6.14
Opstarten van de reductor bij lage omgevingstemperaturen
LET OP
Tijdens het opstarten van de reductor onder de toegestane omgevingstemperatuur
kan de reductor beschadigd raken.
Mogelijke materiële schade.
•
6.15
Buitenbedrijfstelling/conservering van de reductor
Gevaar voor beknelling door onbedoeld opstarten van de aandrijving.
Dood of zwaar lichamelijk letsel.
•
AANWIJZING
Onderbreek de koelwateraanvoer bij reductoren met waterkoeling en tap het water in
het koelcircuit af. Neem bij oliesmeerinstallaties contact op met SEW-EURODRIVE.
Als de reductor gedurende een langere periode stilgezet wordt, zijn extra conserve-
ringsmaatregelen vereist. Let hierbij op de plaats van opstelling, de omgevingscondi-
ties en de toestand van het smeermiddel in de reductor, omdat de conservering al
naargelang deze factoren al na enkele weken nodig kan zijn.
6.15.1
Inwendige conservering
•
•
Montage- en technische handleiding – Haakse reductoren van de serie X.. Elevatoraandrijvingen
Opstarten van de reductor bij lage omgevingstemperaturen
Let op dat vóór de inbedrijfstelling van de reductor, de olie door de olieverwar-
ming op de opgegeven temperatuur "zonder verwarming" (→ 2 216) wordt opge-
warmd.
WAARSCHUWING
Voer werkzaamheden aan de reductor alleen uit als deze stilstaat. Borg de aan-
drijfketen tegen onbedoelde inschakeling. Breng op de plek van de aan-/uitscha-
kelaar een bordje aan dat op werkzaamheden aan de reductor duidt.
In nieuwe toestand of na een korte bedrijfsduur van de reductor:
– Voor de inwendige conservering van de reductor adviseert SEW-EURODRIVE
de VCI-conserveringsmethode.
– Vul hiervoor de vereiste hoeveelheid van het corrosiewerende VCI-middel in de
reductor bij (bijv. Anticorit VCI UNI IP-40 van FUCHS LUBRITECH, www.fuchs-
lubritech.com). De hoeveelheid hangt af van het vrije volume in de reductor. Af-
gevulde olie kan hierbij normaliter in de aandrijving blijven.
– Vervang de ontluchter door een afsluitschroef en sluit de reductor luchtdicht af.
Vóór de inbedrijfstelling moet de ontluchter weer volgens de voorschriften ge-
monteerd worden.
Na een langere bedrijfsduur van de reductor:
Inbedrijfstelling
6
181