FC 300 Design Guide
Extreme bedrijfsomstandigheden
"
Kortsluiting (motorfase - fase)
De frequentieomvormer is beveiligd tegen kortsluiting door middel van stroommetingen in elk van de
drie motorfasen of in de DC-tussenkring. Een kortsluiting tussen twee uitgangsfasen zal een te hoge
stroom in de omvormer veroorzaken. Elke transistor van de omvormer wordt afzonderlijk uitgeschakeld
als de kortsluitstroom de toegestane waarde (Alarm 16 Uit & blokk.) overschrijdt.
Zie de installatierichtlijnen van de loadsharing- en remuitgangen voor het beschermen
van de frequentieomvormer tegen kortsluiting.
Schakelen aan de uitgang
Schakelen aan de uitgang tussen de motor en de frequentieomvormer is toegestaan. Het
is niet mogelijk de frequentieomvormer te beschadigen door aan de uitgang te schakelen.
Er kunnen echter wel foutmeldingen verschijnen.
Door de motor gegenereerde overspanning
De spanning in de tussenkring neemt toe als de motor als een generator werkt.
Dit gebeurt in de volgende gevallen:
De belasting drijft de motor aan (bij constante uitgangsfrequentie), d.w.z. dat de belasting energie levert.
1.
2.
Als gedurende het vertragen ('uitlopen') het traagheidsmoment hoog is, is de wrijving
laag en is de uitlooptijd te kort om de energie te kunnen afvoeren als een verlies in
de frequentieomvormer, de motor en de installatie.
Een onjuiste instelling van de slipcompensatie kan leiden tot een hogere DC-tussenkringspanning.
3.
De besturingseenheid probeert de uitloop indien mogelijk te corrigeren (par. 2-17 Overspanningsreg.
Om de transistoren en de tussenkringcondensatoren te beschermen schakelt de omvormer
uit wanneer een bepaalde spanning is bereikt.
Zie par. 2-10 en par. 2-17 om de methode voor het regelen van het span-
ningsniveau in de tussenkring te selecteren.
Netstoring
Tijdens een netstoring blijft de frequentieomvormer in bedrijf tot de spanning in de
tussenkring onder het minimale stopniveau komt, wat meestal 15 % onder de laagste
nominale netspanning voor de frequentieomvormer is.
De netspanning voor de storing en de motorbelasting bepalen hoe lang het duurt
voordat de omvormer vrij gaat lopen.
Statische overbelasting in VVC
Wanneer de frequentieomvormer overbelast wordt (de koppelbegrenzing in par. 4-16/4-17 bereikt wordt),
zal de besturingseenheid de uitgangsfrequentie verlagen om de belasting te verminderen.
Als de overbelasting bijzonder groot is, kan een stroom ontstaan die ervoor zorgt dat de
frequentieomvormer na ca. 5-10 s uitschakelt.
De werking binnen de koppelbegrenzing kan in tijd (0-60 s) worden begrensd in par. 14-25.
Thermische motorbeveiliging
"
De motortemperatuur wordt berekend op
basis van motorstroom, uitgangsfrequentie,
en tijd of thermistor. Zie par. 1-90 in het
hoofdstuk Programmeren.
Inleiding van de FC 300
plus
-modus
MG.33.B6.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
53