3.
Koppel het externe systeem indien nodig los van de dampuitlaat (zie item 2 in Figuur 2.18). U kunt het
externe systeem aangesloten laten, aangezien de dampklep deze uitlaat isoleert.
4.
Stel de koolstoffilterdrempel in op een waarde die geschikt is voor de belasting van uw instrument.
We raden een aanvankelijke drempelwaarde van 60 dagen aan, die alleen wordt aangepast indien u zeker
weet dat de koolstoffilter eerder verzadigd raakt of na afloop van deze tijd nog in goede staat is (zie 6.3.3
Instrumentinstellingen).
Indien de koolstoffilterdrempel genegeerd werd, zijn de koolstoffilterknoppen niet beschikbaar. Vraag uw
servicemedewerker om het negeren ongedaan te maken.
2.9
Alarmaansluitingen
Elke PELORIS 3 heeft twee externe alarmaansluitingen: een externe alarmaansluiting en een lokale
alarmaansluiting (zie Figuur 2.21). De alarmaansluitingen bevinden zich aan de achterkant van het instrument.
Met deze verbindingen kunnen verscheidene alarmindicaties beheerd worden, waaronder een hoorbaar alarm,
visueel alarm of automatische telefoonkiezer.
Vraag uw servicemedewerker om de gebeurtenissen te configureren die elk van de externe alarmen doen
afgaan, en om de alarmen in te stellen als enkel signaal (kortstondig) of continu signaal (herhalend).
Specificaties alarmconnector
De belasting verbonden met elke alarmconnector mag de volgende specificaties niet overschrijden.
Maximale spanning:
30 V DC
HistoCore PELORIS 3 Gebruikershandleiding Rev A06
Figuur 2.21: Aansluitingen voor extern alarm (1) en lokaal alarm (2)
Maximale stroom:
1 A (weerstandsbelasting)
© Leica Biosystems Melbourne 2020
Maximale stroom:
0,5 A (inductieve belasting)
Hardware
45