Troubleshooting
5. Weefsel onvoldoende geïnfiltreerd met wax
Plaats de cassettes terug in het waxbad met vacuüm, schakel de roerder in en stel de temperatuur in op 65 °C.
Dit kan nodig zijn wanneer het weefsel voortijdig uit de wax is verwijderd.
6. Voldoende gefixeerd, onvoldoende bewerkt weefsel
De oorzaak van dit probleem kan een te kort programma zijn, een te groot specimen of een processorfout. Er
worden vier oplossingen aanbevolen, maar stel eerst het probleem vast en herstel het. Controleer het fixatief
door controleweefsel door de processor te voeren, voordat u het weefsel van de patiënt opnieuw gaat bewerken
(of gebruik een andere processor).
Voor alle oplossingen hieronder moet u eerst de blokken smelten, overtollige wax verwijderen, en dan de monsters
in nieuwe cassettes plaatsen. Hierdoor wordt contaminatie van de bewerkingsreagentia geminimaliseerd.
A. Methode van Taggart
Plaats de cassettes in een bekerglas gevuld met isotone zoutoplossing (waterige oplossing van 0,9% natriumchloride)
in een incubator bij 65°C gedurende 1 uur. De wax komt bovendrijven. Verwijder het weefsel en verwerk opnieuw
vanaf de formalinestap. Gebruik daarvoor een programma dat past bij de grootte en het soort (zie Monstertype
en programmaduur op pagina 159).
De zoutoplossing rehydrateert voorzichtig het weefsel, dat daarna zoals gebruikelijk kan worden bewerkt.
Zoutoplossing is een niet-toxisch reagens dat veilig in een open laboratorium kan worden gebruikt.
B. Snel omkeerproces
Proces dat een snel gewijzigd reinigingsprogramma gebruikt (zie Snel omkeerproces reinigingsprogramma op
pagina 186). Gebruik niet het standaardprogramma Quick Clean of programma's die hierop gebaseerd zijn. Deze
bevatten namelijk aan het eind een droogstap die het weefsel zal beschadigen. Bewerk, na het
reinigingsprogramma, opnieuw vanaf de formalinestap. Gebruik daarvoor een schema dat geschikt is voor de
grootte en het soort monster (zie Monstertype en programmaduur op pagina 159).
Reinigingsreagentia voor de processor bieden een gemakkelijke geautomatiseerde methode om wax te
verwijderen en het weefsel weer terug te brengen naar de alcoholstap. Het is echter een potentieel ruwere
methode dan methode A of C.
C. Langzaam omkeerproces
Bewerk met gebruik van een gewijzigd reinigingsprogramma gedurende een periode die gelijk is aan de tijd om
het weefsel normaliter te bewerken (zie Langzaam omkeerproces reinigingsprogramma op pagina 186). Bewerk
vervolgens opnieuw vanaf de formalinestap. Gebruik daarvoor een schema dat geschikt is voor de grootte en het
soort monster (zie Monstertype en programmaduur op pagina 159).
Een lang omkeerproces is beter voor het weefsel. Indien er tijd is, is dit de voorkeursoptie.
D. Directe reprocessing
Bij deze methode wordt wax niet verwijderd voorafgaand aan reprocessing. Plaats de cassettes terug in de
formaline en bewerk vervolgens opnieuw zonder andere voorbehandeling. Gebruik daarvoor een schema dat
geschikt is voor de grootte en het soort monster (zie Monstertype en programmaduur op pagina 159).
Deze methode is het snelst. ZIj veroorzaakt echter contaminatie van de reagentia met wax. Vervang alle
reagentia (behalve wax) na directe reprocessing.
HistoCore PELORIS 3 Gebruikershandleiding Rev A06
© Leica Biosystems Melbourne 2020
185