Inhoudsopgave
Advertenties
Een teken van condensatie van dampen in de pomp is een stijging van het oliepeil tijdens de
werking van de pomp.
VOORZICHTIG:
Wanneer er dampen worden gepompt, mag de pomp niet onmiddellijk na afronding van het
proces worden uitgeschakeld, omdat het condensaat dat in de pompolie is opgelost,
veranderingen of corrosie kan veroorzaken. Om dit te voorkomen, moet de pomp met een
open gasballastklep en gesloten inlaatpoort blijven lopen totdat de olie vrij is van
condensaat. Wij bevelen u aan de pomp na afronding van het proces ten minste 30 minuten
in deze stand te laten lopen.
Bij cyclusbediening mag de pomp tussen de cycli in niet worden uitgeschakeld, maar moet
blijven draaien met de gasballastklep open en de inlaatpoort gesloten (zo mogelijk via een
klep). Het stroomverbruik is minimaal wanneer de pomp op einddruk werkt.
Als alle dampen uit een proces zijn weggepompt (bijvoorbeeld tijdens het drogen), kan de
gasballastklep worden gesloten om de einddruk te verbeteren.
De pomp kan worden uitgerust met verschillende soorten gasballasten, zoals gedefinieerd
door de bijbehorende catalogusnummers.
WAARSCHUWING:
Het verwisselen van het type gasballast kan de ATEX-temperatuurklasse wijzigen. Vraag ons
advies voordat u gasballast verwisselt. Een dergelijke wijziging mag uitsluitend worden
uitgevoerd door Edwards Service en de pomp krijgt dan een nieuw onderdeelnummer.
Alle gasballasten moeten worden aangesloten via het luchtfilter of een DN 16 ISO-KF-aansluiting
op een toevoer voor inert gas. Als er gastoevoerleidingen en -kleppen op de gasballast zijn
aangebracht, moet u zorgen dat er een doorlopende gasstroom door de gasballast aanwezig is
wanneer de gasballastklep van de pomp open staat (bijvoorbeeld door gebruik van een
toepasselijke stroommeter of een toepasselijke drukmeting). Dit is om te zorgen dat er geen
adiabatische samenpersing in de gasballastleiding optreedt, wat zou kunnen leiden tot een hoge
temperatuur. Gastoevoer voor gasballast moet uit een veilig gebied komen.
Op de handmatige gasballast gebruikt u een schroevendraaier om de gasballastklep te openen.
De pomp maakt meer geluid als de gasballastklep open staat. Voordat u de pomp voor dampen
opent, moet u zorgen dat de gasballastklep open staat en dat de pomp gedurende ongeveer
30 minuten is voorverwarmd met gesloten inlaatleiding.
Open de pomp pas voor condenseerbare dampen als hij tot de bedrijfstemperatuur is
opgewarmd; het pompen van procesgas met een koude pomp resulteert in dampen die in de
olie condenseren. Bij processen met een hoog aandeel van condenseerbare dampen opent u
de inlaatleiding geleidelijk nadat de bedrijfstemperatuur is bereikt om te voorkomen dat er te
veel damp de pomp in gaat.
Een teken van condensatie van dampen in de pomp is een stijging van het oliepeil tijdens de
werking van de pomp.
Tijdens het pompen kunnen er dampen in de olie oplossen. Dit verandert de olie-eigenschappen
en veroorzaakt een risico op corrosie in de pomp. Schakel de pomp na afronding van het proces
dan ook niet onmiddellijk uit. Laat de pomp in plaats daarvan draaien met de gasballastklep
open en de inlaatleiding gesloten totdat de olie vrij is van gecondenseerde dampen. Wij bevelen
u sterk aan de pomp na afronding van het proces gedurende ongeveer 30 minuten in deze stand
te laten lopen.
A351-18-886A - Bediening
Pagina 51
Advertenties
Inhoudsopgave
