Bedieningsconcept
Dialoogvensters
Structuur dialoogvenster
A
A Grafisch veld, geeft de drukcurve of flowcurve
weer
B Meetwaardeveld, numerieke weergave van
meetwaarden
C Statusveld, geeft de actuele
beademingsmodus en andere statusinformatie
weer
D Veld onderaan het scherm waarin de actueel
toegewezen functies van de 6 variabele
toetsen worden weergeven
Dialoogvensters openen
De dialoogvensters kunnen met de volgende
toetsen worden geopend:
– Toetsen met vaste functies
– Vent. Mode
– Vent. Option
– Cal. Config.
– 6 toetsen met variabele functies
Druk op een toets om het bijbehorende
dialoogvenster te openen.
34
B
D
C
Hoofdscherm
Nadat het apparaat is ingeschakeld verschijnt het
hoofdscherm.
A
B
Op het hoofdscherm wordt de volgende informatie
weergegeven:
– Druk- of flowcurve
– 3 meetwaarden
– Beademingsmodus
– Aan de 6 variabele toetsen toegewezen
functies
De meetwaarden die moeten worden
weergegeven kunnen worden geselecteerd, zie
pagina 85. De curve die moet worden
weergegeven kan worden geselecteerd, zie
pagina 85.
De ingestelde drukbegrenzing Pinsp (A) wordt
weergegeven met de drukcurve. De ingestelde
expiratietijd TE (B) wordt weergegeven in de druk-
en flowcurve.
Gebruiksaanwijzing Babylog 8000 plus SW 5.n