Montagevoorschriften
De instructies in dit hoofdstuk zijn uitsluitend bestemd voor de vakman. Een afgeronde
vakopleiding en gedegen kennis van het functioneren van de warmtepompmanager WPM en de
aangesloten warmtepompen worden hierbij verondersteld.
1 Leveringsprogramma
In de verpakkingen bevinden zich de diverse componenten volgens onderstaande opgave:
WPMW
Best.-nr. 07 38 06
De warmtepompmanager bevindt zich met
reeds aangesloten kabels in de wandbehuizing:
–
Wandbehuizing
–
Kabelbundel
–
3 PTC-voelers (AVF 6, TF 6A en AFS 2)
–
18 spieën
–
WPM
Uitsparing schakelbord volgens DIN 43700
22
(alleen voor de vakman)
WPMS
Best.-nr. 07 39 47
De warmtepompmanager bevindt zich los in
de verpakking:
– 3 PTC-voelers (AVF 6, TF 6A und AFS 2)
– WPM
– Stekkers
2 Wandmontage (WPMW)
De WPM mag alleen in een droge ruimte
geïnstalleerd worden. Let erop, dat in
gemonteerde toestand de achterzijde van het
toestel niet toegankelijk is. Het toestel dient
tijdens het funktioneren beschermd te zijn
tegen vocht, vuil en beschadigingen. De
toelaatbare omgevingstemperatuur bedraagt 0
tot 50 °C.
Met de montagesjabloon wordt de positie van
de boorgaten bepaald.
Voor de bovenste bevestiging van de behuizing
draait u een bolkopschroef Ø 4 x 35 mm zo
ver in de plug dat de behuizing er nog net
ingehangen kan worden. Vervolgens kunt u de
behuizing met nog twee schroeven Ø 4 x 35
mm onderaan vastschroeven.
Neem bij de montage de
voorschreven afstand van min. 1 m
tot de warmtepomp in acht.
3 Schakelkastmontage
(WPMS)
Bij de schakelkastmontage dienen de
betreffende voorschriften opgevolgd te
worden. Men dient vooral op de scheiding van
net- en laagspanning te letten.