Inspectie/onderhoud
7
Inspectie- en onderhoudsintervallen
Tijdsinterval
Al naargelang bedrijfsvoorwaarden, ten
minste om de 12 maanden
Al naar gelang van de bedrijfsomstandig-
heden (zie grafiek op volgende pagina), ui-
terlijk om de 3 jaar
Al naar gelang van de bedrijfsomstandig-
heden (zie grafiek op volgende pagina), ui-
terlijk om de 5 jaar
186
Montage- en technische handleiding – Haakse reductoren van de serie X.. Elevatoraandrijvingen
Vereiste actie?
•
Controleren of de bevestigingsbouten stevig vastzitten.
•
Controleren of het oppervlak van de reductor vrij is van
stof en verontreinigingen, zodat de reductor optimaal
kan worden gekoeld.
•
Het oliefilter reinigen. Zo nodig het filterelement vervan-
gen.
•
De ontluchter controleren. Zo nodig vervangen.
•
De uitlijning aandrijfas en uitgaande as controleren.
•
Alle rubberen slangen op toestand en lekkage (verou-
dering) controleren.
•
Controleer de toestand van de motorpomp/ONP1L. Ver-
vang indien nodig het filterelement (zie bijlage bij de
technische handleiding).
•
Controleer de toestand van de motorpomp/ONP1. Ver-
vang indien nodig het filterelement (zie bijlage bij de
technische handleiding).
•
Status van de olie-lucht-koeler /OAC controleren (zie
aanvulling op de technische handleiding).
•
Status van de olie-lucht-koeler /OAP controleren. Indien
noodzakelijk het filterelement vervangen (zie aanvulling
op de technische handleiding).
•
Status van de olie-water-koeler /OWC controleren (zie
aanvulling op de technische handleiding).
•
Status van de olie-water-koeler /OWP controleren, in-
dien noodzakelijk het filterelement vervangen (zie aan-
vulling op de technische handleiding).
•
Status van het waterkoelpatroon /CCT controleren.
•
Status van het waterkoeldeksel /CCV controleren.
•
Minerale olie verversen.
•
Synthetische olie verversen.