Uur
Geldige invoeren zijn 00-23 uur. Dit is de tijd van de dag waarop de klok voor- of achteruit wordt gezet.
Verhoging
Geldige invoeren zijn 1 of 2 uur. Dit is het aantal uren dat de klok vooruit- of achteruit moet worden gezet.
5.3.4 Toegangscodes
Deze sectie wordt gebruikt door installateurs om de installatiecode, de mastercode en de onderhoudscode te pro-
grammeren. Voor informatie over het programmeren van andere toegangscodes, zie "[*][5] Gebruikscodes programmeren"
op pagina 52.
[006] Door installatie gedefinieerde toegangscodes
Dit is het basismenu gebruikt door installateurs om de installatiecode [001] te programmeren, en de mastercode [002] en de
onderhoudcode [003] te programmeren. Zie hieronder voor details.
[001] – Installateurcode
Deze code wordt gebruikt door de installateur om toegang te krijgen tot installateurprogrammering [*][8]. Gebruikers met
deze toegangscode hebben toegang tot alle niveaus van de systeemprogrammering.
EN
Opmerking: Voor EN50131-1 goedgekeurde installaties kan de installateurscode niet de mastercode wijzigen of enige
andere niveau 3-codes.
[002] – Hoofdcode
Deze code wordt gebruikt door de mastergebruiker, een persoon die is aangewezen om operationele taken uit te voeren die
verder gaan dan die van de standaard gebruiker. De mastercode biedt geen toegang tot de functies in de [*][5]- en [*][6]-
menu's.
[003] – Onderhoudscode
Deze code wordt meestal tijdelijk toegewezen aan onderhoudspersoneel dat het alarm moet uitschakelen om het pand bin-
nen te komen. De onderhoudscode kan het systeem inschakelen en uitschakelen, maar biedt geen toegang tot enige
andere functionaliteit.
[005] Versie van de code
Deze sectie wordt door het systeem gebruikt voor het genereren van een 5-cijferige code voor het op afstand herstellen die
uniek is voor het alarmpaneel.
5.3.5 [007]-[008] PGM-timer
Deze sectie beschrijft hoe programmeerbare uitgangen kunnen worden opgezet en geprogrammeerd.
PGM's worden gebruikt om elektrische stroom te sturen naar externe apparaten, zoals lichten en sirenes, meestal wanneer
er een alarmgebeurtenis plaatsvindt. De alarm-controller biedt maximaal drie 50mA PGMs en een 300mA PGM. PGM-uit-
gangen kunnen worden uitgebreid met behulp van de optionele 8-uitgang uitbreiding (HSM2208) en de 4 hoog voltage-uit-
gangsuitbreiding (HSM2204).
Het programmeren van een uitgang is een proces van vier stappen:
1. Programmeer de PGM
2. Wijs de PGM toe aan een partitie.
3. Wijs een uitgangskenmerk toe.
4. Wijs een uitgangs-optie toe.
Zie "[011] PGM configuratieopties" op pagina 99 voor PGM-positie-uitlijning.
Sectie 5 Programmering
- 83 -