Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningsconcept
Uitgebreide beademingsinstellingen instellen
1 Druk op de Vent. Option-toets (D).
2 De toets voor uitgebreide
beademingsinstellingen indrukken,
bijvoorbeeld VIVE (E).
3 De waarden voor de uitgebreide instellingen
instellen, bijvoorbeeld expiratieflow.
4 Druk op de Aan-toets (E).
De uitgebreide beademingsinstelling is actief.
Variabele toetsen
De 6 variabele toetsen (E) onder het beeldscherm
kunnen worden gebruikt voor het uitvoeren van
verschillende functies en instellingen of om de
beademingsmodi te wijzigen.
De aan de toetsen toegewezen functies worden in
de onderste regel van het betreffende
dialoogvenster weergegeven. Zie hoofdstuk
''Overzicht dialoogvensters''.
In de onderstaande worden de toetsen met
symbolen en de bijbehorende functies
beschreven.
Toets
Functie
Terug naar hoofdscherm
Stelt een waarde in voor de geselec-
teerde parameter
Selecteert een parameter
Verplaatst het tijdsegment in de trend-
weergave of selecteert een parameter
Opent het dialoogvenster voor het log-
boek, zie pagina 89
Wijzigt het tijdsegment, zie pagina 88
Druk op een toets om de bijbehorende functie
uit te voeren.
Als de toets
of
kort en meerdere keren wordt
ingedrukt, wordt de waarde van de parameter stap
voor stap verhoogd of verlaagd. Als de toets langer
wordt ingedrukt, verandert de parameterwaarde
snel.
32
Gebruiksaanwijzing Babylog 8000 plus SW 5.n
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
