Inhoudsopgave
Advertenties
Geavanceerde
1
verzendfuncties
S
Geavanceerde
kopieerfuncties
2
Netwerk
3
Gebruikersinterface
op afstand
4
Systeemmonitor
5
Instellingen
systeembeheerder
6
Rapporten en
lijsten
7
Problemen
oplossen
8
Bijlage
9
Inhoudsopgave
Index
Schakelende hub
Dit is een netwerkverbindingskast waarop een aantal computers
kan worden aangesloten. De schakelende hub stuurt een
gegevenspakket door vanaf het netwerk naar de betreffende
computer in overeenstemming met het adres van het pakket.
Conventionele hubs sturen ieder pakket simpelweg naar iedere
aangesloten computer. Omdat een schakelende hub de
pakketten alleen doorstuurt naar de ontvanger waarvoor ze zijn
bedoeld, leidt dit tot een hoger rendement.
SMB
Server Message Block. Dit is een protocol waarmee bestanden
en printers kunnen worden gedeeld via een netwerk voor
Windows-computers.
SMTP
Simple Mail Transfer Protocol. Dit is een TCP/IP-protocol voor het
verzenden van berichten van een computer naar een andere
computer op het netwerk.
Snelkeuzetoetsen
Dit zijn de nummertoetsen op het bedieningspaneel die kunnen
worden opgeslagen als een enkele bestemming of als een groep
bestemmingen. Als een bestemming of een groep bestemmingen
is opgeslagen, drukt u op één toets om het volledige nummer/
adres of groep op te geven. Deze worden ook gebruikt als
favoriete knoppen.
Terug
Vorige
SNMP
Simple Network Management Protocol. Dit is het
netwerkbeheerdersprotocol van TCP/IP.
In SNMP controleren agents, wat zowel hardware als software
kan zijn, de activiteit van de verschillende apparaten op het
netwerk en rapporteren ze aan het werkstation van de
netwerkconsole.
Spool
Simultaneous Peripheral Operations On-Line. Spoolen betekent
het plaatsen van opdrachten in een buffer. Dit is een speciaal
gebied in het geheugen of op een schijf. Omdat apparaten de
gegevens met verschillende snelheden benaderen, vormt de
buffer een wachtkamer waar de gegevens kunnen wachten totdat
het apparaat waarvoor ze zijn bestemd, klaar is om ze te
benaderen.
Stand-by
Dit is de modus waarin het apparaat is ingeschakeld en gereed is
voor gebruik.
Subnet
Dit is een deel van het netwerk, dat een fysiek onafhankelijk
netwerksegment kan zijn, dat een netwerkadres deelt met andere
delen van het netwerk, en dat zich onderscheidt door een
subnetnummer.
Zo zouden bijvoorbeeld alle apparaten met een IP-adres dat
begint met 100.100.100. deel uitmaken van hetzelfde subnet.
Subnetmasker
SUBNET-werkmasker. Dit is de methode die wordt toegepast om
te bepalen tot welke subgroep, of subnet, een IP-adres behoort
op TCP/IP-netwerken. Alle apparaten waarvan het IP-adres
hetzelfde voorvoegsel heeft, behoren in dat geval tot hetzelfde
subnet. Het opdelen van een netwerk in subnetten is nuttig voor
zowel de veiligheid als voor de prestatie.
BOVEN
Volgende
9-12
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
