4
• Let er bij het verwijderen en bevestigen van de verder weg gelegen papiergeleider op dat u niet tegen het deksel
aan de voorkant van het apparaat aanstoot.
• Stel de voorste en achterste geleider af. Als u slechts één geleider afstelt, dan kan het papier scheef worden
ingevoerd of vastlopen.
Stel de papiersoort en het papierformaat in.
Zie "Papierlade-Instellingen" (pagina 7-13) bij "7. SYSTEEMINSTELLINGEN" voor het configureren van deze instellingen.
5
Als u de papiersoort of het papierformaat niet goed instelt, kan automatisch een verkeerde papiersoort of papierformaat
worden geselecteerd waardoor het papier mogelijk scheef wordt ingevoerd of waardoor er niet kan worden afgedrukt.
PAPIER PLAATSEN IN PAPIERLADE 3
In papierlade 3 kan ongeveer 500 vel standaard papier (80 g/m
worden geplaatst. In deze lade kan ook speciaal papier worden geplaatst zoals tabbladen en transparanten. Zie
elke lade kunnen worden
gebruikt" (pagina 1-28) voor meer informatie over de speciale papiersoorten die kunnen worden gebruikt.
Zie
"Tabbladen
plaatsen" (pagina 1-34) of
1
2
Herhaal stap 1 tot en met 3 om de verder
weg gelegen papiergeleider af te stellen
op het te gebruiken papierformaat.
Zorg ervoor dat u de verder weg gelegen papiergeleider afstelt
op hetzelfde formaat als de dichtbij gelegen papiergeleider.
2
(20 lbs.)) van A3- tot A5R-formaat (11" x 17" tot 5-1/2" x 8-1/2"R)
"Transparanten
plaatsen" (pagina 1-35) voor het plaatsen van tabbladen of transparanten.
Trek papierlade 3 naar buiten.
Trek rustig aan de lade totdat deze niet meer verder gaat.
Plaats papier in de lade.
De papierstapel mag niet hoger zijn dan de indicatorstreep (niet
meer dan 500 vel standaard papier van SHARP (80 g/m
Zie
(pagina 1-33) voor het wijzigen van het papierformaat.
1-32
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
"HET PAPIERFORMAAT WIJZIGEN IN PAPIERLADE
"Papiertypen die in
2
(20 lbs.)).
3"
Inhoudsopgave