Printcartridges vervangen
Als het einde van de levensduur van een printcartridge is bereikt, wordt met een bericht op het
bedieningspaneel aangegeven dat een nieuwe printcartridge moet worden besteld. De MFP kan nog
steeds afdrukken met de huidige printcartridge tot op het bedieningspaneel een bericht wordt
weergegeven dat de cartridge moet worden vervangen.
De MFP gebruikt vier kleuren en bevat voor elke kleur een andere printcartridge: zwart (K), cyaan (C),
magenta (M) en geel (Y).
Opmerking
Vervang de juiste kleurenprintcartridge wanneer een van de volgende berichten op het
bedieningspaneel wordt weergegeven.
●
Vervang gele printcassette
●
Vervang magenta printcassette
●
Vervang cyaan printcassette
●
Vervang zwarte printcassette
Op het bedieningspaneel wordt ook aangegeven welke kleur moet worden vervangen (tenzij een
cartridge is geïnstalleerd die niet van HP is).
De printcartridge vervangen
1.
Open de voorste klep.
VOORZICHTIG
binnenkant van de voorste klep.
174
Hoofdstuk 13 De MFP (multifunctioneel randapparaat) beheren en onderhouden
Voor het afdrukken moeten alle printcartridges in de MFP zijn geïnstalleerd.
Plaats niets op de transportband (ETB). Deze bevindt zich aan de
NLWW