Installatie/montage
5
Olieverwarming/OH
5.31.1
Aanwijzingen voor de werking van de olieverwarming
158
Montage- en technische handleiding – Haakse reductoren van de serie X.. Elevatoraandrijvingen
•
Het verwarmingselement is af fabriek in de reductorbehuizing geschroefd en wordt
door een thermostaat geregeld. De ingestelde grenstemperatuur op de thermo-
staat waaronder de olie moet worden verwarmd, wordt afhankelijk van het smeer-
middel in de fabriek ingesteld.
•
Het schakelpunt van de thermostaat van de olieverwarming wordt in de fabriek in-
gesteld op een temperatuur van ca. 5 K boven de desbetreffende grenstempera-
tuur starttemperatuur voor reductoraanloop, zie hoofdstuk "Grenstemperatuur voor
de reductoraanloop" (→ 2 156).
Bij deze thermostaat, zie hoofdstuk "Grenstemperatuur voor de reductoraan-
loop" (→ 2 156), schakelt de thermostaat de olieverwarming uit. Pas dan mag de
reductor in bedrijf worden gesteld. Als de temperatuur ca. 5 K onder het schakel-
punt ligt, schakelt de thermostaat de olieverwarming weer in.
•
Om ervoor te zorgen dat de olie bij het verwarmen niet verbrandt, heeft het ver-
warmingselement een maximale oppervlaktebelasting bij de verwarmingsbuizen.
Daarom duurt de verwarming van de koude reductorolie tussen één en meerdere
uren. De exacte duur van de verwarming vóór de start varieert afhankelijk van de
reductorgrootte, uitvoering, ruimtelijke positie, de hoeveelheid olie en omgevings-
temperatuur.
Daarom moet de thermostaat, ook als de aandrijving kort stilstaat, permanent van
stroom worden voorzien.
Als de aandrijving langere tijd stilstaat, bijvoorbeeld tijdens vakanties, en de ther-
mostaat niet van stroom wordt voorzien, moet ervoor worden gezorgd dat de ther-
mostaat geruime tijd vóór het opstarten van de aandrijving weer is ingeschakeld.
•
De thermostaat en olieverwarming zijn op de reductor geïnstalleerd en bedrijfs-
klaar. Deze moeten vóór de inbedrijfstelling volgens de voorschriften bekabeld en
op de voeding aangesloten zijn.
•
Voer bij afwijkende viscositeitsklassen alsook omgevingstemperaturen onder de
aangegeven grenstemperatuur overleg met SEW‑EURODRIVE.
•
Controleer tijdens de installatie de instelling van de thermostaat volgens hoofdstuk
"Thermostaat" (→ 2 159).