Pagina 3
HP CM8060/CM8050 Color MFP with Edgeline Technology Handleiding voor systeembeheerders...
Pagina 4
Microsoft Corporation. De enige garanties voor producten en gaan staan op het netsnoer en waar het services van HP worden uiteengezet in de Windows Vista ™ is een gedeponeerd netsnoer niet wordt beschadigd.
Pagina 5
Achteraanzicht (rechterzijde) ....................9 Achteraanzicht (linkerzijde) ....................9 Eén uitvoerbak ........................10 Optionele afwerkeenheden ....................10 Optionele HP Taakscheidingseenheid met 4 bakken ........11 Optionele HP Multifunctionele afwerkeenheid ..........11 Het apparaat aan- en uitzetten ......................12 Het bedieningspaneel gebruiken ......................13 Indeling van het bedieningspaneel ..................
Pagina 6
Macintosh .......................... 27 Wizard Aangepaste installatie voor Windows ..................28 De wizard Aangepaste installatie gebruiken ..............28 Dialoogvensters ......................... 28 Dialoogvenster Taalselectie ................28 Dialoogvenster Welkom ..................28 Dialoogvenster Licentieovereenkomst .............. 28 Dialoogvenster Taal ..................29 Dialoogvenster Printerpoort ................29 Dialoogvenster Model ..................
Pagina 7
Netwerkmappen met snelle toegang toevoegen of bewerken ......50 Verzenden via fax instellen ....................52 Algemene taakinstellingen ................53 Instellingen netwerkfax ..................53 Instellingen Internet-fax ..................54 Faxsnelkieslijsten importeren .................... 54 Een CSV-bestand met faxsnelkiesnummers maken voor dit apparaat ..... 54 Vereiste velden .................
Pagina 8
Een sluimerschema instellen ......................99 Back-up van instellingen maken en herstellen ................. 100 Een upgrade van de firmware uitvoeren ..................102 Een upgrade uitvoeren met HP Web Jetadmin ............... 102 Een upgrade uitvoeren via FTP ..................103 Een upgrade uitvoeren met Windows-opdrachten ............104 7 Menu Beheer Navigeren in het menu Beheer ......................
Pagina 9
Standaard faxopties ......................121 Standaardafdrukopties ..................... 123 Menu Tijd/schema's ......................... 125 Menu Beheer ............................ 127 Menu Begininstellingen ........................129 Menu Netwerk en I/O ....................... 129 Menu Fax instellen ......................136 Menu E-mail instellen ...................... 138 Menu Werking apparaat ........................140 Menu Problemen oplossen .......................
Pagina 10
Namen in het telefoonboek bewerken ............. 185 11 Digitale verzending Over digitale verzending ........................188 Digitale verzending vergeleken met andere HP-apparaten .............. 189 Verzenden naar e-mail ........................191 Een gescand bestand als e-mailbijlage verzenden ............191 Het e-mailadresboek gebruiken ..................192 De e-mailopties voor iedere taak configureren ..............
Pagina 11
Afdruksnelkoppelingen maken en gebruiken ..............207 Watermerken gebruiken ....................208 Formaat van documenten wijzigen .................. 208 Een aangepast papierformaat instellen ................209 Afdrukken op ander papier ....................209 Lege of voorbedrukte vellen invoegen ................209 Lay-out van hoofdstukpagina's ..................210 Op beide zijden van het papier afdrukken ...............
Pagina 12
Benodigdheden en accessoires bestellen ..................226 Inktcartridges vervangen ........................227 Nietcartridges vervangen ......................... 229 Het apparaat reinigen ........................232 De buitenkant van het apparaat reinigen ................. 232 Het aanraakscherm reinigen .................... 232 De glasplaat reinigen ....................... 233 De glasstrook van de scanner reinigen ................233 De witte vinylbedekking reinigen ..................
Pagina 13
Papiergebruik ........................278 Chemiekaarten ........................ 278 Energieverbruik ........................ 278 Akoestiek ......................... 278 HP-programma voor het recyclen van inkjetbenodigdheden ........... 278 Hardware recyclen ......................278 Batterijen wegwerpen ...................... 278 Voorschriften voor het afdanken van apparaten voor privé-huishoudens in de Europese Unie ..........................279 Materialen wegwerpen .....................
Pagina 15
Inleiding In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Over deze handleiding ● Symbolen in deze handleiding ● Aanbevolen installatieproces ● Configuraties ● Kenmerken ● Productoverzicht ● Het apparaat aan- en uitzetten ● Het bedieningspaneel gebruiken WAARSCHUWING! Raak geen bewegende onderdelen aan om letsel te voorkomen.
Pagina 16
In deze handleiding staat informatie voor de systeembeheerder om de HP CM8060/CM8050 Color MFP with Edgeline Technology te installeren, beheren en onderhouden. Ook vindt u hierin dezelfde informatie over het gebruik van de apparaatfuncties als in de HP CM8060/ CM8050 Color MFP with Edgeline Technology Naslaggids. Deze handleiding in gedrukte vorm is bestemd voor gebruikers.
Pagina 17
Symbolen in deze handleiding De tips, opmerkingen en waarschuwingen in deze handleiding geven u belangrijke informatie. TIP: Bij Tip vindt u handige tips of sneltoetsen. OPMERKING: Bij Opmerking vindt u belangrijke informatie, zoals een toelichting bij een concept of uitleg van een taak. VOORZICHTIG: U dient de procedures bij Voorzichtig te volgen om gegevensverlies of beschadiging aan het apparaat te voorkomen.
Pagina 18
Voordat iemand in uw organisatie het apparaat gaat gebruiken, dient u enkele standaardinstellingen te configureren. De configuratieopties kunnen aan uw eigen behoeften worden aangepast. HP raadt de volgende algemene procedure aan voor het instellen van het apparaat. Volg de koppelingen naar de bijbehorende gedeelten in deze handleiding voor gedetailleerde informatie.
Pagina 19
Configuraties Het apparaat is leverbaar in twee modellen. De HP CM8060 Color MFP with Edgeline Technology heeft een afdruk- en kopieersnelheid van maximaal 60 pagina's per minuut. De HP CM8050 Color MFP with Edgeline Technology heeft een afdruk- en kopieersnelheid van maximaal 50 pagina's per minuut. Alle overige kenmerken zijn voor beide modellen hetzelfde.
Pagina 20
Kenmerken Kenmerk Omschrijving Bedieningspaneel Via het HP Easy Select-bedieningspaneel hebt u toegang tot alle functies Instelbare schermverlichting Numeriek toetsenbord en vijf bedieningstoetsen voor taken Knop Sluimer (Sluimerknop) om het apparaat in een energiebesparende sluimermodus te zetten Aan-uitknop op het bedieningspaneel...
Pagina 21
Kenmerk Omschrijving Optionele HP Multifunctionele afwerkeenheid Optionele HP Taakscheidingseenheid met 4 bakken Verscheidene EIO-accessoires HP analoog faxaccessoire OPMERKING: Benodigdheden en accessoires bestellen op pagina 226 voor een complete lijst van accessoires en onderdeelnummers. ● Toegankelijkheid U kunt met één hand een complete kopieer- of afdruktaak van meerdere pagina's voltooien.
Pagina 22
Productoverzicht Het is verstandig vertrouwd te raken met de belangrijkste onderdelen van het apparaat voordat u het apparaat gaat gebruiken. Vooraanzicht Aan-uitknop Documentinvoer Bedieningspaneel Voorklep Lade 1 (handmatige invoer; voor 80 vellen gewoon papier) Lade 5 (optionele lade met hoge capaciteit; voor 4000 vellen gewoon papier) Lade 4 (voor 500 vellen gewoon papier) Lade 3 (voor 500 vellen gewoon papier) Lade 2 (voor 500 vellen gewoon papier)
Pagina 23
Achteraanzicht (rechterzijde) Hoofdschakelaar Stroomaansluiting WAARSCHUWING! Gebruik de hoofdschakelaar niet en haal de stekker niet uit het stopcontact, tenzij u het apparaat eerst met de aan-uitknop op het bedieningspaneel hebt uitgeschakeld. Als u het apparaat uitzet met de hoofdschakelaar, dient u te wachten tot de oranje LED donker is geworden voor u het apparaat weer aanzet.
Pagina 24
Opstartcodes LCD-scherm (alleen voor service) Host-USB (voor aansluiten van een accessoire op het apparaat) Fax (RJ-11) (onder label) Geïntegreerd LAN (RJ-45) (geen telecomverbindingen) CAN-interface (afwerkeenheid) Motorinterface (PCI Express) Scannerinterface EIO-sleuf FIH (Foreign Interface Harness) Apparaat-USB (om het apparaat aan te sluiten op een computer) Status-LED's (alleen voor service) Bediening motorvoeding (serieel) Eén uitvoerbak...
Pagina 25
Optionele HP Taakscheidingseenheid met 4 bakken Uitvoerbak 1 (kopieertaken) Uitvoerbak 2 (afdruktaken) Uitvoerbak 3 (faxtaken) Uitvoerbak 4 Optionele HP Multifunctionele afwerkeenheid Uitvoerbak 1 (kopieertaken) Uitvoerbak 2 (afdruktaken) Uitvoerbak 3 (faxtaken) Uitvoerbak 4 Uitvoerbak 5 (alle geniete taken worden afgeleverd in uitvoerbak 5)
Pagina 26
Het apparaat aan- en uitzetten Druk op de aan-uitknop op het bedieningspaneel van het apparaat om het apparaat aan of uit te zetten. WAARSCHUWING! Gebruik de hoofdschakelaar niet en haal de stekker niet uit het stopcontact tenzij u het apparaat eerst hebt uitgeschakeld met de aan-uitknop op het bedieningspaneel. Hoofdstuk 1 Inleiding NLWW...
Pagina 27
Het bedieningspaneel gebruiken Het bedieningspaneel heeft een VGA-kleurenaanraakscherm dat toegang biedt tot alle functies van het apparaat. Gebruik de knoppen en het numerieke toetsenblok om taken en de apparaatstatus te regelen. De LED's geven de algemene status van het apparaat weer. Indeling van het bedieningspaneel Aan-uitknop Hiermee zet u het apparaat aan en uit.
Pagina 28
De functies die op het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de door de systeembeheerder ingestelde apparaatconfiguratie. Voor sommige functies moet u zich mogelijk aanmelden. HP CM8060 Color MFP with Edgeline Technology Statusregel apparaat Geeft de algemene status van het apparaat weer. Hier worden verschillende knoppen weergegeven, afhankelijk van de huidige status.
Pagina 29
Help-knop Hiermee opent u het ingebouwde Help-systeem. U kunt informatie zoeken via het Help-menu of via trefwoorden. Zie Help-systeem op het bedieningspaneel op pagina Aantal kopieën Hier wordt het aantal kopieën weergegeven dat het apparaat gaat afdrukken. Als u het aantal wilt wijzigen raakt u het veld aan om een virtueel toetsenblok te openen of gebruikt u het numerieke toetsenblok op het bedieningspaneel.
Pagina 30
Help-systeem op het bedieningspaneel Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. Raak de Help-knop ( ) in de rechterbovenhoek van het scherm aan om het Help-systeem te openen. Voor sommige schermen wordt een algemeen Help-menu geopend waarin kan worden gezocht naar specifieke onderwerpen.
Pagina 31
Het apparaat aansluiten In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Interfacepoorten ● Aansluiten op een telefoonlijn ● Aansluiten op een netwerk NLWW...
Pagina 32
Interfacepoorten Op de volgende afbeelding ziet u de interfacepoorten van het apparaat. Opstartcodes LCD-scherm (alleen voor service) Host-USB (voor aansluiten van een accessoire op het apparaat) Fax (RJ-11) (onder label) Geïntegreerd LAN (RJ-45) (geen telecomverbindingen) CAN-interface (afwerkeenheid) Motorinterface (PCI Express) Scannerinterface EIO-sleuf FIH (Foreign Interface Harness)
Pagina 33
Aansluiten op een telefoonlijn Om faxen te kunnen verzenden en ontvangen moet het apparaat zijn aangesloten op een analoge telefoonlijn. U sluit het apparaat als volgt aan op een telefoonlijn: Verwijder het label van de faxpoort (RJ11-interface). Sluit het ene uiteinde van een telefoonkabel aan op de faxpoort (RJ11-interface). WAARSCHUWING! Gebruik een kabel van minimaal 26 AWG om het apparaat aan te sluiten op de modemmodule.
Pagina 34
Steek het andere uiteinde van de telefoonkabel in de telefoonaansluiting. Hoofdstuk 2 Het apparaat aansluiten NLWW...
Pagina 35
Aansluiten op een netwerk HP raadt u aan gebruik te maken van de meegeleverde software-installatie-cd om de netwerkconfiguraties voor het apparaat in te stellen. Als u de installatie-cd gebruikt, hoeft u geen extra software te installeren. Er zijn twee netwerk- en afdrukconfiguraties mogelijk: ●...
Pagina 36
Installatiestappen Sluit het ene uiteinde van een netwerkkabel aan op de geïntegreerde LAN-poort (RJ-45-interface) en sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op het netwerk. Zet het apparaat aan en wacht tot het initialisatieproces is voltooid om een netwerkadres of hostnaam toe te wijzen.
Pagina 37
Bij het apparaat zijn drie cd's meegeleverd: ● Windows. Hierop staan het installatieprogramma voor printerdrivers voor Windows- besturingssystemen, gebruikersdocumentatie, de wizard Aangepaste installatie en een koppeling naar de HP universele printerdriver op internet. ● Macintosh. Hierop staan het installatieprogramma voor printerdrivers voor Macintosh- besturingssystemen en gebruikersdocumentatie.
Pagina 38
In de ondersteunde besturingssystemen gebruikt het apparaat printerdrivers voor emulatie van PCL 5c, PCL 6 en HP postscript niveau 3 (PS 3). Het apparaat gebruikt ook de faxdriver voor het gebruik van faxfuncties. OPMERKING: Bijgewerkte softwaredrivers zijn beschikbaar op www.hp.com/go/...
Pagina 39
● Unix. Ga voor meer informatie naar www.hp.com/go/unixmodelscripts. ● Printerdrivers voor SAP-omgevingen. Ga voor meer informatie naar www.hp.com/go/sap/drivers. ● Oplossingen voor uitvoerbeheer van HP. Ga voor meer informatie naar www.hp.com/go/ outputmanagement. NLWW Ondersteunde besturingssystemen en printerdrivers...
Pagina 40
De software installeren Gebruik de cd met afdruksysteemsoftware om de printerdrivers en ondersteunde softwaretoepassingen te installeren. Bij elk installatietype verschijnen dialoogvensters om u door het installatieproces te leiden en u te vragen om gegevens over uw computeromgeving. Het installatieprogramma leidt u door de installatie voor een rechtstreekse verbinding of een verbinding via een netwerk.
Pagina 41
Volg de onderstaande stappen om het apparaat te verwijderen van het Macintosh-besturingssysteem. Verwijder de afdrukwachtrij via Afdrukbeheer, Printerconfiguratie of Afdrukken en faxen bij Systeemvoorkeuren. Sleep het apparaatspecifieke PPD-bestand naar de Prullenmand. OPMERKING: Verwijder geen PDE-bestanden. Sommige PDE-bestanden worden mogelijk gedeeld met andere HP-apparaten. NLWW De software verwijderen...
Pagina 42
Anders kan het bestand RESPONSE.INI rechtstreeks worden bewerkt op verschillen in de systeemconfiguratie. In de Ondersteuningsgids voor HP Driver-preconfiguratie vindt u de exacte tekst voor het vervangen van vermeldingen in het bestand RESPONSE.INI. De wizard Aangepaste installatie starten Plaats de cd met de apparaatsoftware in het cd-romstation.
Pagina 43
Dialoogvenster Taal OPMERKING: De aangepaste installatie beperkt alle systeeminstallaties van het apparaat tot de taal die u selecteert in het dialoogvenster Taal. De onderhoudsmodus op systemen waarop een aangepaste installatie is uitgevoerd, heeft geen opties om de taal te wijzigen. Als u de taal wilt wijzigen op een systeem waarbij de wizard Aangepaste installatie is gebruikt, moet u de aangepaste installatie verwijderen en het apparaat opnieuw installeren om de optie voor het installeren van andere talen te herstellen.
Pagina 44
geïdentificeerd. Selecteer een van de volgende opties om de standaardpoortnaam te gebruiken of om een andere poortnaam op te geven. Selecteer IP-adres om het veld beschikbaar te maken waarin u het TCP/IP-adres voor het ❑ apparaat kunt invoeren. In dit veld zijn alleen cijfers toegestaan. Als deze optie is geselecteerd, moet u minimaal één cijfer in het veld IP-adres typen.
Pagina 45
dialoogvenster Details. Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Drivers. Deze stap is optioneel. Als de drivers voor de aangepaste installatie zijn geselecteerd, klikt u op Volgende om verder te gaan met de installatie. Het dialoogvenster Driverconfiguratie wordt weergegeven. Dialoogvenster Driverconfiguratie Het dialoogvenster Driverconfiguratie beslaat twee selecties.
Pagina 46
één taal en bevat het slechts de geselecteerde functies en opties. Start het bestand SETUP.EXE vanuit de hoofdmap van het pakket om het aangepaste installatiepakket te installeren. Uitgebreide informatie vindt u in de Ondersteuningsgids voor HP Driver-preconfiguratie op de cd voor systeembeheerders. Hoofdstuk 3 Apparaatsoftware...
Pagina 47
Apparaatinstellingen configureren In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Waar worden instellingen geconfigureerd ● Apparaatinstellingen configureren op het bedieningspaneel ● Apparaatinstellingen op afstand configureren NLWW...
Pagina 48
Sommige apparaatinstellingen moeten worden ingesteld op het bedieningspaneel, maar andere moeten op afstand worden ingesteld via de geïntegreerde webserver (EWS) of de HP Web Jetadmin-software (WJA). Stel eerst het apparaat in voordat u instellingen op afstand maakt. De volgende tabel geeft aan welke instellingen op het apparaat worden geconfigureerd en welke op afstand.
Pagina 49
Instellen op bedieningspaneel: Menu Beheer op pagina 127 Afdrukken Standaard taakopties voor alle Instellen op bedieningspaneel: afdruktaken Menu Standaard taakopties op pagina 111 Netwerk en I/O-parameters I/O-time-out Instellen op bedieningspaneel: Menu Begininstellingen HP Jetdirect op pagina 129 NLWW Waar worden instellingen geconfigureerd...
Pagina 50
Tabel 4-1 Waar worden instellingen geconfigureerd (vervolg) Apparaatfunctie Te configureren instelling Instellen op Op afstand Koppeling naar meer het bedie- instellen informatie ningspaneel Beveiliging Wachtwoord voor account Het beheerderswachtwoord voor apparaatbeheerder het apparaat instellen op pagina 59 Afdrukken via een rechtstreekse Afdrukken via een rechtstreekse verbinding uitschakelen verbinding uitschakelen...
Pagina 51
Menu Werking apparaat op pagina 140 Apparaatbeheerfuncties Automatische e-mail- Waarschuwingen instellen waarschuwingen voor diverse op pagina 95 apparaat- en benodigdhedengebeurtenissen Regelmatig apparaatconfiguratie AutoSend instellen en gebruiksgegevens naar HP of op pagina 96 uw serviceprovider verzenden. NLWW Waar worden instellingen geconfigureerd...
Pagina 52
Apparaatinstellingen configureren op het bedieningspaneel Dit gedeelte geeft informatie over het maken van standaardinstellingen voor bepaalde functies via het bedieningspaneel. Sommige functies moeten echter op afstand worden geconfigureerd via de geïntegreerde webserver. Zie Apparaatinstellingen op afstand configureren op pagina Begininstellingen e-mail Met de wizard E-mail instellen in het menu Begininstellingen kunt u de functie voor digitaal verzenden...
Pagina 53
Begininstellingen fax Als het apparaat is voorzien van een analoog faxaccessoire, kunt u via het menu Begininstellingen basisinstellingen voor de fax configureren. De functie op het beginscherm wordt pas actief als u de Wizard Fax instellen in dit menu gebruikt. OPMERKING: Gebruik het menu Standaard faxopties...
Pagina 54
Standaard faxopties aan. Er zijn verscheidene opties beschikbaar. U kunt de standaard taakopties aanpassen of de standaardinstellingen van HP handhaven. OPMERKING: Standaard faxopties op pagina 121 voor informatie over iedere optie. In het ingebouwde Help-systeem van het apparaat vindt u uitleg over elke optie. Raak de knop Help ( ) in de rechterbovenhoek van het scherm aan.
Pagina 55
OPMERKING: Standaard kopieeropties op pagina 111 voor informatie over iedere optie. In het ingebouwde Help-systeem vindt u ook uitleg over elke optie. Raak de knop Help ( ) in de rechterbovenhoek van het scherm aan. Raak de knop Beginscherm ( ) in de linkerbovenhoek van het scherm aan om het menu Beheer te verlaten.
Pagina 56
Beheer op het bedieningspaneel van het apparaat. Als u een groep apparaten beheert, kunt u de instellingen met HP Web Jetadmin configureren en vervolgens over alle apparaten in de groep verspreiden. De meeste instellingen die beschikbaar zijn in de geïntegreerde webserver, zijn ook beschikbaar in HP Web Jetadmin. Zie...
Pagina 57
Tabel 4-2 Ondersteunde browsers voor de geïntegreerde webserver (vervolg) Besturingssysteem Ondersteunde browsers ● Netscape 7.0 en hoger ● Opera 7.0 en hoger Geavanceerde e-mailinstellingen Nadat de begininstellingen voor e-mail zijn ingesteld, kunt u de e-mailfunctie gaan gebruiken. U kunt deze functie echter nog beter configureren met de geavanceerde instellingen in de geïntegreerde webserver.
Pagina 58
Tabel 4-3 Standaard berichtinstellingen (vervolg) Kenmerk Omschrijving Als een gebruiker zich bij het apparaat heeft aangemeld, wordt het e-mailadres van de gebruiker in het veld “Van” weergegeven in plaats van het standaard e-mailadres. Standaardonderwerp Geef een standaard onderwerpregel op voor de e-mailberichten. Standaardbericht Voer een berichttekst in.
Pagina 59
Tabel 4-4 Weergaveopties adresboek Weergaveoptie Weergegeven adressen Alle contacten ● Netwerkcontacten van een gedeelde LDAP-server ● Adressen die zijn opgeslagen op de harde schijf van het apparaat ● Persoonlijke adressen van de gebruiker die momenteel is aangemeld ● Openbare adressen die uit een CSV-bestand zijn geïmporteerd en zijn opgeslagen op de harde schijf van het apparaat Gedeelde contacten ●...
Pagina 60
Een CSV-bestand met e-mailadressen maken voor dit apparaat. Zie Een CSV-bestand met e-mailadressen maken voor dit apparaat op pagina ● Een CSV-bestand exporteren uit een ouder HP MFP-apparaat en dat bestand importeren in dit apparaat. Zie Records van e-mailadressen en faxsnelkiesnummers importeren van een ander apparaat op pagina...
Pagina 61
Vereiste velden De volgende velden zijn vereist en moeten in deze volgorde voorkomen. Tabel 4-5 Vereiste velden voor het CSV-bestand met e-mailadressen Veld Omschrijving name Aliasnaam voor de invoer. address E-mailadres van ontvanger. Dit veld mag niet leeg zijn. faxnumber Faxnummer van ontvanger lastname Achternaam van gebruiker...
Pagina 62
Gegevens Ontvanger 2 in het CSV-bestand b.groen,b.groen@bedrijfsnaam.com,,,,,,,,,cdevries,Projectmanagers Records van e-mailadressen en faxsnelkiesnummers importeren van een ander apparaat U kunt e-mailadressen en faxsnelkiesnummers in dit apparaat importeren uit oudere HP MFP-apparaten die gegevens kunnen exporteren. OPMERKING: Faxsnelkieslijsten importeren op pagina 54 voor informatie over het importeren van faxsnelkiesnummers.
Pagina 63
Een uniek nummer dat is gekoppeld aan de naam van het snelkiesnummer. Dit veld mag niet leeg zijn als het veld emailaddress leeg is en het veld faxnumber niet leeg is. PIN-code voor toegang tot het oudere HP-apparaat. Een CSV-bestand met e-mailadressen importeren op pagina 49 voor het importeren van het CSV-bestand naar het apparaat.
Pagina 64
OPMERKING: Om persoonlijke contacten te importeren, moet u eerst de Windows- aanmeldmethode inschakelen. De versie van de Microsoft Exchange-server moet 5.5 of hoger zijn. Aanmeldmethoden op pagina 71 voor informatie over het inschakelen van aanmelden via Windows. Onder aan de pagina kunt u de werking controleren door een gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren.
Pagina 65
gebruiker opgevraagd bij Microsoft Active Directory. Als in het profiel van de gebruiker informatie over de beginmap is opgenomen, dan wordt deze in de lijst met mappen voor snelle toegang geplaatst. De persoonlijke map voor snelle toegang wordt niet weergegeven als in het profiel geen gegevens voor de beginpagina worden gevonden of als de gebruiker zich niet aanmeldt voordat de netwerkmaptoepassing wordt gestart.
Pagina 66
inschakelen. Zie Geavanceerde e-mailinstellingen op pagina 43. De waarschuwing wordt verzonden naar het e-mailadres van de gebruiker die momenteel is aangemeld, indien dat beschikbaar is, of anders naar het standaard e-mailadres van het apparaat. Selecteer voor elke map met snelle toegang de standaard scaninstellingen voor bestanden die naar die map worden verzonden.
Pagina 67
Algemene taakinstellingen Als u factuurcodes gebruikt, kunt u in het gedeelte Algemene instellingen de te gebruiken standaardcode en de minimumlengte van de factuurcode invoeren. Als u wilt dat gebruikers op het bedieningspaneel een andere factuurcode kunnen invoeren, selecteert u Te bewerken door gebruiker. Als de factuurcode niet bewerkbaar is, wordt gebruikers bij het verzenden van faxen niet gevraagd een factuurcode in te voeren en verschijnt er geen venster om een andere factuurcode in te voeren.
Pagina 68
● Een CSV-bestand met faxsnelkiesnummers maken voor dit apparaat. ● Een CSV-bestand exporteren uit een ouder HP MFP-apparaat met een exportfunctie en dat bestand importeren in dit apparaat. Zie Records van e-mailadressen en faxsnelkiesnummers importeren van een ander apparaat op pagina...
Pagina 69
Tabel 4-7 Vereiste velden voor het CSV-bestand met faxsnelkiesnummers (vervolg) Veld Omschrijving username Gebruikersnaam. Deze waarde is altijd “MFP PUBLIC”. dlname Naam van een distributielijst met faxnummers code Uniek nummer voor de dlname Voorbeeldrecords faxsnelkiesnummers in CSV-bestand In de volgende tabel staan voorbeelden van geldige records. faxnumber username dlname...
Pagina 70
Hoofdstuk 4 Apparaatinstellingen configureren NLWW...
Pagina 71
Het apparaat beveiligen In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Beveiligingsstandaarden ● Het beheerderswachtwoord voor het apparaat instellen ● Het gebied met beheerdershulpmiddelen in het opstartmenu vergrendelen ● Afdrukken via een rechtstreekse verbinding uitschakelen ● Afdrukken vanuit de geïntegreerde webserver uitschakelen ●...
Pagina 72
Ga naar www.hp.com/go/secureprinting voor gedetailleerde informatie over de beveiligde beeldbewerkings- en afdrukoplossingen van HP. Op deze website vindt u koppelingen naar witboeken en documenten met veelgestelde vragen over beveiligingsfuncties. IP Security IPsec is een reeks protocollen voor het beheer van IP-netwerkverkeer van en naar het apparaat. IPsec voorziet in verificatie tussen hosts, gegevensintegriteit en codering van netwerkcommunicatie.
Pagina 73
Als u het wachtwoord van de apparaatbeheerder vergeet, kunt u dit met de functie Koud herstel in het opstartmenu van het apparaat vervangen door een blanco waarde. Om te voorkomen dat onbevoegde gebruikers het beheerderswachtwoord wijzigen, raadt HP aan dat u het gebied met beheerdershulpmiddelen in het opstartmenu beschermt met een wachtwoord. Zie gebied met beheerdershulpmiddelen in het opstartmenu vergrendelen op pagina 60.
Pagina 74
Terwijl het apparaat wordt geïnitialiseerd, kunt u een speciaal opstartmenu openen. Dit menu wordt door erkend servicepersoneel van HP gebruikt voor het oplossen van problemen. Een deel van dit menu voorziet systeembeheerders van extra functies voor apparaatbeheer die niet beschikbaar zijn via het...
Pagina 75
Afdrukken via een rechtstreekse verbinding uitschakelen Als u wilt dat er alleen kan worden afgedrukt door gebruikers die via een netwerkverbinding met het apparaat zijn verbonden, kunt u het afdrukken via een rechtstreekse poort uitschakelen. Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Instellingen en selecteer Algemene beveiliging in het menu aan de linkerzijde van het scherm.
Pagina 76
Afdrukken vanuit de geïntegreerde webserver uitschakelen Via de pagina Afdrukken op het tabblad Informatie van de geïntegreerde webserver kunnen gebruikers een document rechtstreeks vanuit de geïntegreerde webserver afdrukken. U kunt deze functie uitschakelen om te voorkomen dat gebruikers via deze webverbinding afdrukken maken. Open de geïntegreerde webserver.
Pagina 77
Voorkomen dat gebruikers e-mail verzenden naar andere accounts dan die van henzelf U kunt de e-mailoptie zodanig configureren dat gebruikers alleen e-mail kunnen verzenden naar hun eigen accounts. Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Digitaal versturen en selecteer E-mail instellen in het menu aan de linkerzijde van het scherm.
Pagina 78
Toegang tot het apparaat beheren Met de geïntegreerde webserver kunt u bepalen voor welke functies gebruikers zich eerst moeten aanmelden. U kunt ook reeksen machtigingen maken waarmee afzonderlijke gebruikers of groepen gebruikers op verschillende niveaus toegang krijgen. Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Instellingen.
Pagina 79
In het apparaat zijn de volgende reeksen machtigingen reeds geconfigureerd: ● Apparaatgebruiker: Deze reeks machtigingen kunt u bewerken en toewijzen aan afzonderlijke gebruikers en groepen. Met de standaardinstellingen voor deze reeks machtigingen heeft de gebruiker van het apparaat alleen toegang tot het Menu Informatie in de beheertoepassing, maar deze instellingen kunt u naar wens aanpassen.
Pagina 80
Tabel 5-2 Opties voor reeksen machtigingen (vervolg) Hoofdfunctie Subopties Omschrijving Taakstatus Details of Taak van een gebruiker Geeft toegang tot de functie Taakstatus annuleren het bedieningspaneel. Mag Taak van een gebruiker voorrang Als u het selectievakje bij Details of Taak geven van een gebruiker annuleren uitschakelt, kunnen leden van deze reeks machtigingen...
Pagina 81
Een bestaande reeks machtigingen bewerken Selecteer in het gedeelte Reeksen machtigingen de naam van de reeks die u wilt bewerken en klik op Bewerken. OPMERKING: De reeks Apparaatbeheerder kunt u niet bewerken. Als u Aangepast toegangsbeheer of Maximaal toegangsbeheer op het tabblad Apparaattoegang selecteert, kunt u toegang tot een beheerde apparaatfunctie toestaan door in elke kop het selectievakje in te schakelen.
Pagina 82
TIP: Als u kleurgebruik alleen voor sommige gebruikers wilt beperken, stelt u verschillende reeksen machtigingen in voor kleurgebruikers en niet-kleurgebruikers. TIP: Het selectievakje Reeks machtigingen kan niet worden ingeschakeld (is grijs) als aanmelden voor de functie op de pagina Aangepast definiëren niet is vereist voor toegangsbeheer voor instellingen, of als de functie een kleurinstelling is en op de pagina Kleur beperken de optie voor kleurbeheer is ingesteld op Aangepast.
Pagina 83
Selecteer bij Reeks machtigingen de aan deze gebruiker of groep toe te wijzen reeks machtigingen. Klik op OK om de nieuwe gebruiker of groep toe te voegen. Toewijzingen van reeksen machtigingen voor bestaande Windows- of LDAP-gebruikers of -groepen bewerken Voor Windows- en LDAP-gebruikers en -groepen volgt u dezelfde procedure. Selecteer een gebruiker of groep in het gedeelte Windows-gebruikers en -groepen of LDAP- gebruikers en -groepen en klik op Bewerken.
Pagina 84
Bestaande apparaatgebruikersaccounts bewerken Selecteer een gebruikersaccount op het tabblad Gebruikers/groepen in het gedeelte Apparaatgebruikersaccounts en klik op Bewerken. U kunt de toegangscode, de naam van de gebruiker, het e-mailadres, de netwerknaam en de toegewezen reeksen machtigingen voor de gebruiker wijzigen. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan.
Pagina 85
Toewijzingen van reeksen machtigingen voor Novell NDS-gebruikers verwijderen Selecteer een gebruiker in het gedeelte Novell NDS-gebruikers en -groepen en klik op Verwijderen. U wordt via een bericht gewaarschuwd dat u de gebruiker gaat verwijderen. Klik op OK om de gebruiker te verwijderen. -of- Klik op Annuleren om terug te gaan naar het vorige scherm zonder de gebruiker te verwijderen.
Pagina 86
U kunt de standaardattributen waarmee het apparaat de gebruiker controleert desgewenst wijzigen. HP raadt echter het gebruik van deze standaardattributen aan. Klik op LDAP-verificatie testen om te controleren of de aanmeldmethode goed werkt. Voer een gebruikersnaam en wachtwoord in.
Pagina 87
Selecteer een NDS-structuur en voer een NDS-context, een gebruikersnaam en een wachtwoord Klik op OK om het aanmelden via Novell te testen. Klik op Annuleren om terug te keren naar het tabblad Aanmeldmethoden. Klik onder op de pagina op Toepassen om de instellingen op te slaan. NLWW Toegang tot het apparaat beheren...
Pagina 88
Kleurgebruik beperken Met de geïntegreerde webserver kunt u afdrukken en kopiëren in kleur voor alle gebruikers inschakelen, uitschakelen of beperken. Ook kunt u dit doen voor leden van bepaalde reeksen machtigingen. TIP: Als u afdrukken in kleur wilt beperken voor de meeste gebruikers, kunt u met de wizard Aangepaste installatie voor Windows de printerdriver zo configureren dat kleurgebruik wordt beperkt.
Pagina 89
TIP: U kunt tijdelijke limietopheffingen voor een gebruiker ook toevoegen, bewerken of verwijderen. Gebruikers kunnen afdruktaken voltooien zolang er ten minste één pagina over is binnen de ingestelde limiet, zelfs als de taak de ingestelde limiet zal overschrijden. Zodra de limiet wordt overschreden, kan de gebruiker geen taken meer afdrukken tot het gebruik automatisch is teruggezet of totdat de beheerder van het apparaat het ingestelde gebruik bijstelt of ervoor zorgt dat de limiet wordt genegeerd.
Pagina 90
De volgende instellingen voor kleurkwaliteit zijn beschikbaar: ● Alle kleuren verwijderen: alle documenten die vanuit dit programma worden verzonden, worden afgedrukt in zwart-wit. ● Kleurkwaliteit Algemeen kantoor toestaan: kleurendocumenten die vanuit dit programma worden verzonden, worden afgedrukt met kleurkwaliteit Algemeen kantoor. Deze instelling gebruikt iets minder verzadigde kleuren dan de kleurkwaliteitsinstelling Professioneel.
Pagina 91
Certificaten beheren Het product beschikt over een ingebouwd zelfondertekend certificaat, waarmee netwerkcommunicaties met entiteiten zoals de LDAP-server (communicatie die gebruikersnamen en wachtwoorden kan bevatten) kunnen worden gecodeerd. Bovendien zorgt het certificaat voor een redelijke mate van beveiliging. Sommige netwerken vereisen echter vertrouwde certificaten. In die gevallen dient u mogelijk een certificaat van de netwerkcertificaatautoriteit te installeren.
Pagina 92
Voorbeelden van beveiligingsconfiguraties In dit gedeelte staan voorbeelden voor het instellen van verscheidene algemene beveiligingsconfiguraties. Scenario 1: Iedereen heeft dezelfde toegangscode en alle gebruikers moeten zich aanmelden In dit scenario heeft het apparaat één toegangscode. Mensen die de toegangscode kennen, kunnen het apparaat gebruiken.
Pagina 93
Gebruikers/groepen. Standaard is de reeks machtigingen voor deze groep Apparaatgebruiker, maar u kunt ook een nieuwe reeks machtigingen maken en die toewijzen aan de groep. Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Instellingen en selecteer Aanmelden bij apparaat in het menu aan de linkerzijde van het scherm.
Pagina 94
Hieronder volgen de stappen die u moet volgen voor deze configuratie. De stappen worden vervolgens apart beschreven. Stel het beheerniveau voor toegang tot kleur in. Stel het beheerniveau voor toegang tot het apparaat in. Maak een nieuwe reeks machtigingen die afdrukken en kopiëren met de kleurkwaliteit Professioneel beperkt en pas ook de instellingen voor de reeks machtigingen Apparaatgebruiker aan.
Pagina 95
Stap 3: Reeksen machtigingen configureren U dient de standaardmachtigingen voor de reeks Apparaatgebruiker te wijzigen. In de lijst van reeksen machtigingen op het tabblad Apparaattoegang selecteert u Apparaatgebruiker. Klik vervolgens op Bewerken. Schakel het selectievakje bij E-mailtoepassing in. Schakel de selectievakjes bij de volgende opties uit: ●...
Pagina 96
Bij Naam netwerkgebruiker of -groep voert u de Active Directory-gebruikersnaam van de gebruiker in. Bij Reeks machtigingen selecteert u Apparaatbeheerder. Klik op OK. Herhaal deze procedure voor iedere gebruiker die deze machtiging nodig heeft. Stel machtigingen in voor de medewerkers van de reclameafdeling voor het gebruik van de kleurkwaliteit Professioneel.
Pagina 97
Het apparaat beheren In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● De taakstatus controleren en de wachtrij gebruiken ● De geïntegreerde webserver gebruiken ● HP Web Jetadmin gebruiken ● De berichtenserver instellen ● Waarschuwingen instellen ● AutoSend instellen ●...
Pagina 98
De taakstatus controleren en de wachtrij gebruiken Als u de status van afzonderlijke taken wilt controleren, gebruikt u de functie Taakstatus op het bedieningspaneel van het apparaat. Gebruik deze functie ook voor het onderbreken van alle taken, het verwijderen van taken uit de wachtrij en het naar voren plaatsen van een taak zodat deze eerder wordt verwerkt.
Pagina 99
uitgeschakeld, plaatst het apparaat inkomende afdruktaken direct in de wachtrij, zelfs als hierdoor kopieertaken of opgeslagen taken worden onderbroken. OPMERKING: De functie Afdruktaak uitstellen heeft alleen effect op afdrukprocessen. In andere gevallen plaatst het apparaat inkomende taken bij ontvangst in de wachtrij. Taken in de wachtrij voorrang geven en onderbreken Wanneer het apparaat meerdere taken verwerkt, worden deze meestal op volgorde van ontvangst verwerkt.
Pagina 100
Het type onderbreking hangt af van het type taak dat naar voren wordt verplaatst of wordt gestart. ● Door het starten van een kopieertaak wordt de huidige taak na een volledige pagina onderbroken, tenzij de huidige taak dient te worden geniet. ●...
Pagina 101
Via het bedieningspaneel van het apparaat kunt u het netwerkadres of de hostnaam vinden. Raak Netwerkadres en vervolgens Afdrukken aan om de configuratiepagina van HP Jetdirect af te drukken. Op die pagina staat het netwerkadres of de hostnaam vermeld. NLWW De geïntegreerde webserver gebruiken...
Pagina 102
Tabblad Informatie Op het tabblad Informatie vindt u gegevens over de status van het apparaat. Klik op de knoppen aan de linkerzijde van het venster om een functie te openen. Tabel 6-1 Tabblad Informatie Functie Omschrijving Apparaatstatus De huidige status van het apparaat staat boven aan de pagina. In het gedeelte Benodigdheden wordt de resterende levensduur van iedere inktcartridge getoond.
Pagina 103
Tabblad Instellingen Op dit tabblad kunt u het apparaat vanaf uw computer configureren. Klik op de knoppen aan de linkerzijde van het venster om een functie te openen. OPMERKING: Als een beheerderswachtwoord is ingesteld, is dit tabblad alleen beschikbaar voor gebruikers die zich met de vereiste gegevens hebben aangemeld.
Pagina 104
Tabel 6-2 Tabblad Instellingen (vervolg) Functie Omschrijving ● Kleur beperken/Limieten Tabblad Kleur beperken: afdrukken en kopiëren in kleur in- of uitschakelen voor alle gebruikers of voor gebruikers met bepaalde reeksen machtigingen. U kunt ook bepalen of taken vanuit bepaalde softwareprogramma's in kleur mogen worden afgedrukt. Zie Kleurgebruik beperken op pagina ●...
Pagina 105
Tabel 6-2 Tabblad Instellingen (vervolg) Functie Omschrijving netwerk waarmee de software wordt geïnstalleerd en klik op Installeren. Afhankelijk van de oplossing wordt het apparaat mogelijk automatisch opnieuw gestart. De oplossing wordt na de installatie in de lijst onder aan de pagina weergegeven. Als u een oplossing wilt verwijderen, selecteert u het in de lijst en klikt u op Verwijderen.
Pagina 106
Op dit tabblad kunt u netwerkgerelateerde instellingen beheren. De op dit tabblad beschikbare opties zijn afhankelijk van de HP Jetdirect-printserver die in het apparaat is geïnstalleerd. De hier beschikbare opties zijn vergelijkbaar met de opties in het menu Geïntegreerde Jetdirect of EIO <X> Jetdirect op het bedieningspaneel van het apparaat, maar zijn uitgebreider.
Pagina 107
HP Web Jetadmin gebruiken Net als met de geïntegreerde webserver kunt u met HP Web Jetadmin apparaatinstellingen op afstand configureren. Met HP Web Jetadmin kunt u echter ook een groep apparaten beheren in plaats van slechts één apparaat. HP Web Jetadmin is een op het web gebaseerde softwareoplossing waarmee u op het netwerk aangesloten randapparatuur kunt installeren en controleren, en problemen hiermee kunt oplossen.
Pagina 108
Voer bij POP3-gebruikersnaam apparaat de naam van een bestaande gebruiker van het apparaat in. HP raadt aan een e-mailaccount voor waarschuwingen in te stellen en die account te gebruiken. Gebruik voor dit veld niet uw eigen e-mailadres, want dan worden al uw persoonlijke e-mailberichten omgeleid.
Pagina 109
Waarschuwingen instellen U kunt automatische waarschuwingen instellen voor specifieke apparaatomstandigheden, zoals een papierstoring of wanneer een cartridge moet worden vervangen. De waarschuwingen kunnen via e-mail naar een distributielijst worden verzonden of naar een website. Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Instellingen.
Pagina 110
Klik op Testen en controleer of alle e-mailadressen de gegevens hebben ontvangen. Selecteer Verzenden naar HP om de apparaatgegevens met het opgegeven interval rechtstreeks naar HP te verzenden. Met deze gegevens kan HP het apparaat verbeteren. Klik op de koppeling Hewlett-Packard Online Privacyverklaring voor meer informatie.
Pagina 111
Datum en tijd instellen Via het menu Tijd/schema's op het bedieningspaneel van het apparaat kunt u de basisgegevens voor datum en tijd invoeren. Via de geïntegreerde webserver kunt u behalve de huidige datum en tijd ook geavanceerde instellingen configureren voor zomer- en wintertijd en het apparaat laten synchroniseren met een netwerktijdserver (indien beschikbaar).
Pagina 112
Als er een netwerktijdserver wordt gedetecteerd, wordt het adres daarvan in het vak bij Netwerkadres tijdserver weergegeven. Als u een andere netwerktijdserver wilt gebruiken, kunt u een ander netwerkadres in dit vak invoeren. Geef het interval in uren op voor de frequentie waarmee het apparaat zich moet synchroniseren met de netwerktijdserver.
Pagina 113
Een sluimerschema instellen Via het menu Tijd/schema's op het bedieningspaneel van het apparaat kunt u een sluimerschema voor het apparaat instellen. U kunt echter ook de geïntegreerde webserver gebruiken om een normaal sluimerschema en een sluimerschema voor vakanties in te stellen. Open de geïntegreerde webserver.
Pagina 114
Back-up van instellingen maken en herstellen Via de geïntegreerde webserver kunt u een back-upbestand maken met apparaat- en gebruikersgegevens. Indien nodig kunt u met dit bestand ook gegevens van het apparaat herstellen. In het back-upbestand worden de volgende gegevens opgeslagen: ●...
Pagina 115
Het back-upbestand gebruiken om apparaatgegevens te herstellen Open de geïntegreerde webserver. Zie De geïntegreerde webserver openen op pagina Selecteer het tabblad Instellingen. Selecteer Back-up maken en herstellen in het menu aan de linkerzijde van het scherm. Geef in het vak onder Coderingssleutel de coderingssleutel op die u hebt gebruikt bij het maken van het back-upbestand.
Pagina 116
RFU-bestand dat u van de website hebt gedownload. Als de bestandsnaam wordt vermeld, selecteert u deze. Klik op Uploaden om het RFU-bestand van de harde schijf te verplaatsen naar de HP Web Jetadmin-server. Als het uploaden is voltooid, wordt het browservenster vernieuwd.
Pagina 117
Druk op Enter. In het opdrachtvenster wordt het bericht 200 Types set to I, Using binary mode to transfer files weergegeven. Typ put <bestandsnaam> waarbij <bestandsnaam> de naam is van het RFU-bestand dat u hebt gedownload van de website, inclusief het pad. Typ bijvoorbeeld put C:\CM8060\8060FW.RFU en druk op Enter.
Pagina 118
Een upgrade uitvoeren met Windows-opdrachten Voor deze procedure moet het apparaat zijn verbonden met een Windows-netwerk. Voordat u begint, dient u te beschikken over het netwerkadres of de hostnaam van het apparaat. Om het adres op te zoeken, raakt u Netwerkadres aan op het bedieningspaneel van het apparaat.
Pagina 119
Menu Beheer Gebruik het menu Beheer om de standaardwerking van het apparaat in te stellen en andere algemene instellingen te configureren, zoals de taal en de notatie voor datum en tijd. In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ●...
Pagina 120
Navigeren in het menu Beheer Raak op het beginscherm Beheer aan om de menustructuur te openen. Mogelijk moet u omlaag bladeren in het beginscherm om deze functie te zien. Het menu Beheer heeft verschillende submenu's die op de linkerzijde van het scherm staan. Raak de naam van een menu aan om de structuur uit te klappen.
Pagina 121
Menustructuur Deze tabel toont de algehele menustructuur. OPMERKING: Met de functie Status benodigdheden kunt u voor elke lade het papierformaat en de papiersoort configureren. U kunt de laden niet configureren in het menu Beheer. Tabel 7-1 Menustructuur Menu Submenu Details Informatie Menu Informatie op pagina 108.
Pagina 122
Pagina Status benodigdheden Afdrukken Hier wordt de status van benodigdheden weergegeven, OPMERKING: De naam van bijvoorbeeld cartridges en het HP-onderdeel wordt alleen nietjes. voorafgegaan door het HP-logo als het een origineel HP- onderdeel is. 108 Hoofdstuk 7 Menu Beheer NLWW...
Pagina 123
Tabel 7-2 Menu Informatie (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Faxrapporten Faxactiviteitenlog Afdrukken Bevat een lijst van de faxen die zijn verzonden of ontvangen door OPMERKING: dit apparaat. uitzondering van Snelkieslijst Rapport Faxoproepen Miniatuur op rapport Een gedetailleerd rapport van de verschijnen deze opties alleen laatste verzonden of ontvangen als er een analoog faxaccessoire...
Pagina 124
Tabel 7-2 Menu Informatie (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Voorbeeldpagina's/-lettertypen Demopagina Afdrukken Een demonstratiepagina voor een voorbeeld van de afdrukkwaliteit. RGB-voorbeelden Afdrukken Een kleurenpalet waarop de rood-, groen- en blauwwaarden (RGB) voor dit apparaat zijn weergegeven. Met dit palet kunt u de kleuren op de afdruk afstemmen op een exacte kleur.
Pagina 125
Menu Standaard taakopties U kunt dit menu gebruiken om standaard taakopties voor iedere functie te definiëren. Als de gebruiker geen taakopties opgeeft bij het samenstellen van een taak worden de standaardopties gebruikt. Om standaardopties voor digitale verzending (naar e-mail of een netwerkmap) te configureren, gaat u naar de geïntegreerde webserver door het netwerkadres van het apparaat in te voeren in een webbrowser.
Pagina 126
Linksboven van reeksen kopieën. Sorteren Linksboven schuin Sommige nietopties zijn bedoeld voor documenten OPMERKING: Als de HP Multifunctionele Twee links met staande en liggende afwerkeenheid niet is aangesloten, wordt afdrukstand, sommige Drie links alleen de optie Sorteren weergegeven.
Pagina 127
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Papierselectie Automatisch* Hier selecteert u de lade die het formaat en de soort Kies een lade in de lijst. papier bevat die u wilt gebruiken voor de kopieën. Als u Automatisch selecteert, gebruikt het apparaat een lade met...
Pagina 128
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Pagina's per vel Eén (1)* Meerdere pagina's op één vel papier kopiëren. Twee (2) Vier (4) Acht (8) Paginavolgorde Naar rechts, vervolgens naar beneden* Naar beneden, vervolgens naar rechts Paginaranden toevoegen Uit* Formaat origineel Automatisch...
Pagina 129
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Twee kleuren (1 kleur + één kleur of tinten van één zwart) kleur en zwart. U kunt bijvoorbeeld alle kleuren converteren naar verschillende tinten blauw. Kleur Kies een kleur in de lijst. Met deze functie kunt u alle kleuren in een document converteren naar dezelfde...
Pagina 130
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Datum/tijd markeren Datumnotatie (Geen datum)* Met deze functie kunt u de datum en de tijd op kopieën Selecteer een datumnotatie afdrukken. U kunt de in de lijst. nummeringstijl en de positie van de gegevens zelf Tijdsindeling (Geen...
Pagina 131
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Paginanummer markeren Opmaak P1, P2, P3, … Met deze functie drukt u paginanummers af op 1,2,3, … kopieën. U kunt de stijl en de positie van de nummering 1-1, 1-2, 1-3, … zelf bepalen.
Pagina 132
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Tekst voor stempels Tekst Kies uit een lijst met Met deze functie kunt u een standaardtekst. standaardtekst of een vooraf door uzelf opgegeven Alleen eerste pagina Uit* tekstbericht afdrukken op kopieën.
Pagina 133
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Setnummer markeren Opmaak 0001, 0002, 0003, … Met deze functie drukt u het setnummer af op kopieën. 1,2,3, … Als u bijvoorbeeld vijf kopieën van een document 0001/1000, 0002/1000, … maakt, dan is elke pagina van de eerste set kopieën 1/1000, 2/1000, 3/1000, …...
Pagina 134
Tabel 7-3 Menu Standaard kopieeropties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving randen van het document en centreert de afbeelding op de kopie. Automatisch bijsnijden Automatisch bijsnijden uit Met deze functie verwijdert u donkere randen van de Automatisch bijsnijden aan* achtergrond wanneer u kopieert met de klep open.
Pagina 135
Standaard faxopties Gebruik de volgende menu's om de standaardopties voor het verzenden en ontvangen van faxen te configureren. Tabel 7-4 Menu Faxverzending Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Resolutie Standaard (100x200 dpi)* Met deze functie kunt u de resolutie voor verzonden Fijn (200x200 dpi) documenten instellen.
Pagina 136
Tabel 7-4 Menu Faxverzending (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Afdrukstand inhoud Afdrukstand Staand* Hier kunt u opgeven hoe de inhoud van het Liggend originele document op de pagina wordt geplaatst. Dubbelzijdig formaat Boekstijl* Als u dubbelzijdige kopieën maakt, selecteert Omslagstijl u hier de afdrukstand van de achterzijde (tweede...
Pagina 137
Tabel 7-5 Menu Faxontvangst (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Aanpassen aan pagina Ingeschakeld* U kunt deze functie gebruiken om faxen die groter zijn dan Letter- of Uitgeschakeld A4-formaat te verkleinen zodat ze passen op een pagina van Letter- of A4-formaat. Als deze functie is ingesteld op Uitgeschakeld, worden faxen die groter zijn dan Letter of A4 op...
Pagina 138
Tabel 7-6 Menu Standaardafdrukopties (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving standaard enkelzijdig of dubbelzijdig moeten zijn. 124 Hoofdstuk 7 Menu Beheer NLWW...
Pagina 139
Menu Tijd/schema's Met dit menu kunt u opties instellen voor de tijd, een sluimerschema en een schema voor het afdrukken van faxen. OPMERKING: Waarden met een sterretje (*) zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde. Tabel 7-7 Menu Tijd/schema's Menu-item Submenu-item Submenu-item...
Pagina 140
Tabel 7-7 Menu Tijd/schema's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Sluimerschema Maandag Wekken op <Dag> op dit Uitschakelen* Met deze functie stelt u tijdstip voor elke dag van de Dinsdag Inschakelen week een wektijd en een Sluimeren op <Dag> op sluimertijd in.
Pagina 141
Menu Beheer Met dit menu stelt u de algemene opties voor apparaatbeheer in. OPMERKING: Dit menu is ook beschikbaar via de geïntegreerde webserver. Selecteer in de geïntegreerde webserver het tabblad Instellingen en selecteer vervolgens Apparaat configureren in het menu aan de linkerzijde van het scherm. Zie De geïntegreerde webserver gebruiken op pagina OPMERKING:...
Pagina 142
HP- gebruiken van cartridges die niet onderdeel is. zijn gemaakt door HP of het wijzigen van de drempelwaarde waarbij benodigdheden moeten worden besteld. Beheer opgeslagen taken Opslaglimiet snelkopieertaken Selecteer het maximumaantal...
Pagina 143
Menu Begininstellingen Het menu Begininstellingen heeft drie submenu's: ● Menu Netwerk en I/O ● Menu Faxinstellingen ● Menu E-mail instellen OPMERKING: Dit menu is ook beschikbaar via de geïntegreerde webserver. Selecteer in de geïntegreerde webserver het tabblad Instellingen en selecteer vervolgens Apparaat configureren in het menu aan de linkerzijde van het scherm.
Pagina 144
Een alfanumerieke tekenreeks van maximaal 32 tekens die wordt gebruikt voor de identificatie van het apparaat. De naam staat op de configuratiepagina van HP Jetdirect. De standaardhostnaam is NPIxxxxxx, waarbij xxxxxx de laatste zes cijfers zijn van het LAN- hardwareadres (MAC).
Pagina 145
Tabel 7-10 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO <X> Jetdirect (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving Syslog-server: Het IP-adres van de syslog-server. Dit wordt gebruikt voor de ontvangst en de opslag van syslog-berichten. Standaardgateway: Het IP-adres van de gateway of router voor communicatie met andere netwerken.
Pagina 146
Uit: Schakel het DLC/LLC-protocol uit. Aan*: Schakel het DLC/LLC-protocol in. Beveiliging Bev. pagina afdrukken Ja: Drukt een pagina af met de huidige beveiligingsinstellingen van de HP Jetdirect- printserver. Nee*: Er wordt geen pagina met beveiliginginstellingen afgedrukt. Beveiligd web Geef voor het configuratiebeheer op of de geïntegreerde webserver voor communicatie alleen...
Pagina 147
Tabel 7-10 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO <X> Jetdirect (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving HTTPS vereist: Voor veilige, gecodeerde communicatie wordt alleen HTTPS-toegang geaccepteerd. De printserver wordt weergegeven als een beveiligde site. HTTP/HTTPS optioneel: Toegang via HTTP of HTTPS is toegestaan.
Pagina 148
Gegevenspadtest Deze test helpt bij het identificeren van problemen met gegevenspaden en beschadigde bestanden op apparaten met HP postscript niveau 3-emulatie. Het verzendt een voorgedefinieerd PS-bestand naar het apparaat. De test is echter papierloos, het bestand kan niet worden afgedrukt.
Pagina 149
Tabel 7-10 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO <X> Jetdirect (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving Ping-resultaten Met dit item kunt u de ping-teststatus en de resultaten bekijken op het bedieningspaneel. Verzonden pakketten Geeft het aantal pakketten (0 - 65535) weer dat naar de externe host is verzonden sinds de meest recente test is gestart of voltooid.
Pagina 150
Tabel 7-10 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO <X> Jetdirect (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving 100TX Auto: Beperkt de automatische onderhandeling tot een maximale linksnelheid van 100 Mbps. 1000TX Volledig: 1000 Mbps, volledige duplex- werking. Protocols afdrukken Met dit item drukt u een pagina af met de configuratie van de volgende protocollen: IPX/SPX, Novell NetWare, AppleTalk, DLC/LLC.
Pagina 151
Tabel 7-11 Menu Fax instellen (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving het foute gedeelte opnieuw. JBIG-compressie Ingeschakeld JBIG-compressie verkort de faxtransmissietijd en Uitgeschakeld* kan daardoor de telefoonkosten verlagen. Het gebruik van JBIG- compressie kan soms echter compatibiliteitsproblemen veroorzaken met oudere faxapparaten.
Pagina 152
Tabel 7-11 Menu Fax instellen (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Factuurcodes Instellingen Factuurcodes uit* Als factureringscodes zijn ingeschakeld wordt de Factuurcodes aan gebruiker gevraagd de factuurcode voor een Minimumlengte Het bereik ligt tussen 1 en uitgaande fax in te voeren. 16 tekens.
Pagina 153
OPMERKING: Gebruik de geïntegreerde webserver om geavanceerde e-mailinstellingen te configureren. Zie De geïntegreerde webserver gebruiken op pagina 87 voor meer informatie. Tabel 7-12 Menu E-mail instellen Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Wizard E-mail instellen Met deze wizard stelt u de basisopties in voor de e-mailfunctie.
Pagina 154
Menu Werking apparaat OPMERKING: Dit menu is ook beschikbaar via de geïntegreerde webserver. Selecteer in de geïntegreerde webserver het tabblad Instellingen en selecteer vervolgens Apparaat configureren in het menu aan de linkerzijde van het scherm. Zie De geïntegreerde webserver gebruiken op pagina OPMERKING: Waarden met een sterretje (*) zijn de fabrieksinstellingen.
Pagina 155
Tabel 7-13 Menu Werking apparaat (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving apparaat ongeveer een uur niet wordt gebruikt voor het geval een grondige kalibratie noodzakelijk is. Tijdens perioden van intensief gebruik wordt er mogelijk vaker gekalibreerd om ervoor te zorgen dat de beeld- en afdrukkwaliteit optimaal blijven.
Pagina 156
Media toewijzen voor PS Ingeschakeld* U kunt deze functie gebruiken om te kiezen Uitgeschakeld tussen de papierverwerkingsmodell en PS (PostScript) en HP. Andere lade gebruiken Ingeschakeld* U kunt deze functie gebruiken om de prompt Uitgeschakeld op het bedieningspaneel voor het kiezen van een...
Pagina 157
Tabel 7-13 Menu Werking apparaat (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Niet weergeven of het ladeconfiguratiebericht verschijnt als er een lade wordt geopend of gesloten. Dubbelzijdige lege Auto* U kunt deze functie pagina's gebruiken om in te stellen hoe het apparaat dubbelzijdige taken verwerkt.
Pagina 158
Tabel 7-13 Menu Werking apparaat (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Handmatige invoer Ingeschakeld Als deze functie is ingeschakeld, kan de Uitgeschakeld* gebruiker via het bedieningspaneel de handmatige invoer selecteren als de papierbron voor de taak. Rand-tot-rand negeren Ingeschakeld Met deze functie kan het apparaat tekst of Uitgeschakeld* afbeeldingen zo dicht...
Pagina 159
Tabel 7-13 Menu Werking apparaat (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Formulierlengte Voer een waarde tussen 5 PCL is een reeks en 128 regels in. De printeropdrachten die fabrieksinstelling is 60 Hewlett-Packard heeft regels. ontwikkeld om toegang tot de functies van de printer te verschaffen.
Pagina 160
Tabel 7-13 Menu Werking apparaat (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving CR aan LF toevoegen Nee* U kunt deze functie gebruiken om te configureren of er een hard regeleinde (CR) moet worden toegevoegd aan ieder zacht regeleinde (LF) in achterwaarts compatibele PCL-taken (alleen tekst, geen taakbesturing).
Pagina 161
U kunt deze functie gebruiken om decibel. verliesniveaus in te stellen ter compensatie van signaalverlies van de telefoonlijn. Wijzig deze instelling niet zonder dat een HP- servicevertegenwoordiger u daarom heeft gevraagd, want de fax werkt dan mogelijk niet meer. Fax V.34...
Pagina 162
Menu Herstellen Tabel 7-15 Menu Herstellen Menu-item Waarden Omschrijving Lokale adresboeken wissen Hiermee kunt u alle adressen wissen uit de adresboeken die op het apparaat zijn opgeslagen. OPMERKING: Hiermee worden de adressen die zijn opgeslagen in mappen op het netwerk niet gewist. Faxactiviteitenlog wissen Hiermee kunt u alle gebeurtenissen uit het faxactiviteitenlog wissen.
Pagina 163
Papier en laden In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Ondersteund papier ● Laden vullen ● Speciale papiersoorten plaatsen NLWW...
Pagina 164
Een aantal van deze papiersoorten is speciaal samengesteld om voor dit apparaat te worden gebruikt. ● Papier van HP dat niet speciaal is geoptimaliseerd voor dit apparaat. Deze papiersoorten zijn geschikt voor het apparaat, maar de resultaten zijn mogelijk van mindere kwaliteit dan wanneer een geteste en gekwalificeerde papiersoort wordt gebruikt.
Pagina 165
Gebruik geen karton dat gevouwen, gekarteld of anderszins beschadigd is. HP Edgeline, Glanzend Plaats glanzend HP Edgeline-papier alleen in lade 1. Waaier de stapel papier uit voordat u de vellen in de lade plaatst. Hierdoor voorkomt u dat de vellen papier aan elkaar plakken.
Pagina 166
Tabel 8-3 Aanbevolen papiersoorten voor documenttypen Documenttype Aanbevolen papier Soort afwerking Kopiëren en afdrukken voor HP Office algemeen kantoorgebruik HP Office LG (lange vezel) Kleurendocument HP Helderwit Foto's, afbeeldingen, Glanzend HP Edgeline, Glanzend, 180 g/m bedrijfsplannen, brochures, verkoopflyers, catalogi, voorbladen, briefkaarten, borden,...
Pagina 167
Gebruik deze instelling alleen voor HP Premium Presentatiepapier, Mat, 120 g/m HP Brochure, mat 180 g Gebruik deze instelling alleen voor HP Brochure- en Flyerpapier, Mat, 180 HP Omslagpapier, mat 200 g Gebruik deze instelling alleen voor papier van HP. HP Edgeline, Glanzend 180g...
Pagina 168
Tabel 8-5 Ondersteunde papierformaten voor iedere lade Formaat Afmetingen Lade 1 Laden 2, 3 en 4 Lade 5 Letter 216 x 280 mm 8,5 x 11 inch Legal 216 x 356 mm 8,5 x 14 inch Executive 184 x 267 mm 7,25 x 10,5 inch Statement 140 x 216 mm...
Pagina 169
60 tot 220 g/m (16 tot 58 lb bond) afwerkeenheid Uitvoerbakken 3 en 4: 200 vellen Uitvoerbak 5: 2500 vellen HP Taakscheidingseenheid met Uitvoerbakken 1 en 2: 400 vellen 60 tot 220 g/m (16 tot 58 lb bond) 4 bakken...
Pagina 170
Ondersteunde papierformaten voor elke bak Lengte Breedte Uitvoerbakken 1, 2, 3 en 4 457 tot 152 mm 320 tot 102 mm Uitvoerbak 5 432 tot 230 mm 297 tot 182 mm (alleen HP Multifunctionele afwerkeenheid) 156 Hoofdstuk 8 Papier en laden NLWW...
Pagina 171
Lade 1 vullen (lade voor handmatige invoer) Plaats in deze lade standaard of aangepaste papierformaten. Er passen 80 vellen papier van 75 g/m in. Gebruik deze lade ook voor zwaarder papier, zoals karton, glanzend HP Edgeline-papier of brochurepapier. Schuif de ladesteun omhoog, trek deze naar buiten en trek het verlengstuk uit.
Pagina 172
Plaats labels met de voorzijde naar beneden. ● Wanneer u glanzend HP Edgeline-papier plaatst, waaiert u de papierstapel uit voordat u deze in de lade plaatst. Hierdoor voorkomt u dat de vellen papier aan elkaar plakken. Schuif de geleider tegen het papier.
Pagina 173
Raak Aangepast aan als u een aangepast papierformaat plaatst. Geef de afmetingen van het papier op en raak aan om terug te keren naar het scherm Lade wijzigen. Raak aan om de instellingen op te slaan. Laden 2, 3 en 4 vullen In de laden 2, 3 en 4 kunnen de meeste standaard papierformaten en -soorten worden geplaatst.
Pagina 174
Schuif beide geleiders naar de positie die is aangegeven voor het papierformaat tot u ze hoort klikken. Schuif de lade terug in het apparaat. Configureer de lade voor de papiersoort volgens de aanwijzingen in het pop-upbericht dat op het aanraakscherm verschijnt zodra u de lade sluit. Of volg deze stappen: Raak Status benodigdheden aan op het beginscherm.
Pagina 175
Configureer de lade voor de papiersoort volgens de aanwijzingen in het pop-upbericht dat op het aanraakscherm verschijnt zodra u de lade sluit. Of volg deze stappen: Raak Status benodigdheden aan op het beginscherm. Raak het tabblad Laden aan. Als de papiersoort die voor de lade is ingesteld niet juist is, raak dan de naam van de lade aan en raak Wijzigen aan.
Pagina 176
Speciale papiersoorten plaatsen In de volgende tabel vindt u richtlijnen voor het plaatsen van speciale papiersoorten. Gebruik de juiste instelling voor de papiersoort in de printerdriver voor een optimale afdrukkwaliteit. OPMERKING: Stel in de Windows-printerdriver de papiersoort in op het tabblad Papier in de vervolgkeuzelijst Papiersoort is.
Pagina 177
Kopiëren Het apparaat heeft verscheidene opties beschikbaar voor het aanpassen van gekopieerde uitvoer. U kunt originele documenten scannen via de documentinvoer of de glasplaat. In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Kopiëren vanuit de documentinvoer ● Kopiëren vanaf de glasplaat ●...
Pagina 178
Kopiëren vanuit de documentinvoer De documentinvoer kan maximaal 100 vellen papier bevatten. Plaats het originele document in de documentinvoer met de bedrukte zijde omhoog en met de bovenrand van het document naar de achterkant van de documentinvoer of als eerste in de invoersleuf.
Pagina 179
Raak Formaat origineel aan. Selecteer Gemengde formaten (van dezelfde breedte) en raak vervolgens aan. Raak Kopiëren starten aan. NLWW Kopiëren vanuit de documentinvoer 165...
Pagina 180
Kopiëren vanaf de glasplaat Plaats het originele document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Leg de hoek van het origineel in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Om de standaardkopieeropties te gebruiken, selecteert u met het numerieke toetsenblok op het bedieningspaneel het aantal kopieën en drukt u op Start.
Pagina 181
Uitvoerbak Met deze functie selecteert u een uitvoerbak voor de kopieën. Als de optionele multifunctionele afwerkeenheid van HP is geïnstalleerd, worden kopieën met nietjes altijd uitgevoerd naar uitvoerbak 5. Als er geen afwerkeenheid is geïnstalleerd, wordt de optie Uitvoerbak niet weergegeven.
Pagina 182
Tabel 9-1 Opties voor kopieertaken (vervolg) Optienaam Omschrijving Watermerk Met deze functie drukt u halftransparante tekst diagonaal over het midden van elke pagina af. U kunt de kleur, tekst, het lettertype en het niveau van transparantie opgeven. Kleur aanpassen Met deze functie kunt u de instellingen voor verzadiging en temperatuur aanpassen om het totaalbeeld van kleurenkopieën te veranderen.
Pagina 183
Tabel 9-1 Opties voor kopieertaken (vervolg) Optienaam Omschrijving Gutter wissen Met deze functie verwijdert u de schaduwen die in het midden van de kopieën verschijnen wanneer u een opengeslagen boek kopieert of wanneer u twee pagina's naast elkaar kopieert. Negatieve afbeelding Met deze functie kunt u alle kleuren in een document omkeren.
Pagina 184
De functie Taak creëren gebruiken Met de optie Taak creëren verdeelt u een complexe taak in kleinere segmenten. Dit is handig voor het scannen van een origineel document dat bestaat uit meer pagina's dan er in de documentinvoer passen of voor het combineren van pagina's van verschillende formaten in één taak. U kunt de originele documenten scannen via de glasplaat of de documentinvoer.
Pagina 185
10 Fax Als er een optioneel analoog faxaccessoire in het apparaat is geïnstalleerd en het apparaat is aangesloten op een analoge telefoonlijn, kunt u met het apparaat faxen verzenden en ontvangen. Als er geen analoog faxaccessoire is geïnstalleerd, kan het apparaat faxen verzenden via een netwerkfaxservice of een Internet-faxservice.
Pagina 186
De faxopties voor iedere taak configureren Het apparaat biedt meerdere functies zodat u elke fax kunt optimaliseren. Deze functies zijn beschikbaar in het scherm Fax. Het scherm bestaat uit twee pagina's. Raak op de eerste pagina aan Meer opties om naar de volgende pagina te gaan.
Pagina 187
Faxen verzenden Leg het origineel met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat of met de bedrukte zijde omhoog in de documentinvoer. Raak aan in het beginscherm om de faxfunctie te openen. U kunt een fax naar een of meerdere ontvangers verzenden. Gebruik (een van) de onderstaande methoden om de faxnummers in te voeren: Het faxnummer handmatig invoeren In het scherm Fax raakt u het vakje onder...
Pagina 188
Faxen annuleren U kunt uitgaande faxen annuleren die momenteel worden gescand of die in de wachtrij staan. U kunt ook inkomende faxen annuleren. Een fax annuleren tijdens het scannen Druk op Stoppen. Het scherm Taakstatus wordt geopend en er wordt een bericht weergegeven waarin wordt bevestigd dat de taak is geannuleerd.
Pagina 189
Faxen ontvangen Het apparaat kan binnenkomende faxen ontvangen als een analoog faxaccessoire is geïnstalleerd. Als dit accessoire niet is geïnstalleerd, kunt u een LAN-faxservice of een Internet-faxservice gebruiken om faxen te verzenden, maar het apparaat kan geen faxen ontvangen. Het apparaat plaatst binnenkomende faxen in de actieve wachtrij. Als er geen andere taken in de wachtrij staan, drukt het apparaat de fax onmiddellijk af.
Pagina 190
Faxrapporten gebruiken In het menu Informatie zijn verscheidene faxrapporten beschikbaar. Aan de hand van deze rapporten kunt u de faxfunctie beheren. Ga in het beginscherm naar Beheer en raak deze optie aan. Raak Informatie en vervolgens Faxrapporten aan. Selecteer een rapport en raak Afdrukken aan om het rapport af te drukken.
Pagina 191
De faxdriver is nog niet beschikbaar voor Windows Vista maar wordt dat wel in de toekomst. Zie de volgende websites voor meer informatie: www.hp.com/go/CM8060edgeline_sw www.hp.com/go/ CM8050edgeline_sw.
Pagina 192
De faxkwaliteit instellen De instelling voor de faxkwaliteit bepaalt de resolutie die het apparaat gebruikt om de fax te verzenden. Klik op Standaardwaarden aanpassen op het tabblad Instellingen. Selecteer onder Faxkwaliteit in het dialoogvenster Standaardinstellingen de standaardkwaliteit voor het verzenden van faxen. ●...
Pagina 193
Gegevens voorblad instellen Het uiterlijk van het faxvoorblad normaliseren met een standaardvoorblad. Er zijn velden voor opmerkingen, een onderwerpregel en een bedrijfslogo of andere afbeelding. Op het tabblad Faxtaak kunt u de instellingen voor het voorblad aanpassen voor afzonderlijke faxtaken. Klik op Standaardwaarden aanpassen op het tabblad Instellingen.
Pagina 194
OPMERKING: Op het tabblad Geavanceerd in het dialoogvenster Eigenschappen Faxdocument verzenden staan gegevens die van invloed zijn op de faxdriver. Wijzig deze instellingen niet voor een normale werking van de faxdriver. Dit tabblad is een standaard Windows- tabblad en kan niet uit deze driver worden verwijderd. Klik op Service om de status van het apparaat en de benodigdheden te controleren of om de geïntegreerde webserver te starten.
Pagina 195
Windows PC-faxverzending gebruiken Indien de systeembeheerder de Windows PC-faxverzendingssoftware heeft geïnstalleerd, kunt u deze gebruiken om faxberichten vanaf een computer te verzenden. Een fax naar één ontvanger verzenden Open het document dat u wilt faxen in het softwareprogramma waarin het is gemaakt. Klik op Bestand en vervolgens op Afdrukken.
Pagina 196
Klik op de pijltoetsen om door het document te navigeren. Klik op Fax verzenden als u de fax wilt verzenden of op Fax annuleren als u de faxinstellingen wilt bewerken. Een fax verzenden naar meerdere ontvangers Open het document dat u wilt faxen in het softwareprogramma waarin het is gemaakt. Klik op Bestand en vervolgens op Afdrukken.
Pagina 197
Klik op de pijltoetsen om door het document te navigeren. Klik op Fax verzenden als u de fax wilt verzenden of op Fax annuleren als u de faxinstellingen wilt bewerken. Speciale tekens invoegen in het faxnummer In het veld Faxnummer kunt u naast de getallen 0 t/m 9 ook speciale tekens invoeren. Tabel 10-3 Speciale tekens voor faxnummers Speciaal teken...
Pagina 198
Fax verzenden worden weergegeven. U kunt namen toevoegen en verwijderen. Het telefoonboek voor faxverzending wordt als XML-bestand opgeslagen in de map Mijn documenten. HP raadt u af dit bestand te bewerken of te kopiëren. Namen toevoegen aan het telefoonboek Ga als volgt te werk om namen aan het telefoonboek toe te voegen: Klik op het boekpictogram onder Faxen verzenden aan in het dialoogvenster Fax verzenden.
Pagina 199
Namen in het telefoonboek bewerken Ga als volgt te werk om namen in het telefoonboek te bewerken: Klik op het boekpictogram onder Faxen verzenden aan in het dialoogvenster Fax verzenden. Selecteer in het dialoogvenster Telefoonboek de naam die u wilt bewerken en klik vervolgens op Bewerken.
Pagina 201
11 Digitale verzending In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Over digitale verzending ● Digitale verzending vergeleken met andere HP-apparaten ● Verzenden naar e-mail ● Verzenden naar een netwerkmap NLWW...
Pagina 202
Over digitale verzending Dit apparaat heeft ingebouwde functies voor digitaal verzenden. Digitale verzending is een enkel proces waarmee u een document in gedrukte vorm scant op het apparaat en rechtstreeks verzendt naar verscheidene soorten bestemmingen: ● E-mail: Het document als bijlage via Internet verzenden naar een of meer e-mailadressen. Ontvangers kunnen de aldus ontvangen documenten afdrukken, opslaan en doorsturen.
Pagina 203
Digitale verzending vergeleken met andere HP-apparaten Als u al eerder HP LaserJet MFP-apparaten hebt gebruikt, bent u misschien al bekend met digitaal verzenden. De functies voor digitale verzending van dit apparaat verschillen echter dan die van vorige HP MFP-apparaten. Bij dit apparaat moet u de functies voor digitale verzending configureren via de geïntegreerde webserver.
Pagina 204
OCR-type (optical character recognition) Documenten vastleggen (voor gebruik met workflow-software van derden) Beheer van digitaal Vlootbeheer (beheer van HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin- of HP Web Jetadmin- of verzenden een groep apparaten) DSS-software DSS-software Hulpprogramma DSS- N.v.t. configuratie Geïntegreerde webserver (voor beheer van één...
Pagina 205
Verzenden naar e-mail Als het apparaat is verbonden met een netwerkserver met een geldig SMTP-adres en toegang heeft tot Internet, kunt u met de ingebouwde functies voor digitaal verzenden een document scannen en verzenden als e-mailbijlage. Een gescand bestand als e-mailbijlage verzenden Leg het origineel met de afdrukzijde omlaag op de glasplaat of met de afdrukzijde omhoog in de documentinvoer.
Pagina 206
Het e-mailadresboek gebruiken In het adresboek kunt u informatie over e-mailontvangers opslaan. Raak de knop Adresboek ( ) aan op het hoofdscherm E-mail om het adresboek te openen. De knop is beschikbaar voor de velden Van:, Aan:, en Bcc:. Als u meer informatie over een adres wilt hebben, selecteert u het adres in de lijst aan de linkerzijde van het scherm en raakt u Details aan.
Pagina 207
De e-mailopties voor iedere taak configureren Het apparaat biedt meerdere functies voor het optimaliseren van e-mailbijlagen. Deze functies zijn beschikbaar op het scherm E-mail. Het scherm E-mail bestaat uit twee pagina's. Raak op de eerste pagina Meer opties aan om naar de volgende pagina te gaan.
Pagina 208
Verzenden naar een netwerkmap Als het apparaat is verbonden met een netwerk, kunt u met de ingebouwde functies voor digitaal verzenden een document scannen en opslaan als een bestand in een map op het netwerk. Een gescand bestand naar een netwerkmap verzenden. OPMERKING: Afhankelijk van hoe de systeembeheerder het apparaat heeft geconfigureerd, moet u zich mogelijk aanmelden op het apparaat om gebruik van deze functie te kunnen maken.
Pagina 209
Tabel 11-3 Taakopties voor netwerkmappen (vervolg) Optienaam Omschrijving Zijden origineel Met deze functie kunt u de opmaak voor iedere zijde van het originele document opgeven. Uitvoerkwaliteit Met deze functie kunt u de kwaliteit van het bestand selecteren. Afbeeldingen van hogere kwaliteit vormen grotere bestanden en vergen meer tijd om verzonden te worden dan afbeeldingen van lagere kwaliteit.
Pagina 210
196 Hoofdstuk 11 Digitale verzending NLWW...
Pagina 211
12 Taken opslaan U kunt kopieer- of afdruktaken opslaan op het apparaat, zodat ze te allen tijde kunnen worden afgedrukt. U kunt opgeslagen taken delen met andere gebruikers of u kunt deze privé maken. In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ●...
Pagina 212
Taken opslaan in het apparaat Plaats het originele document met de bedrukte kant naar onderen op de glasplaat of met de bedrukte kant naar boven in de documentinvoer. Raak in het beginscherm Taakopslag aan om de functie Taakopslag te openen. Selecteer het tabblad Maken.
Pagina 213
Taken opslaan vanaf een computer Naast het scannen en opslaan van een document via het bedieningspaneel kunt u ook een taak vanaf de computer versturen en opslaan in het apparaat. U gebruikt hiervoor de printerdriver. Wanneer u een taak opslaat vanaf een computer, kunt u kiezen uit verschillende typen taken om op te slaan. Tabel 12-1 Typen taken die kunnen worden opgeslagen Taakopslagoptie...
Pagina 214
Uitvoerbak Met deze functie selecteert u een uitvoerbak voor de kopieën. Als de optionele multifunctionele afwerkeenheid van HP is geïnstalleerd, worden kopieën met nietjes altijd uitgevoerd naar uitvoerbak 5. Pagina's per vel Gebruik deze functie om meerdere pagina's op één vel papier te kopiëren.
Pagina 215
Tabel 12-2 Opties voor opgeslagen taken (vervolg) Optienaam Omschrijving Rand-tot-rand Als het origineel tot dicht bij de randen is bedrukt, gebruikt u deze functie om ervoor te zorgen dat de gehele inhoud wordt gekopieerd. Er kunnen echter schaduwen langs de randen verschijnen.
Pagina 216
Opgeslagen taken ophalen U kunt met het apparaat taken ophalen en afdrukken die in het apparaat zijn opgeslagen, onafhankelijk of de taken met het apparaat zijn gescand of zijn verzonden vanaf een computer. OPMERKING: Afhankelijk van hoe de systeembeheerder het apparaat heeft geconfigureerd, dient u zich mogelijk aan te melden.
Pagina 217
Opgeslagen taken beheren U kunt de standaardopties voor taakopslag instellen via het menu Beheer op het bedieningspaneel. Opgeslagen taken kunt u verwijderen met de functie Taakopslag. Opgeslagen taken verwijderen Als u opgeslagen taken wilt verwijderen, opent u de functie Taakopslag op het bedieningspaneel van het apparaat.
Pagina 219
13 Afdrukken In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Functies van de Windows-printerdriver ● Functies van de Macintosh-printerdriver NLWW...
Pagina 220
Functies van de Windows-printerdriver OPMERKING: Instellingen van printerdrivers en softwareprogramma's hebben doorgaans voorrang op de instellingen op het bedieningspaneel. Instellingen van softwareprogramma's hebben doorgaans voorrang op die van printerdrivers. Een lade selecteren Selecteer als volgt in de printerdriver een lade voor de afdruktaak: Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken.
Pagina 221
Taken opslaan Gebruik het tabblad Taakopslag van de printerdriver om afdruktaken in het apparaat op te slaan. U kunt de taak vervolgens op elk moment afdrukken vanaf het bedieningspaneel van het apparaat. Als u bijvoorbeeld een personeelsformulier, agenda, urenregistratie of rekenformulier downloadt, kunnen andere gebruikers deze documenten afdrukken wanneer dat nodig is.
Pagina 222
Afdruksnelkoppelingen gebruiken Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren. Klik op het tabblad Snel afdrukopties instellen. Selecteer de afdruksnelkoppeling die u wilt gebruiken in de lijst met afdruksnelkoppelingen. Klik op OK.
Pagina 223
Als u het document wilt afdrukken zonder het passend te maken op de pagina, controleert u of de optie Passend maken niet is ingeschakeld. Klik op OK. Een aangepast papierformaat instellen Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren.
Pagina 224
Klik op Instellingen. Selecteer de instellingen die u wilt gebruiken voor het toevoegen van lege of voorbedrukte vellen. Klik op OK om terug te gaan naar het tabblad Papier/Kwaliteit. Klik op OK. Lay-out van hoofdstukpagina's Volg de instructies om de lay-out van hoofdstukken in de afdruktaak in te stellen. Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken.
Pagina 225
1. Lange zijde, liggend De afbeeldingen worden om en om ondersteboven afgedrukt. Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven naar onder. 2. Korte zijde, liggend Elke afgedrukte afbeelding wordt staand afgedrukt. Gespiegelde pagina's worden gelezen van boven naar onder. 3. Lange zijde, staand Dit is de standaardinstelling en de meest algemeen gebruikte indeling.
Pagina 226
De nietopties instellen De driver configureren om de afwerkeenheid te herkennen Als er een multifunctionele afwerkeenheid van HP is geïnstalleerd, maar de nietopties niet worden weergegeven in de printerdriver, dient u de driver te configureren zodat de afwerkeenheid wordt herkend.
Pagina 227
Selecteer in het gebied Kleuropties de optie die u wilt gebruiken. Klik op Meer kleuropties... als u het dialoogvenster Geavanceerde kleurinstellingen wilt openen. Pas de individuele instellingen voor cyaan, magenta, geel en zwart aan. Klik op OK. Selecteer in het gedeelte Kleurthema's de optie voor RGB-kleuren die u wilt gebruiken. Klik op OK.
Pagina 228
Functies van de Macintosh-printerdriver OPMERKING: Instellingen van printerdrivers en softwareprogramma's hebben doorgaans voorrang op de instellingen op het bedieningspaneel. Instellingen van softwareprogramma's hebben doorgaans voorrang op die van printerdrivers. Een lade selecteren U kunt alle pagina's op dezelfde soort papier afdrukken of de eerste pagina op één papiersoort afdrukken en de resterende pagina's op een andere papiersoort.
Pagina 229
Taken opslaan U kunt taken opslaan op het apparaat zodat u deze op elk gewenst moment kunt afdrukken. U kunt opgeslagen taken delen met andere gebruikers of u kunt deze privé maken. Klik in het menu Archief op Druk af. Open het menu Taakopslag.
Pagina 230
OPMERKING: Transparante watermerken zijn niet beschikbaar voor alle toepassingen. Formaat van documenten wijzigen U kunt een document schalen zodat het op een ander papierformaat past. Klik in het menu Archief op Druk af. Open het menu Papierafhandeling. Selecteer in het veld voor Doelpapierformaat de optie Pas aan papierformaat aan en selecteer vervolgens het formaat in de vervolgkeuzelijst.
Pagina 231
OPMERKING: Bij OS X v10.5 verschijnt er mogelijk een standaardbindwaarde als u eerst Dubbelzijdig hebt aangevinkt. Meerdere pagina's op een vel papier afdrukken U kunt meer dan één pagina op één vel papier afdrukken. Dankzij deze functie is het mogelijk voorbeeldpagina's goedkoop af te drukken.
Pagina 232
Selecteer Verkleinen tot passend om de afbeelding te verkleinen zodat deze binnen de bredere marges past. De nietopties instellen Als er een multifunctionele afwerkeenheid van HP is geïnstalleerd, kunt u documenten nieten. Klik in het menu Archief op Druk af. Open het menu Afwerking en selecteer Uitvoerbak 5 als Uitvoerbestemming.
Pagina 233
14 Kleur In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de best mogelijke kleurafdrukken kunt maken: ● Kleur gebruiken ● Kleurbeheer in de printerdriver ● Kleuren afstemmen NLWW...
Pagina 234
Ook in grafische omgevingen (drukkerijen en uitgeverijen) worden CMYK-gegevensbestanden gebruikt om te komen tot diepe, verzadigde kleuren voor tekst en illustraties. Als u een Macintosh-computer of de printerdriver met HP PostScript niveau 3-emulatie voor Windows gebruikt, zijn deze opties beschikbaar. Emulatie CMYK-inktset...
Pagina 235
● Euroscale: Deze selectie kopieert de algemene inktstandaard van onder meer Europa. ● DIC (Dainippon Ink and Chemical). Deze selectie kopieert de algemene inktstandaard van onder meer Japan. ● Apparaat: Deze selectie schakelt emulatie uit. Voor het correct afdrukken van foto's moet kleurbeheer plaatsvinden in het softwareprogramma of in het besturingssysteem.
Pagina 236
Aangepast profiel laat het apparaat een aangepast invoerprofiel gebruiken om de ❑ kleuruitvoer nauwkeuriger te voorspellen en te sturen. Aangepaste profielen kunt u downloaden van www.hp.com. ● U kunt de instellingen wijzigen om in Zwart-wit af te drukken. Als u deze optie selecteert, worden de documenten afgedrukt in grijstinten.
Pagina 237
Kleuren afstemmen Het afstemmen van apparaatuitvoerkleur met de kleur op uw computerbeeldscherm is een complex proces, omdat kleuren door printers op een andere manier worden gemaakt dan door computerbeeldschermen. Beeldschermen projecteren door gebruik van lichtpixels in de kleuren rood, groen en blauw (RGB-proces), maar printers maken een afdruk in de kleuren cyaan, magenta, geel en zwart (CMYK-proces).
Pagina 239
15 Het apparaat onderhouden In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Benodigdheden en accessoires bestellen ● Inktcartridges vervangen ● Nietcartridges vervangen ● Het apparaat reinigen ● Het apparaat verplaatsen NLWW...
Pagina 240
Gele inktcartridge C8753A Hechtmiddelcartridge C8754A Pakket nietcassettes (bevat drie cassettes) C5967A De volgende accessoires zijn beschikbaar voor het apparaat. Neem contact op met HP Klantenondersteuning voor het toevoegen van accessoires. Tabel 15-2 Accessoires Artikel HP-artikelnummer HP Multifunctionele afwerkeenheid C5959A HP Taakscheidingseenheid met 4 bakken...
Pagina 241
Inktcartridges vervangen Het apparaat gebruikt vier kleureninktcartridges en één hechtmiddelcartridge. Het hechtmiddel zorgt ervoor dat de inkt aan het papier hecht en verbetert de duurzaamheid van de afgedrukte uitvoer. Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel als u een cartridge moet vervangen. Het bericht op het bedieningspaneel vertelt u welke cartridge moet worden vervangen.
Pagina 242
Duw de cartridge naar binnen en vervolgens naar boven om deze te ontgrendelen, en trek de cartridge recht naar buiten. Druk de nieuwe cartridge recht naar binnen totdat deze vastklikt. Bied gebruikte HP-benodigdheden bij Hewlett-Packard aan zodat deze kunnen worden gerecycled. Ga naar www.hp.com/go/recycle voor meer informatie.
Pagina 243
Er verschijnt een bericht op het bedieningspaneel als u de nietcartridge moet vervangen. De optionele HP multifunctionele afwerkeenheid heeft twee nietmachines. Nietmachine 1 bevindt zich rechts, het dichtst bij het apparaat. Nietmachine 2 bevindt zich links boven nietmachine 1. Het bericht op het bedieningspaneel geeft aan welke nietmachine leeg is.
Pagina 244
Verwijder de nietcartridge uit de cassette door deze bij de pijlen aan weerszijden in te drukken en vervolgens naar boven te trekken. Duw de nieuwe nietcartridge in de cassette. Druk de cartridge recht naar beneden totdat deze vastklikt. Duw de cassette rechtop in de sleuf. 230 Hoofdstuk 15 Het apparaat onderhouden NLWW...
Pagina 245
Draai de groene hendel omhoog totdat deze vastklikt. Sluit de klep van de nietmachine. NLWW Nietcartridges vervangen 231...
Pagina 246
Het aanraakscherm reinigen Veeg het aanraakscherm voorzichtig schoon met een iets vochtige, pluisvrije doek. Giet of spuit geen water rechtstreeks HP CM8060 Color MFP with Edgeline Technology op het aanraakscherm. Gebruik geen andere vloeistoffen dan water. Schoonmaak- en oplosmiddelen kunnen het aanraakscherm beschadigen.
Pagina 247
De glasplaat reinigen Maak de glasplaat alleen schoon als er zichtbaar vuil op zit of als er strepen of vlekken op uw afdrukken verschijnen. Veeg het glas voorzichtig schoon met een iets vochtige, pluisvrije doek. Als water niet afdoende is, kunt u de doek met wat isopropylalcohol bevochtigen.
Pagina 248
Het apparaat verplaatsen Als u het apparaat moet verplaatsen, neem dan contact op met een erkende service- en ondersteuningsleverancier van HP. Er zijn namelijk speciale procedures nodig om schade aan het apparaat te voorkomen. 234 Hoofdstuk 15 Het apparaat onderhouden...
Pagina 249
16 Problemen oplossen In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Controlelijst voor probleemoplossing ● Berichten op het bedieningspaneel ● Storingen verhelpen ● Problemen met de papierverwerking ● Problemen met de beeldkwaliteit ● Problemen met faxen ● Problemen met e-mail, waarschuwingen en AutoSend ●...
Pagina 250
Als u de documentinvoer gebruikt, probeer dan te scannen vanaf de glasplaat. Als dat lukt, is er een probleem met de documentinvoer. Neem contact op met HP. Als u niet kunt scannen vanuit de documentinvoer of vanaf de glasplaat, is er een probleem met het mechanisme van de scanner.
Pagina 251
Probeer een afdruktaak te verzenden vanaf een andere computer. Als dit document wel wordt afgedrukt, is er een probleem met de computer die u gebruikt. Als u de oorzaak van het probleem niet kunt achterhalen, neemt u contact op met HP. NLWW...
Pagina 252
Berichten op het bedieningspaneel De statusregel op het aanraakscherm waarschuwt u voor mogelijke problemen met het apparaat. Fouten: Als er een fout in het apparaat optreedt, verschijnt er een bericht dat de fout omschrijft. Het bericht bevat ook aanwijzingen voor het oplossen van het probleem. De knop Fout ( ) blijft op de statusregel staan tot de fout is opgelost.
Pagina 253
Storingen verhelpen Als zich een storing voordoet, wordt een bericht op het bedieningspaneel weergegeven met de locatie van de storing. Het bericht bevat bovendien instructies voor het vinden van de storing, waaronder een kort filmpje waarin u kunt zien welke onderdelen u moet verplaatsen en welke kleppen u moet openmaken.
Pagina 254
Storingen voorkomen Volg deze richtlijnen om storingen te voorkomen. ● Zorg er altijd voor dat de papierlade is geconfigureerd voor het type papier dat u plaatst. ● Plaats volledige riemen papier in de laden 2, 3, 4 en 5. Verdeel de riemen niet in kleinere stapels wanneer u het papier plaatst.
Pagina 255
Pagina's worden in een andere volgorde Omdat sommige pagina's langzamer HP raadt aan om dit apparaat niet te uitgevoerd dan verwacht. worden verwerkt dan andere, drukt het gebruiken voor het afdrukken op vooraf apparaat ze soms in een andere genummerd papier, zoals cheques of volgorde af.
Pagina 256
Oplossing voordoen, stel de papiersoort dan in op Karton. Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met HP. Pagina's worden langzaam uitgevoerd Om papierstoringen en een verminderde Als het apparaat meestal afdrukt op wanneer u afdrukt op groot papier...
Pagina 257
Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met HP. Inkt van de ene pagina geeft af op de Dit probleem kan zich voordoen bij Gebruik alleen papier dat voldoet aan de achterzijde van een andere pagina in de gebruik van gecoat glanzend papier.
Pagina 258
Als de hechtmiddelcartridge bijna leeg is, vervangt u deze. Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met HP. Afgedrukte afbeeldingen zijn wat Mogelijk is de hechtmiddelcartridge bijna Controleer de statuspagina voor vlekkerig.
Pagina 259
150. Er kan een intern probleem met het apparaat zijn. Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met HP. Afbeeldingen die zijn afgedrukt op Mogelijk voldoet het papier niet aan de Gebruik HP Office Langlopend A3- papierformaat A3 worden mettertijd roze.
Pagina 260
Er kan een intern probleem met het Controleer of u de nieuwste driver gegevens. apparaat zijn. gebruikt. U kunt recente drivers downloaden vanaf www.hp.com/ support/CM8060edgeline www.hp.com/support/CM8050edgeline. Als het probleem zich blijft voordoen, neemt u contact op met HP. 246 Hoofdstuk 16 Problemen oplossen NLWW...
Pagina 261
Het apparaat kan geen faxen verzenden of ontvangen als het is aangesloten op een VoIP-telefoonsysteem (Voice over Internet Protocol). Controleer of het faxaccessoire is aangesloten op de eerste binnenkomende telefoonlijn. HP raadt het gebruik van een kruiskabel, waarbij inkomende gesprekken worden doorgestuurd naar de volgende beschikbare telefoonlijn, af.
Pagina 262
Als u het analoge faxaccessoire gebruikt, Neem contact op met een erkende op het beginscherm of is niet is dit mogelijk niet goed aangesloten of ondersteuningsleverancier van HP. beschikbaar, ook al is deze functioneert dit niet goed. ingeschakeld. Als u gebruikmaakt van een...
Pagina 263
Tabel 16-6 Problemen met het ontvangen van faxen (vervolg) Probleem Oorzaak Oplossing Faxen worden niet afgedrukt. Mogelijk zijn de papierladen leeg. Controleer of er papier in de laden zit. Faxafdrukschema is ingesteld op Als u wilt dat de faxen meteen worden Faxen altijd opslaan afgedrukt, stelt u de functie Faxafdrukschema...
Pagina 264
Problemen met het verzenden van faxen Tabel 16-7 Problemen met het verzenden van faxen Probleem Oorzaak Oplossing Het verzenden van de fax is mislukt. Mogelijk is de telefoonlijn geen analoge Voor de faxfunctie is een analoge telefoonlijn. telefoonlijn vereist. Digitale telefoonlijnen en VoIP-lijnen worden niet ondersteund.
Pagina 265
Tabel 16-7 Problemen met het verzenden van faxen (vervolg) Probleem Oorzaak Oplossing De fax wordt wel verzonden, maar zeer Mogelijk is de resolutie voor het scannen Raak Meer opties en vervolgens langzaam. van het originele document te hoog. Resolutie aan voordat het originele document wordt gescand.
Pagina 266
Problemen met e-mail, waarschuwingen en AutoSend De informatie in dit gedeelte kunt u gebruiken voor het opsporen en oplossen van problemen die te maken hebben met de SMTP-server voor de digitale e-mailverzendfunctie en voor de berichtenserver die wordt gebruikt voor de functies Waarschuwingen en AutoSend. U kunt de berichtenserver ook gebruiken als server voor de e-mailfunctie, zolang deze server maar niet vraagt om verificatie.
Pagina 267
De SMTP-serverinstellingen controleren OPMERKING: Deze procedure is voor Windows-besturingssystemen. In de volgende stappen vindt u voorbeelden van antwoorden van de server. Het tekstgedeelte van deze antwoorden kan van server tot server verschillen. Zoek de hostnaam van de SMTP-servergateway op. Deze kunt u vinden op de configuratiepagina. Druk een configuratiepagina af vanuit het menu Beheer op het bedieningspaneel of open het...
Pagina 268
Controleer of de server de e-mailaccount herkent die het bericht verzendt. In de opdrachtregel typt u MAIL FROM:<afzender@domein.com> waarbij “<afzender@domein.com>” het e-mailadres is dat u controleert. Als het antwoord 550 Gevraagde handeling niet ondernomen: postvak niet beschikbaar is, kan de server het postvak voor dat adres niet vinden. Als het antwoord 550 Gevraagde handeling niet ondernomen: naam postvak niet toegestaan is, is het e-mailadres ongeldig.
Pagina 269
Problemen met verzending naar een netwerkmap Tabel 16-8 Problemen met netwerkmappen Probleem Oorzaak Oplossing Geen van de gebruikers kan taken Mogelijk is er een firewall actief. Als IPsec is ingeschakeld, stoort dit opslaan in de netwerkmap. mogelijk de functies voor digitaal verzenden.
Pagina 270
De configuratiemethode (Configuratie:) is juist vermeld. Communicatie via het netwerk verifiëren Als er op de configuratiepagina van HP Jetdirect een netwerkadres voor het apparaat staat, kunt u via deze procedure verifiëren of het apparaat wel communiceert met andere apparaten op het netwerk.
Pagina 271
Specificaties: In deze bijlage vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Fysieke specificaties ● Stroomvoorzieningspecificaties ● Akoestische specificaties ● Omgevingsspecificaties NLWW...
Pagina 272
Fysieke specificaties Tabel A-1 Omvang van het apparaat Dimensie Basiseenheid Basiseenheid met lade 5 Basiseenheid met Basiseenheid met lade 5 optionele en optionele afwerkeenheid afwerkeenheid Hoogte 1220 mm 1220 mm 1220 mm 1220 mm Breedte 1040 mm 1700 mm 1990 mm 2160 mm Diepte 840 mm...
Pagina 273
Alleen aansluiten op een specifieke schakeling. Tabel A-4 Stroomverbruik (gemiddeld, in watt) Model Actief Sluimer HP CM8060 Color MFP with Edgeline Technology 1200 W 48 W HP CM8050 Color MFP with Edgeline Technology 1200 W 48 W Deze waarden zijn onderhevig aan wijzigingen. Raadpleeg www.hp.com/support/CM8060edgeline...
Pagina 274
= 7,3 bel (A) [73 dB(A)] Klaar = 5,2 bel (A) [52 dB(A)] Geluidsdrukniveau (omstanderpositie) Volgens ISO 9296 Afdrukken/kopiëren = 57 dB(A) Klaar = 33 dB(A) Deze waarden zijn onderhevig aan wijzigingen. Raadpleeg www.hp.com/support/CM8060edgeline www.hp.com/support/ CM8050edgeline voor actuele informatie. 260 Bijlage A Specificaties: NLWW...
Pagina 275
Omgevingsspecificaties Situatie Aanbevolen voor gebruik Maximum voor gebruik Opslag Temperatuur 15 tot 25 °C 10 tot 30 °C -40 tot 60 °C Vochtigheid 40 tot 55% RH, niet- 20 tot 80% RH, niet- minder dan 90% RH, niet- condenserend condenserend condenserend NLWW Omgevingsspecificaties 261...
Pagina 277
Werkbladen Druk de pagina's in deze bijlage af en vul de gegevens in zodat u deze later bij de hand hebt. ● Gegevensblad HP-ondersteuning ● Werkblad instellingen Digitaal verzenden ● Controlelijst voor de beveiligingsconfiguratie NLWW...
Pagina 278
Gegevensblad HP-ondersteuning Tabel B-1 Gegevensblad HP-ondersteuning Naam van de HP-vertegenwoordiger Telefoonnummer van de HP-vertegenwoordiger Naam van de door HP erkende ondersteuningstechnicus Telefoonnummer van de door HP erkende ondersteuningstechnicus 264 Bijlage B Werkbladen NLWW...
Pagina 279
Werkblad instellingen Digitaal verzenden Als u bij het instellen van de functies voor digitaal verzenden hulp wilt van een door HP erkende ondersteuningstechnicus, druk dan deze pagina's af, vul ze in en geef ze aan de vertegenwoordiger. Voor bepaalde gegevens is het mogelijk dat u contact moet opnemen met andere beheerders in uw organisatie.
Pagina 280
Welk besturingssysteem gebruikt de netwerkfaxserver? Als de naam van de netwerkfaxserver Wat is de maximale transmissiesnelheid niet in de lijst met door HP ondersteunde voor de netwerkfaxserver? netwerkfaxservers van derden staat, Moet de netwerkfaxserver voor elke fax beantwoordt u ook de vragen in dit een voorblad genereren? gedeelte.
Pagina 281
Internet-fax Wat is de domeinnaam van de Internet- faxserviceprovider? Als u bij het instellen van deze functie hulp wilt van een door HP erkende Welk e-mailadres wilt u gebruiken als ondersteuningstechnicus, geef dan de standaard “Van”-adres? gegevens in dit gedeelte.
Pagina 282
IT-product tot een basisniveau van beveiliging te configureren. U kunt de controlelijst voor dit apparaat downloaden vanaf de volgende website: www.hp.com/go/ secureprinting. Klik op de koppeling Configuration checklists (controlelijsten voor configuratie), bijna onderaan op de pagina.
Pagina 283
Verklaringen met betrekking tot voorschriften In deze bijlage vindt u informatie over de volgende onderwerpen: ● Licentieovereenkomst voor eindgebruikers ● FCC-voorschriften ● Emissieverklaringen ● Telecomverklaringen ● Milieuvriendelijke producten ● Conformiteitsverklaring ● Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard NLWW...
Pagina 284
Licentie van derden. Meestal bevindt de Licentie van derden zich in een bestand met een naam als license.txt. Neem contact op met HP ondersteuning als u geen Licentie van derden kunt vinden. Als de Licenties van derden licenties bevatten met betrekking tot de beschikbaarheid van broncode (zoals de GNU General Public License) en de bijbehorende broncode niet bij de Software is inbegrepen, raadpleegt u de pagina’s met productondersteuning op de website van HP (hp.com) voor informatie...
Pagina 285
(i) uw Gebruik van de Software of het HP Product of (ii) het bieden van ondersteuning met betrekking tot de Software of het HP Product. Op al deze gegevens is het privacybeleid van HP van toepassing. HP zal deze gegevens niet gebruiken in een vorm waarin u persoonlijk herkenbaar bent, tenzij dit nodig is om uw Gebruik te verbeteren of ondersteuning te verlenen.
Pagina 286
(c) 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Herz. 11/06 272 Bijlage C Verklaringen met betrekking tot voorschriften NLWW...
Pagina 287
FCC-voorschriften Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een elektronisch apparaat van Klasse A, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. De limieten moeten in een woonomgeving een redelijke bescherming bieden tegen storing. Deze apparatuur produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen.
Pagina 288
Emissieverklaringen DOC-verklaring voor Canada Complies with Canadian EMC Class A requirements. « Conforme à la classe A des normes canadiennes de compatibilité électromagnétiques. « CEM ». » EMI-verklaring voor China VCCI-verklaring voor Japan EMI-verklaring voor Korea Netsnoerverklaring voor Japan EMI-verklaring (Taiwan) 274 Bijlage C Verklaringen met betrekking tot voorschriften NLWW...
Pagina 289
Telecomverklaringen FCC Telecom, verklaring Deze apparatuur voldoet aan Deel 68 van de FCC-voorschriften en de richtlijnen die zijn goedgekeurd door de ACTA. Achter op deze apparatuur staat een label met daarop, onder andere, een productcode in de indeling US:AAAEQ##TXXXX. Desgevraagd moet deze code worden doorgegeven aan het telefoonbedrijf.
Pagina 290
een door de leverancier aangewezen vertegenwoordiger. Apparatuurstoringen of door de gebruiker op deze apparatuur uitgevoerde reparaties of wijzigingen kunnen voor het telecombedrijf reden zijn de gebruiker te verzoeken de apparatuur af te sluiten. Gebruikers dienen zich er voor hun eigen veiligheid van te vergewissen dat de elektrische aardeverbindingen van de voedingseenheid, telefoonlijnen en het inpandige metalen waterleidingsysteem, indien aanwezig, met elkaar zijn verbonden.
Pagina 291
Telecomverklaring voor Japan NLWW Telecomverklaringen 277...
Pagina 292
Hewlett-Packard zet zich in voor het leveren van kwaliteitsproducten die tijdens de gehele levensduur het milieu zo min mogelijk belasten. Dit apparaat is ontworpen volgens de HP General Specification for the Environment (Algemene Milieuspecificatie van HP) waarbij speciaal rekening is gehouden met het milieu met betrekking tot materiaalkeuze, materiaalbesparing en de gebruiksduur alsmede hergebruik en recycling van onderdelen.
Pagina 293
Materialen wegwerpen Dit HP-product bevat de volgende materialen die, aan het einde van de levensduur, mogelijk een speciale verwerking behoeven: kwik in het fluorescerende lampje in het LCD-scherm. De verwerking van kwik kan aan milieuregelgeving gebonden zijn. Neem contact op met de gemeente of met de Electronic Industries Alliance (EIA) (www.eiae.org) voor informatie over het wegwerpen en...
Pagina 294
Naam fabrikant: Hewlett-Packard Company Adres fabrikant: 60 Alexandria Terrace, #07-01 The Comtech Singapore, 118502, verklaart, dat het product Productnaam: HP CM8060/CM8050 MFP Wettelijk modelnummer: VCVRA-0609 Productopties: Alles conform de volgende productspecificaties: VEILIGHEID: IEC 60950-1:2001 / EN60950-1: 2001 IEC 60825-1:1993 +A1+A2 / EN 60825-1:1994 +A1 +A2 (Klasse 1 voor LED's)
Pagina 295
De beperkte garantie van HP is geldig in alle landen/regio's of plaatsen waar HP ondersteuning biedt voor dit product en waar HP dit product op de markt heeft gebracht. De garantie kan variëren op basis van plaatselijke normen. In verband met wettelijke regelgeving brengt HP geen wijzigingen aan in de vormgeving of de functies van het product voor gebruik in een land/regio waarvoor het product oorspronkelijk niet was bestemd.
Pagina 296
LEVERANCIERS IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR HET KWIJTRAKEN VAN GEGEVENS, DIRECTE, SPECIALE OF INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE (WAARONDER INKOMSTENDERVING EN GEGEVENSVERLIES) NOCH VOOR ANDERE SCHADE, ONGEACHT OF DEZE SCHADE VOORTVLOEIT UIT EEN CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD OF ANDERSZINS. Sommige landen/regio's, staten of provincies staan beperking van een geïmpliceerde garantie niet toe, waardoor de bovenstaande beperking of uitsluiting misschien niet op u van toepassing is.
Pagina 297
192 selecteren 208 ondersteunde papierformaten, e-mailadressen importeren van documenttypen 152 bakken 156 gedeelde LDAP-servers 45 dubbelzijdig afdrukken, specificaties, fysiek 258 e-mailadressen uit Microsoft Macintosh 216 Zie ook HP Multifunctionele Exchange gebruiken 49 dubbelzijdig afdrukken, afwerkeenheid Windows 210 NLWW Index 283...
Pagina 298
afwerkeenheid bedieningspaneel menu artikelnummers 226 aanmelden 15 Standaardafdrukopties 123 akoestische specificaties 260 beginscherm 14 menu Standaard annuleren berichten 238 faxopties 121 faxen 174 e-mailinstellingen 38 menu Standaard taken 84 faxinstellingen 39 kopieeropties 111 apparaatgebruikers Help-systeem 16 menustructuur 108 accounts bewerken 70 Herstellen, menu 148 menu Tijd/schema's 125 lijst weergeven van 70...
Pagina 299
Windows 210 Drivers 30 duplex browsers, ondersteunde Extra software 31 geïntegreerde webserver 42 Macintosh 216 Gereed om HP Web Jetadmin 93 Windows 210 installatieprogramma te maken 31 Canada, verklaringen met informatie over 28 één uitvoerbak betrekking tot voorschriften Licentieovereenkomst 28...
Pagina 300
Gereed om installatieprogramma te datumcode 88 activiteitenlog wissen 148 maken, dialoogvenster in wizard informatie over upgrades 102 afdrukschema 126 Aangepaste installatie 31 upgrade met HP Web algemene instellingen 53 glasplaat Jetadmin 102 annuleren 174 kopiëren vanaf 166 upgrade met Windows-...
Pagina 301
Microsoft Exchange 49 Japan, verklaringen met betrekking fax, aanpassen 172 van gedeelde LDAP- tot voorschriften voor fax instellen 136 servers 45 Jetadmin. Zie HP Web Jetadmin herstelknop 13 importeren van Jetdirect, menu's 129 Internet-fax 54 faxsnelkieslijsten 54 kopiëren, aanpassen 167...
Pagina 302
kopieën papier plaatsen 159 etiketten, briefpapier of aantal 15 selecteren in Macintosh 214 geperforeerd papier kopiëren selecteren in Windows 206 plaatsen 162 instellingen aanpassen 167 lade 3 ondersteunde kwaliteitsproblemen 243, 245 capaciteit 6, 155 papierformaten 153 meerdere taken tegelijkertijd etiketten, briefpapier of ondersteunde verwerken 84 geperforeerd papier...
Pagina 305
menu Problemen Services, tabblad standaardinstellingen oplossen 147 Windows 213 herstellen 148 netwerken 256 signaalverlies 147 Standaard kopieeropties, netwerkmappen 255 sluimerknop 13 menu 111 papierverwerking 241 sluimermodus 99 Standaard taakopties, menu 111 scantaken 236 Sluimermodus 127 startknop storingen 239, 240 sluimerschema 99, 126 aanraakscherm 15 waarschuwingen 252 Sluimerschema 90...
Pagina 306
85 opties 194 upgrade van firmware TCP/IP-instellingen problemen oplossen 255 FTP 103 vanuit het beginscherm 194 HP Web Jetadmin 102 Telecomverklaringen 275 verzenden van faxen informatie over 102 telefoonboek, fax annuleren 174 Windows-opdrachten 104 namen bewerken 185...
Pagina 307
206 starten 28 instellen 59 lege of voorbedrukte vellen, wizard Fax instellen 39 watermerken 208, 215 invoegen 209 Web Jetadmin. Zie HP Web papiersoort, speciaal zwaar papier 151 Jetadmin afdrukmateriaal 162 webserver, geïntegreerde papier van aangepast beschikbare instellingen 34...