Technische tips
Voor elke Forum 5004/5008/5012 in een netwerk van communicatiesy-
stemen moet een verschillend communicatiesysteemnummer worden inge-
steld. De instelling vindt u in de Webconsole in het menu TEL Configuratie:
Instellingen onder het hoofdstuk: QSIG-netwerk. Daar kan u ook de
maximale waarde voor de transit-teller vaststellen. Die waarde is afhankelijk
van de topologie van het netwerk van communicatiesystemen en moet het
maximale aantal mogelijke doorverbindingen realiseren.
U kunt te allen tijde de verbindingsstatus van de aansluitingen via het Confi-
gurator-menu Systeeminfo: TEL Configuratie: Lijnen inzien. Controleer met
name na configuratieveranderingen of alle voor het netwerk van de installatie
gebruikte aansluitingen bedrijfsklaar zijn.
Een aantal van de in Q.SIG mogelijke eigenschappen worden door de
Forum 5004/5008/5012 niet met alle opties ondersteund, bijvoorbeeld het
terugbellen indien bezet binnen het Q.SIG-net of de trajectoptimalisatie. De in
het Q.SIG gedefinieerde oproepcategorieën (call category; bv. alarmnummer,
operator, normaal) en het doorgeven van namen in Q.SIG ("deelnemers-
namen") worden volledig ondersteund.
De bij de open nummering te gebruiken kengetallen voor toekenning van een
route worden niet aan het doelcommunicatiesysteem doorgegeven en
kunnen dus door het doelcommunicatiesysteem niet worden geëvalueerd.
Voor de terugbeltoewijzing (bijvoorbeeld voor het terugbellen) moet u dus in
de bundelconfiguratie een overeenkomstige getallenprefixen instellen voor
de route die bij het terugbellen moet worden toegewezen.
Tip:
u stelt bijvoorbeeld een route in die bezet kan worden met het
prefix "5". U kiest één of meerdere bundels voor deze route.
Wijzig voor deze bundel de instelling Prefix voor bronoproep-
nummers bij inkomend intern op "5" om de bezetting in omge-
keerde richting toe te laten.
Netwerken van communicatiesystemen
Technische tips
249