74
Toestelidentificatie WPM
Aanduiding van de actuele softwarestand in de WPM.
75
Softwarestanden van de IWS
Door op de PRG-toets te drukken worden de softwarestanden van de afzonderlijke IWS weergegeven.
76
Instelling IWS
Door op de PRG-toets te drukken kunnen de in de fabriek geprogrammeerde IWS-
instellingen opgevraagd worden. Verlaat deze functie door nogmaals op de PRG-toets te drukken.
Linkeraanduiding:
Rechteraanduiding:
De volgende machinetypen zijn mogelijk:
1: machines met een compressor met omkeersysteem voor ontdooiing maar ook met
ingeb. verwarmingselement.
2: machines met een compressor met omkeerbare ontdooiing en met ingeb. Element/
modulaire installatie
7: MSM (alleen voor identificatie )
77
Installatie-analyse
Met deze functie kan de toestand van de installatie tijdens de initialisering of tijdens het
bedrijf geïnspecteerd worden. Tijdens de initialisering dient de parameter in werking te
blijven.
Weekdagcijfers (boven):
Wijzersymbool links/rechts:Installatiestatusaanduiding (mengventiel, pompen)
Wijzersymbool onder:
Rechter getallen:
Kloksymbool:
Gevarendriehoek:
78
IWS resetten
Bij een storing kan de IWS teruggezet worden. Door op de PRG-toets te drukken, op 01 in
te stellen en nogmaals op de PRG-toets te drukken wordt de software gereset. De
compressor wordt na de stilstandtijd weer opgestart. De storing blijft opgeslagen in de
storingslijst (zie parameter 73).
doorlopend IWS- nummer 01 en 02 (digit 1 en 2)
machinetype volgens vaste sleutel (digit 5 en 6)
Geven de op de BUS aangesloten IWS weer. Alleen bij een
juiste aansluiting op de BUS worden de bijbehorende cijfers
successievelijk getoond.
Ingeschakelde compressortrappen 1 – 6 (afhankelijk van
parameter 60)
Geven de interne berekeningen van de regeling aan (zie
parameter 60). Er wordt een warmtepomptrap geschakeld als
de teller afgeteld heeft.
Knippert bij spertijd nutsbedrijf
Knippert bij opgetreden storing
Storingscode door linker getallen
SOFT
BUS
00
37