Parameterbeschrijving
2-13 Bewaking remvermogen
Option:
Functie:
van de bewakingslimiet
(parameter 2-12 Begrenzing remvermogen (kW)).
De waarschuwing verdwijnt wanneer het overge-
brachte vermogen lager wordt dan 80% van de
bewakingslimiet.
[2] Uitsch.
De frequentieomvormer wordt uitgeschakeld en
er wordt een alarm weergegeven wanneer het
berekende vermogen groter is dan 100% van de
bewakingslimiet.
[3] Waarsch.
Beide bovengenoemde functies worden
en uitsch.
geactiveerd, inclusief waarschuwing, uitschakeling
(trip) en alarm.
Als vermogensbewaking is ingesteld op [0] Uit of [1]
Waarsch., blijft de remfunctie actief, ook als de bewakings-
limiet wordt overschreden. Dit kan leiden tot thermische
overbelasting van de weerstand. Het is ook mogelijk om
een waarschuwing te genereren via een relais-/digitale
uitgang. De meetnauwkeurigheid van de vermogensbe-
waking is afhankelijk van de nauwkeurigheid van de
weerstand (beter dan ± 20%).
2-15 Remtest
Option: Functie:
parameter 2-15 Remtest is alleen actief bij frequentieom-
vormers met een ingebouwde dynamische rem.
Selecteer een test-/bewakingsfunctie om de aansluiting
naar de remweerstand te controleren, of om te
controleren of een remweerstand aanwezig is, en
vervolgens een waarschuwing of alarm weer te geven
in geval van een fout.
LET OP
De remtest wordt uitgevoerd bij inschakeling
van de frequentieomvormer. De rem-IGBT-test
wordt echter uitgevoerd als er niet wordt
geremd. Een waarschuwing of uitschakeling
(trip) deactiveert de remfunctie.
De testvolgorde is als volgt:
1.
De rimpelamplitude van de DC-tussenkring
wordt gemeten gedurende 300 ms zonder
remmen.
2.
De rimpelamplitude van de DC-tussenkring
wordt gemeten gedurende 300 ms met
geactiveerde rem.
3.
Als de rimpelamplitude van de DC-tussenkring
tijdens het remmen lager is dan de rimpelam-
plitude van de DC-tussenkring voorafgaand
aan het remmen + 1%: de remtest is mislukt en
heeft een waarschuwing of alarm gegenereerd.
MG33MH10
Programmeerhandleiding
2-15 Remtest
Option: Functie:
[0]
LET OP
Om een waarschuwing in verband met [0] Uit of [1]
Waarsch. op te heffen, moet de netvoeding worden
afgeschakeld en opnieuw worden aangesloten. De fout
moet eerst worden opgeheven. Bij [0] Uit of [1] Waarsch.
blijft de frequentieomvormer werken, ook als er een fout
is gedetecteerd.
2-16 AC-rem max. stroom
Range:
100 %
LET OP
Parameter 2-16 AC-rem max. stroom heeft geen effect als
1-10 Motorconstructie = [1] PM, niet-uitspr. SPM.
2-17 Overspanningsreg.
Option:
[0] Uitgesch.
[1] Ingesch.
[2] Ingesch.
LET OP
Schakel OVC niet in bij hijstoepassingen.
2-18 Voorwaarde remtest
Range:
[0] Bij inschakelen De remtest wordt uitgevoerd bij het
Danfoss A/S © Rev. 2014-01-30 Alle rechten voorbehouden.
4.
Als de rimpelamplitude van de DC-tussenkring
tijdens het remmen hoger is dan de
rimpelamplitude van de DC-tussenkring
voorafgaand aan het remmen plus 1%: de
remtest is gelukt.
Uit
De remweerstand en rem-IGBT worden tijdens bedrijf
bewaakt op kortsluiting. Als er kortsluiting optreedt,
wordt waarschuwing 25 weergegeven.
Functie:
[ 0 - 1000.0 %] Voer de maximaal toegestane stroom
*
bij gebruik van een AC-rem in om
oververhitting van de motorwikkelingen
te voorkomen.
Functie:
De overspanningsregeling (OVC – Over Voltage
Control) beperkt de kans op een uitschakeling
(trip) van de frequentieomvormer als gevolg
van een overspanning op de DC-tussenkring
die wordt veroorzaakt door genererend
vermogen van de belasting.
Geen OVC vereist.
Hiermee wordt OVC geactiveerd, behalve
(geen stop)
wanneer een stopsignaal gebruikt wordt om de
frequentieomvormer te stoppen.
Schakelt OVC in.
Functie:
inschakelen.
3
3
61