INVOEGEENHEID
Met de invoegeenheid kunnen blanco of bedrukte vellen als kaft of tussenblad worden toegevoegd aan uitgevoerde
kopieën of afdrukken, zonder dat de afdrukfunctie wordt gebruikt. Via de invoegeenheid kan zwaar papier worden
ingevoerd dat niet via de andere lades kan worden ingevoerd.
Uitgevoerde afdrukken kunnen ook per set door de invoegeenheid worden ingevoerd om te worden geniet of
geperforeerd, zonder dat de nietfunctie of de functie nietsorteren door de afwerkingseenheid wordt uitgevoerd (zie
"HANDMATIGE BEDIENING VAN DE
Bij invoer door de invoegeenheid voor het kopiëren van brochures (pagina 2-49), het kopiëren van kaften of
tussenbladen (pagina 2-60), of het kopiëren van transparante tussenbladen (pagina 2-71), zie "Papierlade-Instellingen"
(pagina 7-13) bij "7.SYSTEEMINSTELLINGEN" voor het configureren van instellingen.
ONDERDEELNAMEN
(1)
Papierlade
Voor het plaatsen van blanco of bedrukt papier dat moet
worden ingevoegd.
(2)
Papiergeleider
Stel deze geleider af op de breedte van het geplaatste
papier.
(3)
Bovenste klep
Open deze klep om vastgelopen papier te verwijderen.
Installatie van de invoegeenheid
Er moet een optionele afwerkingseenheid of zadelsteek afwerkingseenheid geïnstalleerd zijn (pagina 1-50).
INVOEGEENHEID" (pagina 1-63)).
(1)
(2)
(3)
(4)
(4)
(6)
1-61
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
(5)
(4)
Bedieningspaneel van invoegeenheid
Nieten en perforeren kunnen rechtstreeks vanaf het
bedieningspaneel van de invoegeenheid worden
uitgevoerd, zonder gebruik te maken van het
bedieningspaneel van het apparaat.
(5)
Papiergeleidehendel
Maak de papiergeleidervergrendeling los om
vastgelopen papier te verwijderen.
(6)
Voorste klep
Open deze klep om vastgelopen papier te verwijderen uit
de afwerkingseenheid en zadelsteek afwerkingseenheid
Inhoudsopgave