BESTANDEN VAN HET
OPDRACHTSTATUSSCHERM OPHALEN EN
GEBRUIKEN
Bestanden die zijn opgeslagen met de functie Bestand of Snelbestand worden als toetsen weergegeven in het
opdrachtstatusscherm Voltooid.
Dit is handig wanneer u snel de opgeslagen gegevens van een kopieertaak wilt afdrukken of snel een opgeslagen fax
naar een andere bestemming wilt sturen.
OPDRACHT STATUS
1
Afdrukopdr.
Scan naar
Opdrachtwachtri
Sets / Voortgang
1
Computer01
2
0312345678
0312345678
3
2
4
Kopieren
Afdrukopdr.
Scan naar
Sets
Opdrachten Klaar
Computer02
11:00 04/04 001/001 OK
Computer03
10:33 04/04 010/010 OK
Computer04
10:31 04/04 013/013 OK
file-01
10:30 04/04 010/010 OK
Kopieren
10:13 04/04 001/001 OK
Kopieren
10:03 04/04 001/001 OK
Computer05
10:01 04/04 003/003 OK
Kopieren
10:00 04/04 010/010 OK
(1)
3
• Selecteer het bestand en druk op de toets [Details] om meer informatie over een bestand te zien.
• Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld en u op de toets [Oproep] drukt terwijl er geen gebruikers zijn
aangemeld, dan wordt het scherm voor gebruikersauthenticatie weergegeven zodat u zich kunt aanmelden.
• Als "Display only the Files of Logged-in Users" is ingeschakeld bij Systeeminstellingen (Beheerder): Lijst van
autoriteitsgroepen (Document Archivering), dan is het niet mogelijk om een bestand opnieuw te gebruiken als de
gebruikersnaam ervan niet overeenkomt met de gebruikersnaam van de aangemelde gebruiker.
Faxopdracht
Internetfax
Status
Spool
002/001
Afdrukken
Opdr.Wachtr
002/000
Wachten
1
Voltooid
1
002/000
Wachten
002/000
Wachten
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
Faxopdracht
Internetfax
Sets
Status
Spool
Opdr.Wachtr
1
Voltooid
1
Details
Oproep
(2)
Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
Druk op de selectietoets voor de
opdrachtstatus, zodat [Voltooid] wordt
gemarkeerd.
Selecteer het gewenste bestand in de
voltooide opdrachten.
(1) Druk op de toets voor het gewenste bestand.
(2) Druk op de toets [Oproep].
Het taakinstellingenscherm verschijnt.
Selecteer de gewenste handeling en voer deze uit.
☞
SCHERM TAAKINSTELLINGEN
☞
EEN OPGESLAGEN BESTAND AFDRUKKEN
☞
EEN OPGESLAGEN BESTAND VERZENDEN
☞
EIGENSCHAPPEN VAN OPGESLAGEN
BESTANDEN
☞
EEN OPGESLAGEN BESTAND VERPLAATSEN
(pagina 6-41)
☞
EEN OPGESLAGEN BESTAND VERWIJDEREN
(pagina 6-43)
☞
DE AFBEELDING VAN EEN OPGESLAGEN
BESTAND CONTROLEREN
6-46
DOCUMENTARCHIVERING
(pagina 6-30)
(pagina 6-31)
(pagina 6-37)
(pagina 6-39)
(pagina 6-44)
Inhoudsopgave