2. Specificeer het type encoder
parameters zal opnieuw vanaf de omvormer gelezen worden nadat de waarde
gewijzigd is.
3. Specificeer de interface-module waarop de encoder aangesloten is
Encoder 1 bron
4. Stel het aantal pulsen in overeenkomstig het typeplaatje van de encoder
(92.10
Pulsen/omwenteling).
5. Als de encoder op een andere snelheid draait dan de motor (d.w.z. als deze niet
rechtstreeks op de motoras gemonteerd is ), voer dan de
overbrengingsverhouding in in
overbrenging
noemer.
6. Stel parameter
parameterinstellingen toe te passen. De parameter keert automatisch terug naar
Gereed.
7. Controleer dat
interfacemodule en encoder aangeven (respectievelijk
Controleer ook de status van de FEN-31 module; beide LED's dienen groen te
branden.
8. Start de motor met een referentie van bijv. 400 rpm.
9. Vergelijk het geschatte toerental
gemeten toerental
hetzelfde zijn, stel dan de encoder in als terugkoppelbron
selectie
=
Encoder
10. Specificeer de actie die ondernomen moet worden voor het geval het
terugkoppelsignaal verloren is
Instellingen
Parametergroepen
module
(pagina 182),
configuratie
(pagina 188).
Jogging
Er zijn twee jogging-functies (1 of 2) beschikbaar. Wanneer een jogging-functie
geactiveerd wordt, start en accelereert de omvormer naar het gedefinieerde toerental
(parameter
22.42 Jogging 1 ref
jogging-acceleratiehelling
wordt, decelereert de omvormer tot stilstand langs de gedefinieerde jogging-
deceleratiehelling
(23.21 Dec tijd
worden om de omvormer te starten en stoppen. De jogging-functie wordt doorgaans
gebruikt tijdens onderhoud of inbedrijfstelling om de machine lokaal te besturen.
(92.01 Encoder 1 type
=
Module
1).
90.43 Motor overbrenging teller
91.10 Encoder param verversen
91.02 Module 1 status
(01.02 Geschatte
(01.04 Gefilterd toerental encoder
1).
(90.45 Motor terugkop
90 Terugkop selectie
92 Encoder 1 configuratie
of
(22.43 Jogging 2
(23.20 Acc tijd
jogging). Tijdens jogging kan één drukknop gebruikt
Programmakenmerken 31
= HTL). De lijst met
in op
Configureren
en
92.03 Encoder 1 type act
HTL
motortoerental) met het
1). Als de waarden
fout).
(pagina 177),
91 Instellingen encoder
(pagina 184) en
ref) langs de gedefinieerde
jogging). Wanneer de functie gedeactiveerd
(92.02
en
90.44 Motor
om de nieuwe
de juiste types
en FEN-31).
(90.41 Motor terugkop
93 Encoder 2