest.
Als er hoe dan ook storing optreedt, moet de veilig-
heid van het totale systeem worden gegarandeerd.
Gebruik de relevante bewakings- en bedieningsfunc-
ties hiervoor.
Zorg dat eventuele chemicaliën die uit de
pomp of beschadigde leidingen ontsnap-
pen, geen schade aan onderdelen van het
systeem en gebouwen veroorzaken.
De installatie van lekbewakingsoplossin-
gen en lekbakken wordt aanbevolen.
1.5 Doseren van chemicaliën
Voordat u de voedingspanning opnieuw inschakelt
moeten de doseerleidingen zodanig zijn aangesloten
dat de chemicaliën in de doseerkop niet naar buiten
kunnen spuiten en gevaar opleveren voor mensen.
Het doseermedium staat onder druk en kan schade-
lijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Bij werkzaamheden met chemicaliën dienen de voor-
schriften ter voorkoming van ongelukken die van toe-
passing zijn ter plekke van de opstelling te worden
nageleefd (bijv. door beschermende kleding te dra-
gen).
Neem de informatie uit de veiligheidsbladen en de
veiligheidsinstructies van de chemicaliënfabrikant in
acht bij het werken met chemicaliën!
Een ontluchtingsslang die naar een container of lek-
bak wordt geleid, moet worden aangesloten op het
ontluchtingsventiel.

1.6 Membraanbreuk

Als het membraan lekt of gescheurd is, ontsnapt
doseervloeistof uit de afvoeropening aan de doseer-
kop. Zie afb. 4, pos. 16. Raadpleeg paragraaf
7.6
Membraanbreuk.
WAARSCHUWING
Explosiegevaar als doseervloeistof het
pomphuis is binnengedrongen!
Dood of ernstig persoonlijk letsel
Werken met een beschadigde membranen
kan ertoe leiden dat de doseervloeistof het
pomphuis binnendringt.
- In het geval van membraanbreuk kop-
pelt u de pomp onmiddellijk los van de
voeding!
- Zorg ervoor dat de pomp niet per onge-
luk opnieuw in werking kan worden
gesteld!
- Ontmantel de doseerkop zonder de
pomp met de voeding te verbinden en
controleer of geen doseervloeistof in het
pomphuis is binnengedrongen. Ga te
werk zoals beschreven in paragraaf
7.6.1 Demonteren in geval van mem-
braanbreuk.
4
Voorkom dat er gevaren ontstaan door membraan-
breuk door het volgende te doen:
Voer regelmatig onderhoud uit. Zie paragraaf

7.1 Regelmatig

onderhoud.
Bedien de pomp nooit met geblokkeerde of ver-
vuilde afvoeropening.
– Als de afvoeropening geblokkeerd of vervuild
is, gaat u te werk zoals beschreven in para-
graaf
7.6.1 Demonteren in geval van mem-
braanbreuk.
Neem geschikte voorzorgsmaatregelen ter voor-
koming van gezondheidsproblemen en materiële
schade door ontsnappende doseervloeistof.
Bedien de pomp nooit terwijl de bouten van de
doseerkop beschadigd zijn of loszitten.

1.6.1 Membraanbreukdetectie (optioneel)

Geldt voor DDA-AR besturingsvariant.
Pompen met membraanbreuksignaal zijn voorzien
van een speciale doseerkop met een speciaal mem-
braan en een drukschakelaar. De drukschakelaar is
bij levering gemonteerd en aangesloten op de pomp.
Bij pompen met membraanbreukdetectie moet het
drukverschil tussen zuig- en perszijde ten minste 2
bar / 29 psi bedragen.
1
2
3
Afb. 1
Membraanbreukdetectie
Pos.
Componenten
1
Drukschakelaar
2
Doseerkop
3
Persopening
4
Doseermedium
D1
Werkmembraan
D2
Signaalmembraan (tussenlaag)
D3
Beschermend membraan
4
D1
D2
D3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave