Systeemoverzicht
Functies
De beschreven functies corresponderen met de
algehele functionaliteit van de Babylog 8000.
Sommige functies zijn slechts optioneel en zijn
mogelijk niet opgenomen in de specifieke
apparaatconfiguratie. De optionele functies en
bestelnummers voor accessoires zijn opgenomen
in de separatie accessoirelijst.
Beademingsfuncties
Voor een gedetailleerde omschrijving van de
beademingsmodi en de uitgebreide instellingen zie
pagina 152. Voor een lijst met afkortingen zie
pagina 25.
Beademingsmodi
– IPPV/IMV
– SIPPV
– SIMV
– PSV (optioneel)
– CPAP
Uitgebreide instellingen voor beademing
– VG (optioneel)
– HFV (optioneel)
– VIVE
Bewakingsfuncties
De volgende parameters worden bewaakt:
– Inspiratoire O
-concentratie FiO
2
– Beademingsdruk Paw
– Flow, minuutvolume MV en slagvolume VT
– Lekkage-aandeel Lek
– Ademfrequentie voor hijgende ademhaling
Bov. Freq.
24
– Vertragingstijd apnoealarm Apnoe Tyd
De Babylog 8000 berekent aanvullende
longparameters met behulp van de gemeten
waarden voor druk, flow en volume.
Netspanningsverzorging
Het apparaat wordt voorzien van netspanning.
Gastoevoer
Het apparaat beschikt over landspecifieke
aansluitingen voor de gasverzorging met zuurstof
en medische perslucht (Air).
Gegevensoverdracht (optioneel)
De Babylog 8000 kan worden uitgerust met een
communicatieset voor het versturen van gemeten
waarden en instellingen naar andere apparaten
zoals patiëntmonitors of computers.
De seriële RS232-interface kan worden gebruikt
voor het versturen van gegevens met behulp van
het MEDIBUS-protocol.
Er is een analoge interface aanwezig voor het
versturen van analoge gegevens.
Medicamentenverneveling
Voor medicamentenverneveling kan een
pneumatische medicamentenvernevelaar worden
2
aangesloten.
Niet-invasieve beademing
Als BabyFlow-accessoires worden gebruikt is niet-
invasieve beademing mogelijk. Meer informatie
vindt u in de gebruiksaanwijzing van de BabyFlow.
Gebruiksaanwijzing Babylog 8000 plus SW 5.n