Inhoudsopgave
Advertenties
Noodstop en stoppen
Na het pauzeren van het instrument kunt u alle programma's stoppen met de knop Noodstop. Let erop dat dit
niet de stroomvoorziening van het instrument afsluit of het instrument uitschakelt (zie 2.1 Inschakelen en
uitschakelen).
Een andere mogelijkheid is de programmarun alleen in de geselecteerde retort af te breken met de relevante
knop Afbreken. Een programma dat in de andere retort wordt uitgevoerd, wordt hervat.
Wanneer de bewerking stopt, doorloopt de PELORIS 3 dezelfde routines als aan het einde van een normale
programmarun. Er verschijnt een melding om de retort leeg te pompen (indien deze vol is), cassettes te
verwijderen en een reinigingsprogramma uit te voeren. Er verschijnt echter een aanvullende melding tijdens de
herstelstappen (met help op het scherm om u bij te staan). Zie 3.5.1 Herstellen na een afgebroken run.
Na het afbreken van een programma kunt u een programma voor opnieuw verwerken uitvoeren om de cassettes
te herstellen. Verwijder in dit geval de cassettes niet of voer een reinigingsprogramma uit wanneer hiervoor een
melding verschijnt. In 3.5.1 Herstellen na een afgebroken run staat wat kan worden gedaan als een run wordt
afgebroken.
Indien het laatste reagens een fixatief was, kunt u het reinigingsprogramma overslaan, aangezien het residu
geen hindernis vormt voor het uitvoeren van een typisch bewerkingsprogramma. Indien u besluit een
reinigingsprogramma uit te voeren, stel dan de eerste stap in op een reinigingsalcohol. Reinigingsoplosmiddelen
zijn niet mengbaar met fixatieven.
Retort openen
Retorten in een gepauzeerd instrument kunnen worden geopend (om bijvoorbeeld monsters toe te voegen of te
verwijderen). Als er plaats is, kunt u cassettes toevoegen aan een of meer manden, en een of meer manden
toevoegen aan een of beide retorten. Als u manden toevoegt, kunt u hun ID invoeren—door te scannen of direct
in te voeren—voordat u verdergaat met de run.
Als u extra cassettes of manden wilt toevoegen, is het raadzaam om de retort te legen voordat u hem opent.
LET OP
Wees voorzichtig bij het toevoegen van vaste monsters aan een lopend programma. De
aanvullende fixatief zal het in de actuele stap gebruikte reagens contamineren en deze
contaminatie zal niet door het reagensmanagementsysteem worden geregistreerd.
LET OP
Hoe verder een programma is uitgevoerd voordat u meer monsters toevoegt, hoe slechter de
bewerkingskwaliteit voor deze monsters is. Wij raden u daarom aan alleen monsters toe te
voegen tijdens fixatiefstappen of tijdens de eerste dehydratatiestap.
HistoCore PELORIS 3 Gebruikershandleiding Rev A06
© Leica Biosystems Melbourne 2020
Programma's uitvoeren
67
Advertenties
Inhoudsopgave
