Bij hogere weerstandswaarden tijdens spontaan
ademen moet de patiënt zich meer inspannen om
te ademen.
Tijdens volumegecontroleerde beademing heeft
een verhoogde ademweerstand tijdens de
inspiratie een gering effect op het toegediende
volume. De piekdruk neemt toe, echter met
constante plateaudruk. Daarom neemt de
tijdconstante tijdens de expiratoire fase toe.
Wanneer te korte expiratietijden worden
aangehouden, kan dit tot gevolg hebben dat de
longen onvolledig worden geleegd. Dit leidt tot een
dynamische overvulling van de longen
(airtrapping).
Tijdens drukgestuurde beademing kan een
verhoogde weerstand de inspiratoire en expiratoire
volumes verlagen.
Voordat de zelftest wordt uitgevoerd, moeten de
*
accessoires
bedoeld voor de toepassing worden
aangesloten. Uitrekbare slangen moeten worden
uitgetrokken tot de lengte die bedoeld zijn voor de
gebruiker. Alleen op deze wijze wordt de
compliantie correct vastgesteld en wordt met
volumegecontroleerde beademing een correct
slagvolume toegepast.
*
Gebruik extra onderdelen zoals vochtvangers en extra
slangen, indien nodig.
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n
De weerstand van het beademingssysteem en
de aangesloten accessoires berekenen
Om de ademinspanning van de patiënt zo laag
mogelijk te houden, mag volgens algemene
veiligheidsnormen een totale weerstand van
6,0 hPa (cmH
O) bij 60 L/min niet worden
2
overschreden.
Het hoofdstuk ''Technische gegevens'' bevat de
inspiratoire en expiratoire weerstandswaarden van
het beademingssysteem zonder rekening te
houden met de beademingsslangen. Op deze
wijze is het mogelijk om bij gebruik van
verschillende sets beademingsslangen en/of filters
de daaraan gerelateerde weerstand van de patiënt
te bepalen.
De volgende formule wordt gebruikt voor het
berekenen van de weerstand (R):
R
= R
Inspiratie
Beademingssysteem_insp
R
+ R
Beademingsgaszak
Insp filter(poort)
stuk)
R
= R
Expiratie
Beademingssysteem_exp
R
+ R
Exp filter(poort)
Exp(Y-stuk)
Zorg ervoor dat voor het berekenen van de
weerstand alleen de weerstandswaarden van de
accessoires en de piekflows worden gebruikt voor
de betreffende accessoire- en patiëntencategorie,
bijv. weerstandswaarden voor volwassenen bij
60 L/min, voor kinderen bij 30 L/min, en voor
neonaten bij 5 L/min.
Een nieuwe O
-sensorcapsule plaatsen
2
WAARSCHUWING
Risico op een elektrische schok
Als de O
-sensor tijdens bedrijf wordt
2
vervangen, kan dit leiden tot het overbrengen
van een lekstroom.
Raak de patiënt niet aan.
Montage en voorbereiding
+ R
Insp slang
+ R
Insp filter(Y-
+ R
Exp slang
+
+
75