Inhoudsopgave
Advertenties
6.15 Tijd+datum
De tijd en datum kunnen worden ingesteld in het
menu "Instellingen > Tijd+datum".
De omzetting tussen zomer- en wintertijd gebeurt
niet automatisch.
Wanneer de tijd of datum in het menu
"Tijd+datum" wordt gewijzigd, worden de
timerdosering en relaisuitgangsfuncties
van de timer (relais 2) gestopt!
Timerdosering en de relaisuitgangsfunc-
ties van de timer moeten handmatig
opnieuw worden gestart!
Een wijziging van de tijd of de datum kan
tot een toe- of afname in concentratie lei-
den!
6.16 Buscommunicatie
De buscommunicatie maakt de bewaking en
het instellen van de pomp op afstand moge-
lijk via een veldbussysteem.
Aanvullende handleidingen, functional profiles en
ondersteuningsbestanden (zoals GSD-bestanden)
zijn beschikbaar op de cd die wordt meegeleverd
met de interfacehardware en op www.grundfos.com.
6.16.1 GENIbus-communicatie
De pomp wordt geleverd met een geïntegreerde
module voor GENIbus-communicatie. De pomp iden-
tificeert de busbesturing na verbinding met de over-
eenkomstige signaalingang. De opdracht "Communi-
catie activeren?" wordt weergegeven. Na
bevestiging verschijnt het corresponderende sym-
bool in het "Geactiveerde functies" gebied in het
menu "Bediening".
In het menu "Instellingen > Bus" kan het GENI-
bus-adres worden ingesteld van 32 tot 231, en bus-
besturing kan worden gedeactiveerd.
Bus
Busbesturing actief
Busadres
Afb. 38 Menu Bus
De maximale kabellengte voor GENI-
bus-verbindingen is 3 m en mag niet wor-
den overschreden.
34
6.16.2 Mogelijke industriële bustypen
De pomp kan worden aangesloten op een Grundfos
CIU-eenheid (CIU = Communication Interface Unit)
die is uitgerust met een van de volgende CIM-modu-
les (CIM = Communication Interface Module):
•
CIM150 Profibus
•
CIM200 Modbus
•
CIM270 GRM
•
CIM500 Ethernet
Voor interne communicatie tussen de CIU en de
doseerpomp wordt GENIbus gebruikt.
6.16.3 Communicatie activeren
1. Stel de pomp in op bedrijfstoestand "Stop" met de
[Start/stop] toets.
2. Schakel de voedingsspanning van de pomp uit.
3. Installeer de CIU-eenheid en sluit deze aan zoals
beschreven staat in de respectievelijke installa-
tie- en bedieningsinstructies.
4. Schakel de voedingsspanning van de pomp in.
De opdracht "Communicatie activeren?" wordt weer-
gegeven.
Na bevestiging verschijnt het "Bus" symbool in het
"Geactiveerde functies" gebied van het menu
"Bediening", waarbij het niet uitmaakt of de opdracht
was geaccepteerd of geweigerd.
Als de opdracht geaccepteerd is, dan wordt de bus-
besturingsfunctie geactiveerd. Als de opdracht
geweigerd is, dan kan de busbesturingsfunctie wor-
den geactiveerd in het menu "Instellingen > Bus".
Busbesturing actief
231
Busadres
Afb. 39 Voorbeeld van submenu voor Profibus
De maximale kabellengte voor GENI-
bus-verbindingen is 3 m en mag niet wor-
den overschreden.
Lees voorafgaand aan de installatie en de
inbedrijfstelling de documentatie die bij de
CIU-eenheid wordt geleverd.
Profibus
126
®
Advertenties
Inhoudsopgave
