Inhoudsopgave
Advertenties
Weerstand
Insp. weerstand
Exp. weerstand
Additionele functies
Noodademventiel
Veiligheidsventiel
Druk lager dan de luchtdruk in de HFV-beade-
mingsmodus
Getoonde meetwaarden
Beademingsdrukmeting
Sensor
Bereik
Nulpuntfout
Versterkingsfout
Meetvoorwaarden
Piek inspiratiedruk
Positieve eindexpiratoire druk
Gemiddelde druk
Bereik
Resolutie
Beademingsdruk
Staafdiagram (op apparaat)
Bereik
Resolutie
Weergave curve (op beeldscherm)
Bereik
Gebruiksaanwijzing Babylog 8000 plus SW 5.n
<20 mbar/L/s (<20 cmH
≤12 mbar/L/s (≤12 cmH
≤8 mbar/L/s (≤8 cmH
2
Opent het beademingssysteem bij een storing
Opent bij 90 tot 110 mbar (90 tot 110 cmH
De beademingsdruk kan tijdens de expiratie lager
zijn dan de luchtdruk, maar daalt bij een storing niet
onder de –4 mbar (–4 cmH
2 piezo-resistieve druksensors
–10 tot 100 mbar (–10 tot 100 cmH
±1 mbar (±1 cmH
O)
2
±3 % van de meetwaarde
In overeenstemming met ISO 80601-2-12
Pinsp
PEEP
Mean
0 tot 99 mbar (0 tot 99 cmH
0 tot 9,9 mbar (0 tot 9,9 cmH
(0,1 cmH
O)
2
10 tot 99 mbar (10 tot 99 cmH
(1 cmH
O)
2
–10 tot 80 mbar (–10 tot 80 cmH
2 mbar (2 cmH
O)
2
–10 tot 100 mbar (–10 tot 100 cmH
Technische gegevens
O/L/s)
2
O/L/s)
2
O/L/s)
O)
2
O).
2
O)
2
O)
2
O): 0,1 mbar
2
O): 1 mbar
2
O)
2
O)
2
133
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
